Wat is wandelen met God?
Begrippen uit het geloofsleven uitgelegd
‘En Henoch wandelde met God” zo lezen we in Genesis 5 vers 22. Wat is wandelen met God? En hoe krijgt dat handen en voeten?
We e weten allemaal wat wandelen is. Op een mooie dag maak je voor je plezier een wandeling door de natuur. Het is fijn om in het voorjaar in de natuur te zijn. Alles bloeit en groeit. We zien daarin de grote en goede hand van God. Wandelen met God is echter anders. God is immers een Geest en Die kunnen we niet zien. Wel lezen we in de Bijbel dat de discipelen de Heere Jezus ge- volgd zijn. Maar wandelen met God is zinnebeeldig bedoeld.
In de kanttekeningen op de Statenvertaling lezen we bij het woord ‘wandelen’ in de eerste plaats: ‘voor God een heilig leven’ leiden. Wandelen met God is dus gehoorzaam zijn aan God en Zijn heilige geboden. Het is een leefwijze, gericht op God en de eer van Zijn Naam (zie Psalm 1 vers 2). Wandelen met God wil ook zeggen dat we grote ijver en getrouwheid hebben in het onderhouden van Gods geboden. Eigenlijk is wandelen met God het leven dicht bij God en Zijn Woord.
Het leven met de Heere wordt door de duivel en de wereld gehaat. Het spreekt dus vanzelf dat over dit wandelen verkeerde gedachten worden verspreid. De dienst des Heeren wordt dan voorgesteld als zwaar en naar. Het woord wandelen wijst echter op een innerlijk vermaak. Een mooie wandeling is aangenaam. Zo is het leven met de Heere een goed leven, hoeveel strijd dat ook kan en zal geven. Het is een leven waarin Gods gunst wordt beleefd en ondervonden.
Het wandelen met God krijgt handen en voeten door het ware geloof. We lezen in Hebreeën 11 vers 5 dat Henoch God heeft behaagd. De wandel in de vreze Gods, met ontzag voor God, is een levenswijze die aangenaam is voor God. Trouwens, het is God aangenaam als geroepen mensen tot Hem komen (Dordtse Leerregels, hoofdstuk 3 en 4, par. 8). En het oprechte gebedsleven is ook aangenaam voor God (Heidelbergse Catechismus, vraag 117). Het leven met de Heere is doortrokken van de gelovige gemeenschap met Christus. En alles van Christus is aangenaam voor God.
Het wandelen met God, het leven dicht bij God en Zijn Woord, heeft ook een belofte. We lezen dat Henoch niet gestorven is. Hij is met ziel en lichaam opgenomen in de heerlijkheid. Het leven in gehoorzaamheid aan God geeft in de regel een ruim sterven (zie 2 Petr. 1:11). De dood is door Christus overwonnen. Vanuit Zijn overwinning deelt de Heere een rijke gave uit. De dood is een doorgang naar het eeuwige leven. Henoch wandelde met God. Het hemelleven begon voor hem reeds op deze aarde. Gelukkig als we het geheim van het eeuwige leven mogen kennen.
ds. W. Visscher, Amersfoort
In de rubriek Goed Begrepen leggen ds. J. Schipper en ds. W. Visscher wekelijks een geloofsbegrip uit. De rubriek is bedoeld voor jongvolwassenen, in de leeftijd van ongeveer 20 tot 40 jaar. Kinderen mogen ook meelezen. Ouders en grootouders ook.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 mei 2021
De Saambinder | 24 Pagina's
