Ambrosius (13)

Genade en geloof rechtvaardigen op zichzelf niet. Het geloof is immers het instrument wat de gerechtigheid van Christus ontvangt en binnenlaat. De gerechtigheid van Christus rechtvaardigt. Christus is de gerechtigheid van Zijn Kerk. Ook in de heiligmaking dient het vernieuwde ‘zelf’ verloochend te worden “Als het om de helligmaking gaat, de sterkte, de kracht en de heerlijkheid van alles toe te schrijven aan Jezus Christus en niets aan zijn ‘zelf’”. De mens is geneigd tot hoogmoed in geestelijke dingen. De eerste stap tot zelfverloochening is het overtuigd worden van de neiging tot zelfverheffing, zelfbewondering en zelfbevordering. Het is een goede zaak de heerlijkheid, reinheid en heiligheid van God te overdenken. Dat brengt tot verootmoediging en zelfverloochening. Job verfoeide zichzelf toen Hij de Heere zag. Jesaja sprak nadat hij de Koning, de HEERE der heirscharen, gezien had: ‘Wee mij, want ik verga, dewijl ik een man van onreine lippen ben.’ Christus nam de gestalte van een dienstknecht aan. Wat een zelfverloochening. Zie op Hem en verloochen uzelf. Bedenk dat u alle geestelijke gaven ontvangen hebt. Wees er niet trots op.

Echte zelfverloochening

Een net burgerlijk mens verloochent zichzelf niet in alle dingen. Een kind van God verloochent zich in alles. Een net burgerlijk mens vermijdt bepaalde dingen en mensen omdat hij anders verloren gaat. Een kind van God verloochent zichzelf in geestelijke dingen door Jezus Christus te aanschouwen. Een net burgerlijk mens schijnt zichzelf te verloochenen in tijdelijke dingen, maar hij kan niet als een kind van God zich verloochenen in geestelijke dingen.

Rusten op Jezus Christus

Vertrouw niet op genade, op plichten of op heiligheid. Dat betekent niet dat je je plichten niet moet vervullen. Sommigen zeggen: Ik hoef niets te doen, want Christus heeft alles gedaan. Zij veranderen de genade van God in ontuchtigheid. “Bidden, horen, vasten en berouw hebben mogen niet sterven zolang wij leven. Wij moeten dit alles wel doen, maar wij moeten er niet in roemen. Wij moeten in niets minder rusten dan in Jezus Christus.” Vertrouw niet op een bijzonder gebed. Rust ook niet op bijzondere vertroostingen. Rust ook niet op een bijzondere vreugde die u smaken mag. Petrus vertrouwde in eigenwaan op zichzelf. Na de drievoudige verloochening was Petrus voor een groot deel gezuiverd van zelfvertrouwen. Geloof alleen in Christus en vertrouw op Hem. Verloochen uw eigengerechtigheid. Verhoog en verhef Christus in uw ziel. Laat Christus over alles in u regeren.

Bevindingen

Het verzamelen en bewaren van bevindingen

Ambrosius gaat nu schrijven over bevindingen. Bevinding is een gevoelig bewijs van Gods waarheid. Bevindingen zijn werkelijke bewijzen van Schriftuurlijke waarheden. Gods kinderen moeten letten op de dingen die er gebeuren, zij moeten het begin en het einde van zaken bezien, zo zal het hen in de toekomst van pas komen. Neem waar en overpeins de uitkomsten van bepaalde zaken en ga na wat eraan voorafging. Herinner u deze waarnemingen. David zegt in Psalm 143:5 ‘Ik gedenk aan de dagen vanouds.’ Bewaar bevindingen als een schat, dat zal u van nut zijn in uw verdere leven. Het kan helpen in tijd van strijd en nood.

Verschillende bevindingen

Er zijn bevindingen van Gods toorn en gerechtigheid. Het nut van deze bevindingen is dat je niet voortgaat met zondigen. Er gaat een waarschuwing van uit. Bevindingen van Gods goedheid en liefde. De Heere redt uit, helpt en ondersteunt in verdrukkingen. Bevindingen van Gods bijzondere barmhartigheid in een weg van zaligmakende genade of eerste genade. Dit bewijst dat God Zijn beloften waar maakt aan arme, verloren, omkomende schepselen. De Heere is bereid scharlakenrode zonden te vergeven. Bevindingen van versterkende genade. Dit bewijst Wie God is voor hen die worstelen met sterke verdorvenheden, sterke verzoekingen en zware plichten.

Sprekende teksten

Ga na welke teksten door bepaalde bevindingen waarheid zijn geworden bij uzelf en bij anderen. Als God Zijn kinderen zegent gaat in vervulling: ‘Zalig zijn de rechtvaardigen, het zal hun welgaan, want zij zullen de vrucht hunner werken eten (Jesaja 3:10). Als de goddelozen gestraft worden gaat in vervulling: ‘Wee den goddelozen, het zal hun kwalijk gaan, want de vergelding hunner handen zal hen geschieden’ (Jesaja 3:11). Als Gods kind ondervindt dat God goed is wordt vervuld: ‘Indien gij anders gesmaakt hebt dat de Heere goedertieren is’ (1 Petrus 2:3). Als u ontdekt wordt aan de verdorvenheid van uw bestaan wordt vervuld: ‘Zie, ik ben in ongerechtigheid geboren, en in zonde heeft mij mijn moeder ontvangen.’ (Psalm 51:7). Als u de gruwelijkheid van uw ongerechtigheid ontdekt wordt vervuld: ‘Wij allen zijn als een onreine, en al onze gerechtigheden zijn als een wegwerpelijk kleed’ (Jesaja 64:6).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen