Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jozua, de knecht des Heeren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jozua, de knecht des Heeren

2. Rachab herbergt de verspieders

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mozes, die zoveel jaren het volk geleid had, was gestorven en opgevolgd door Jozua. Mozes had het volk geleid door de woestijn en Jozua zou het mogen brengen in het beloofde land. Menselijkerwijs was het een onmogelijke taak waarvoor hij stond, maar de Heere had Jozua bemoedigd en tot hem gezegd: Niemand zal voor uw aangezicht bestaan al de dagen uws levens; gelijk als Ik met Mozes geweest ben, zal Ik met u zijn; Ik zal u niet begeven en zal u niet verlaten (Joz. 1:5). Bij herhaling klonk Gods stem tot hem: Zijt sterk en heb goede moed (de verzen 6,7 en 9).

Hierna gaf hij het volk opdracht zich gereed te gaan maken voor de doortocht door de Jordaan, die over drie dagen zou plaatsvinden. Tevens herinnerde hij de stammen van Ruben, Gad en Manasse eraan dat zij, die al een vaste woonplaats hadden gekregen ten oosten van de Jordaan, verplicht waren om met de andere Israëlieten mee te gaan. Alleen hun vrouwen en kinderen met enige mannen mochten in hun woonplaats in het Overjordaanse achterblijven. Pas als de volkomen overwinning op de Kanaänieten was behaald, mochten de strijdbare mannen van de drie stammen weer naar hun gebied terugkeren. Gewillig antwoordden zij Jozua: Gelijk als wij in alles naar Mozes hebben gehoord, alzo zullen wij naar u horen; alleenlijk dat de HEERE uw God met u zij, gelijk als Hij met Mozes geweest is (Joz. 1:16 en 17).

Maar vóór het zover was, zond Jozua twee verspieders naar Jericho om die sterke stad en de omgeving te verkennen. Jericho was geen grote, maar wel een sterke stad met dubbele muren en kon beschouwd worden als de sleutel voor de verovering van het overige Kanaän. De stad lag iets ten westen van de Jordaan en was omringd door palmbomen, zodat de stad wel ‘palmstad’ werd genoemd.

De beide verspieders vertrokken heimelijk (Joz. 2:1), dat wil zeggen zonder dat de andere Israëlieten ervan afwisten. Vervolgens gingen zij de Jordaan over en kwamen in Jericho aan. Daar namen ze hun intrek in een herberg die op de muur gebouwd was om er te overnachten. De waardin van de herberg heette Rachab en zij nam de vreemdelingen in haar woning. Vanzelfsprekend hadden de verspieders alles zo onopvallend mogelijk gedaan, want ze bevonden zich te midden van de vijand. Rachab kreeg geregeld bezoekers in haar herberg, zodat de verspieders meenden in haar huis tamelijk veilig te zijn. Maar het liep anders!

Ondanks hun voorzichtigheid hadden enige mannen van Jericho de verspieders zien gaan en ze waren meteen naar de koning gegaan om hem te vertellen dat er twee vreemdelingen in Rachabs huis waren aangekomen. Blijkbaar beseften ze heel goed dat de beide mannen met kwade bedoelingen waren gekomen, want ze zeiden tegen de koning: Die mannen zijn gekomen om ons land te doorzoeken (vers 2). Meteen zond de koning enige soldaten naar Rachab om de beide mannen te arresteren. Intussen had Rachab de beide verspieders verborgen onder te drogen vlasstoppels op het platte dak van haar huis.

We weten uit de Bijbel dat de platte daken in het oosten voor verschillende gebruiken werden benut: o.a. voor het drogen van vijgen, voor een tent te spannen ter verkoeling, voor het vieren van het Loofhuttenfeest of om er in stilte te kunnen bidden.

Intussen waren de knechten van de koning bij Rachab aangekomen en zij informeerden waar die vreemdelingen gebleven waren. ‘O’, sprak Rachab, ‘ze zijn vóór het sluiten van de poort alweer weggegaan en ik weet niet waarheen. Maar als u vlug bent, zult u hen zeker te pakken kunnen krijgen.’ Meteen zetten de soldaten de achtervolging in en begaven zich in de richting van de Jordaan, terwijl de poort van de stad meteen gesloten werd.

Na hun vertrek ging de vrouw naar de beide verspieders en raadde hen aan zo snel mogelijk hun schuilplaats te verlaten. Maar vóórdat ze hen door een raam aan de muurkant met een touw naar beneden liet ontsnappen, had ze de verspieders iets merkwaardigs te zeggen. Zij vertelde de mannen: ‘Ik weet dat de Heere u dit land geven zal. Al de inwoners van ons land Kanaän hebben van uw volk en van de God van uw volk gehoord. Meer dan veertig jaar geleden bent u op een wonderlijke manier door de Rode Zee getrokken en daarna hebt u de overwinning op de koningen Sihon en Og in het Overjordaanse behaald. Door al die wonderlijke gebeurtenissen siddert ons volk, de Kanaänieten, van angst voor u. Het hart van ons volk is als versmolten en alle moed is ons ontnomen, want de HEERE ulieder God is een God boven in den hemel en beneden op de aarde (Joz. 2:11). Omdat ik zeker weet dat u dit land en deze plaats zult veroveren, zo zweer mij bij de Heere dat u voor mij en mijns vaders huis zult zorgen. Met gevaar van mijn leven heb ik u in mijn huis verborgen en daarom vraag ik u of u ook voor mijn ouders, broers en zussen met alles wat zij bezitten zou willen zorgen en geef mij een waarteken (vers 12), dat is een zichtbaar bewijs, dat u onze zielen van de dood redden zult (vers 13).’

Het kan niet anders of de verspieders moeten het verslag van deze Kanaänitische vrouw met verbazing en ontroering hebben aangehoord en Gods wijs beleid hierin zeker hebben opgemerkt.

(Volgende keer D.V. 3. Door het geloof niet omgekomen)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Jozua, de knecht des Heeren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's