David, de man naar Gods hart

De Filistijnen waren Juda binnengevallen en wilden de strijd aanbinden met de Israëlieten. Die vijanden waren vanouds geduchte strijders, maar deze keer was er wel iets heel bijzonders aan de hand. Terwijl de beide legers tegen ­ over elkaar aan weerszijden van een berg lagen, verscheen er van tijd tot tijd een reus in de vallei. Zijn naam was Goliath uit Gath, één van de steden waarin de Enakieten woonden. Hij was een man die grote vrees inboezemde, van top tot teen zwaar bewapend was en een lengte van waarschijnlijk tegen de drie meter had. Hij daagde de Israëlieten uit om met hem een tweegevecht aan te gaan. Zou hij winnen, dan zou daarmee het lot van de Israëlieten beslist zijn. Maar zou een Israëliet het van hem winnen, dan zouden de Filistijnen hun nederlaag erkennen.