De stok en de staf

Weer of geen weer, de herder moet bij zijn schapen zijn en is daar dan ook op gekleed. Over zijn onderkleding draagt hij een dikke mantel of”kleed” (Jeremia 43:12). De mantel is ook geschikt om als deken te gebruiken. Waarschijnlijk zitten de herders in de velden van Bethlehem weggedoken in zo’n deken de wachtte houden (Lukas 2:8).

Een staf helpt de herder bij het klauteren over moeilijk begaanbaar terrein en om de beesten te tellen (Leviticus 27:32 en Ezechiël 20:37).

Behalve met het weer moet de herder ook rekening houden met roofdieren. Daarvoor dient de stok, die waarschijnlijk veel weg had van een dikke knuppel. David zingt over de staf en de stok in psalm 23: „Uw stok en Uw staf, die vertroosten mij”. David weet maar al te goed hoe belangrijk die knuppel is voor een herder. Bij koning Saul vertelt hij hoe hij een leeuw en een beer heeft geslagen en gedood (1 Samuël17:35 en 36).

Toch gebruikt David geen knuppel om Goliath aan te pakken, maar zijn andere wapen, een slinger (1 Samuël 17:40). Zo’n slinger bestaatuit twee pezen of touwtjes en een leren houder waar de steen in wordt gelegd. Door de slinger boven het hoofd te zwaaien, krijgt de steen snelheid. en als de herder een vande touwtjes op het juiste moment loslaat, vliegt de steen precies de goede kant op. Overigens is de slinger ook handig om afdwalende schapen de goede kant op te leiden.

De stenen voor de slinger draagt een herder mee in zijn tas (1 Samuël 17:40). Als Abigaïl bij David smeekt geen wraak te nemen, heeft zij het over die tas en slinger (1 Samuël 25:29).

Herders hebben de taak om de kudde naar plaatsen te brengen waar de beesten kunnen eten. Anders dan in Nederland lopen de schapen niet in weilanden, ze zwerven met de herder rond. Daarom moet Jozef ook zoeken naar zijn broers, die bij Dothan voedsel proberen te vinden(37:17).

Behalve voedsel is ookdrinken van belang. Een herder zoekt naar plassen water en een rustige plek waar de schapen hun dorst kunnen lessen: „Hij doet mij nederliggen in grazige weiden; Hij voert mij zachtjes aan zeer stille wateren” (psalm23:2). Als die drinkplaatsen in de zomer opgedroogd zijn, worden putten gebruikt (Genesis 29:8-10).

Het werk van de herder levert in de bijbel mooie beeldspraak op. God wordt vergeleken met een herder(Genesis 48:15), Die Zijn volk leidt als een kudde(psalm77:20). De Israëlieten zijn Zijn kudde(Zacharia 9:16) en ook al loopt de kudde steeds weg,God belooft: „Ziet ,Ik, ja, Ik zal naar mijn schapen vragen, en zal ze opzoeken” (Ezechiël 34:12-15). Die belofte wordt vervuld in de komst van Jezus, de Goede Herder.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen