Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerkrecht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerkrecht

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

A. van Harten-Tip, De Dordtse Kerkorde 1619 (Utrecht: KokBoekencentrum Academic, 2018) 44 p., € 32,50 (ISBN 9789023956679).

Een format van formaat, zo typeert ds. Van Harten-Tip, predikant in de voortgezette Gereformeerde Kerk te Assen, de Dordtse Kerkorde in haar dissertatie, die zij verdedigde aan de TUApeldoorn. Prof.dr. H.J.

Selderhuis was haar promotor. Een format is te definiëren als ‘een document dat dient als basis om een voor een bepaalde situatie passend ander document op te stellen’. De Dordtse Kerkorde behoeft weliswaar geen blauwdruk te zijn voor andere kerkordes, maar vasthouden aan of loslaten van de Dordtse Kerkorde is wel een theologische keuze, die samenhangt met de waardering van de gereformeerde belijdenis(sen). De Dordtse Kerkorde was ‘grotendeels’ in harmonie met het belijden van de Gereformeerde Kerk. Zij besluit echter haar onderzoek met de constatering, in een voetnoot, dat kerken van gereformeerd belijden, de gemeenschappelijke belijdenis ten spijt, zo ver uit elkaar zijn gegroeid dat ze elkaar niet goed weten te verstaan en vast te houden.

Dordt zelf borduurde al voort op eerdere kerkordes. De kerkorde van ’s-Gravenhage (1586) diende als basis. Het belangrijkste theologische principe was het antihiërarchische inzake de ambten en het daaruit voortvloeiende ‘presbyteriaal-synodale, anti-independentische’ principe voor de kerkregering.

De wens, zij het niet bij meerderheid van stemmen, om een volledig van de overheid onafhankelijke kerk te hebben, in de lijn van de Acta van Emden 1571, werd niet gehonoreerd. In 1571 was de Nederlandse overheid vijandig ten opzichte van de Gereformeerde Kerk. In artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis werd nochtans geen uit- zondering gemaakt voor gehoorzaamheid aan een overheid die zich niet houdt aan de taak die ‘onse goede God’ aan ‘Coningen, Princen ende Overheden’ geeft. In 1618/1619 echter was er ‘geloofseenheid’ tussen de Hoge Overheid en de Kerk.

Minutieus worden alle aspecten van de Dordtse Kerkorde, ook in hun historische context doorlicht, terwijl die ook worden vergeleken met andere historische gereformeerde kerkordes in overzichtelijke tabellen. Intussen worden ook enkele actuele thema’s in het licht van deze kerkorde behandeld.

Allereerst de loskoppeling van Woord en sacrament, toegepast op de proponent en het verlenen van preekconsent. Met het verlenen van sacramentsbevoegdheid aan kerkelijk werkers met preekconsent in de Protestantse Kerk is, naar het oordeel van de promovenda, ‘een wissel in het kerkelijk denken’ omgezet.

Vervolgens noemt zij de positie van de diaken. In de calvinistische traditie is de positie van de diaken niet eenduidig. In de Nederlandse situatie is het ‘aanbevelingswaardig’ hen hun plaats als volwaardige leden van de kerkenraad te laten innemen.

Dan is er de kwestie van de gereformeerde bisschop. Die acht zij ‘niet in lijn’ met de Dordtse Kerkorde.

Als vierde kwestie noemt zij de ‘plaatselijke zelfstandigheid versus het kerkverband’.

‘De Dordtse Kerkorde geeft vorm aan een evenwichtige verhouding tussen plaatselijke kerk en kerkverband, gebaseerd op Schrift en Belijdenis’ en is daarom ook in de 21 e eeuw nog goed bruikbaar. Een verwijzing naar 1 Corinthe 12 vormt hier een van de weinige schriftplaatsen in deze studie.

Ten slotte ‘Kerk en Overheid’. De principes van kerk en overheid botsen tegenwoordig meer dan ten tijde van de Dordtse Synode. Wanneer artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis binnen een bepaalde kerk niet ‘functioneert’ (Waar wel?, v.d.G.), is het een loze bepaling, die beter kan worden verwijderd uit de kerkorde.

Tot zover een globale inkijk in deze boeiende, helder geformuleerde studie. Nochtans blijft er een voor mij een principiële vraag.

Het format van Dordt is voor Van Harten geen ‘massief’ gegeven. Het ligt open voor actualisering en onderscheiden toepassing.

Maar het is tevens ‘stevig verankerd’ in of ‘in harmonie’ met de gereformeerde belijdenis. Staat die ook open voor actualisering? Artikel 36 van de NGB kennelijk wel. De studie richt zich op kerkordes in de onderscheiden gereformeerde kerkelijke denominaties, waar sprake is van belijden ‘in overeenstemming’ met de gereformeerde belijdenis (231/232).

In de hervormde traditie wordt gesproken over ‘in gemeenschap met’ onder andere die belijdenis. De vraag is hoe de kerkorde van de voormalige Hervormde Kerk, casu quo de huidige Protestantse Kerk in relatie staat tot het format van Dordt. Die vraag wint aan diepte als we bedenken dat juist die kerkorde in al haar onderdelen een expliciet belijdend karakter heeft en dat in artikel X ook verwoordt. De auteur oriënteert zich weliswaar historisch ook regelmatig op hervormde auteurs (Bronkhorst, Wassenaar, Van Lieburg, Roelevink), maar die vraag wordt niet beantwoord of uitgewerkt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juni 2019

Theologia Reformata | 112 Pagina's

Kerkrecht

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juni 2019

Theologia Reformata | 112 Pagina's