Archelaüs en Filippus

Beide viervorsten worden in Gods Woord genoemd, echter niet in bepaalde bijzondere gebeurtenissen. Laat ik beginnen bij Archelaüs. Hij was een volle broer van Herodes Antipas. Jozef, de man van Maria, is bang voor hem. Dat lezen we in Mattheüs 2:22: ‘Maar als hij hoorde dat Archelaüs in Judea koning was, in de plaats van zijn vader Herodes, vreesde hij daarheen te gaan; maar door Goddelijke openbaring vermaand in den droom, is hij vertrokken in de delen van Galilea’. Het was niet zo vreemd dat Jozef bang was. Vader Herodes de Grote was geen lieverdje, zijn zoon Archelaüs was nog een graadje erger. Hij was een bijzonder wrede man. En juist hij kreeg de zeggenschap als viervorst over Judea, Samaria en Idumea. Al direct in het begin van zijn regering ging het fout. Maar dat had een voorgeschiedenis.

Toen vader Herodes de Grote stierf, brak er opstand uit in Judea. De Joden waren blij verlost te zijn van het onberekenbare bewind van Herodes de Grote. Men duldde geen vorst meer uit de Herodes-dynastie. De opstand werd door de Romeinse proconsul Publius Quinctilius Varus neergeslagen met als gevolg drieduizend doden aan Joodse zijde. Direct daarna werd Archelaüs geïnstalleerd als viervorst. Hij moest de grote woede onder de Joden onder de duim houden en hij deed dat op een wrede en gewelddadige wijze. Hij voerde een beleid waar de Joden dol van werden. Zo stelde hij hogepriesters aan en zette ze net zo gemakkelijk weer af als dat hem beter uitkwam. Verder hief hij torenhoge belastingen, waar het volk onder zuchtte.

Delegatie Joden

Het beleid van Archelaüs was dusdanig hard dat een delegatie Joden op reis ging naar Rome om zich bij keizer Augustus te beklagen over Archelaüs. Daarop zette Augustus Archelaüs in het jaar 6 na Christus af en verbande hem naar Vienna, in het huidige Frankrijk. Om orde op zaken te stellen in Judea en Samaria werd een Romeinse heerser aangesteld. Dit is ook de reden dat ten tijde van Christus’ dood geen Herodes regeerde in Judea maar een Romein. Een heel andere manier van regeren had de viervorst Filippus. Deze halfbroer van Archelaüs komt ons veel zachtaardiger voor. Zijn naam komen we in Gods Woord alleen tegen in Lukas 3:1. Toch weten we meer van hem dan van de viervorst Lysanias. Filippus kreeg de regering over Iturea en Trachonitis. Daar bouwt hij in korte tijd een nieuwe stad die wij wel kennen: Ceasarea Filippi.

Zedeloos

Wie het leven van de Herodesdynastie wat bestudeert, ziet dat men het op zedelijk gebied niet zo nauw nam. Men werd verliefd op wie men wilde en trouwde met degene op wie men op dat moment verliefd was. Zo ook Filippus. Hij trouwt met nichtje Salomé, de dochter van Herodes Filippus en Herodias. Zo kreeg je de wonderlijke situatie dat Salomé de schoonzus van haar moeder werd. Filippus was een milde, rustige en kundige bestuurder. Waar het kon, hief hij geen belastingen. Hij probeerde het beste voor zijn onderdanen te zoeken. Zo herbouwde hij de stad Bethsaïda en gaf haar de naam Julias (een vernoeming naar de dochter van keizer Augustus, Julia). Vooral in laatstgenoemde stad heeft de Heere verschillende wonderen verricht. En dacht u dat Filippus (die regeerde tot 34 na Chr.) niet van deze wonderen gehoord heeft? O, wat de Heere van Bethsaïda zei, gold ook viervorst Filippus: ‘Wee u, Chórazin, wee u, Bethsaïda, want zo in Tyrus en Sidon de krachten geschied waren die in u geschied zijn, zij zouden eertijds in zak en as zittende zich bekeerd hebben’ (Luk. 10:13).

wordt vervolgd

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen