Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jozua, de knecht des Heeren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jozua, de knecht des Heeren

18. Wat kunnen we leren van de Kanaänieten? (2)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

We gaven enige opmerkingen van Matthew Henry weer over Jozua 11:19 en 20: Er was geen stad die vrede maakte met de kinderen Israëls, behalve de Hevieten, inwoners van Gibeon (de Gibeonieten); zij namen ze alle in door krijg. Want het was van de HEERE hun harten te verstokken, dat zij Israël met oorlog tegemoetgingen, opdat hij hen verbannen zou, dat hun geen genade geschiedde, maar opdat hij hen verdelgen zou, gelijk de HEERE Mozes geboden had. Alle Kanaänieten, behalve de Gibeonieten, verklaarden Israël de oorlog en zij gaven Israël (en in Israël de Heere) ‘de eerste slag’, schreef M. Henry.

Zo heeft de mens in Adam de Heere ‘de eerste slag’ toegebracht en staan wij met onze Schepper sinds die droevige paradijsval (‘die met hete tranen nooit genoeg beweend kan worden,’ zei dr. C. Steenblok vaak) in oorlog met de Heere. Het is de taal van ons hart: Wijk van ons, want aan de kennis Uwer wegen hebben wij geen lust (Job 21:14). Alleen de Gibeonieten ‘verstonden wat tot hun vrede diende’, merkt M. Henry op. Zijn uitdrukking doet ons denken aan de ontroerende woorden van de Heere Jezus. Toen Hij de stad Jeruzalem naderde, riep hij uit: Och, of gij ook bekendet, ook nog in dezen uw dag, hetgeen tot uw vrede dient! Maar nu is het verborgen voor uw ogen (Luk. 19:42). De stad Jeruzalem zou een vreselijke toekomst tegemoet gaan. Daarom dat gij de tijd uwer bezoeking niet bekend hebt (vers 44), sprak de Heere.

In plaats dat de inwoners als schuldige zondaren tot de Vredevorst waren gekomen om door Hem gered te worden, hebben zij Hem tot hun eeuwige ondergang verworpen. Ook voor hén was behoudenis te verkrijgen, zoals die voor iedere zondaar te vinden is in de weg van ware vernedering. De Heere zegt in Ezech. 18:27: Maar als de goddeloze zich bekeert van zijn goddeloosheid die hij gedaan heeft (…), die zal zijn ziel in het leven behouden. De Kanaänieten bleven tot het laatst toe strijden tegen Israël. Zij weigerden de wapens van vijandschap in te leveren en daarom verstokte de Heere hun hart. Dat ‘verstokken’ (verharden) van hun hart door de Heere wil niet zeggen dat Hij de oorzaak van hun opstand was, maar dat Hij hen rechtvaardig overgaf aan de ingeving van hun zondige hart. Ook van Farao lezen we dat de Heere zijn hart verstokte, zodat hij de kinderen Israëls niet uit Egypte liet trekken. Dat verstokken betekent dat de Heere hem ‘rechtvaardig aan zijn boze wil en lusten overgaf, zodat hij door zijn eigen boosheid en ingeving van de duivel weigerde te luisteren’ (kanttek. 26 op Ex. 4:21).

We lezen in de Dordtse Leerregels (D.L. 1, art. 16): De leer der verwerping is ‘met recht schrikkelijk voor degenen die, God en Christus de Zaligmaker niet achtende, zichzelf aan de zorgvuldigheden der wereld en aan de wellusten des vleses geheel hebben overgegeven, zolang zij zich niet met ernst tot God bekeren.’ Ondanks hun verzet zouden de Kanaänieten de oorlog tegen de Heere moeten verliezen. Hun tegenstand is het beeld van de mens die niet als een schuldige zondaar de toevlucht tot de Heere wil nemen. Vandaar dat de Heere Jezus sprak: En gij wilt tot Mij niet komen, opdat gij het leven moogt hebben (Joh.5:40). Die geestelijke opstand van de natuurlijke mens tegen de Heere wordt ons heel duidelijk getoond in het gedrag van de Kanaänieten.

We vernamen hoe alle Kanaänieten, ja zelfs de machtige reuzen, het onderspit voor Jozua moesten delven. Treffend kunnen we dat ook getekend vin-den in het gedrag van Jozua met de vijf koningen. Zij hadden zich verborgen in de spelonk van Makkéda en werden eerst diep vernederd en daarna gedood. We lezen in Joz. 10:24 en 25: En het geschiedde als zij de koningen uitgebracht hadden tot Jozua, zo riep Jozua al de mannen Israëls en hij zeide tot de oversten des krijgsvolks, die met hem getogen waren: Treedt toe, zet uw voeten op de halzen dezer koningen. En zij traden toe en zetten hun voeten op hun halzen. Hierna werden zij gedood.

Dat plaatsen van de voeten op de halzen van de koningen was een oosters gebruik dat hun afgedwongen onderwerping aangaf. Noach had eeuwen geleden geprofeteerd: Vervloekt zij Kanaän; een knecht der knechten zij hij zijn broederen (Gen. 9:25) en die profetie werd hier vervuld. Tevens wijst de vernedering van de vijf koningen heen naar de volkomen overwinning van de meerdere Jozua, de Heere Jezus, over al Zijn vijanden. Zo lezen we in Psalm 110:1: De HEERE heeft tot mijn Heere gesproken: Zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden gezet zal hebben tot een voetbank Uwer voeten. In 1 Kor. 15:25 staat: Want Hij (dat is de Heere Jezus) moet als Koning heersen, totdat Hij al Zijn vijanden onder Zijn voeten gelegd zal hebben. Dat betekent dat de Heere Jezus eens Zijn vijanden volkomen vernederen zal. Mochten wij door genade in ons korte leven ondervinden wat Jakobus schrijft: Vernedert u voor de Heere, en Hij zal u verhogen (Jak. 4:10). Hadden de Kanaänieten maar naar die raad geluisterd.

Maar wil dit volk niet bukken

Voor God, ’t wordt ras verneêrd;

’t Raakt t’ onder door verdrukken;

Het wordt van ’t kwaad verteerd (Ps. 107:20).

(Volgende keer D.V. 20. Het aardse en het hemelse Kanaän)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 juli 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Jozua, de knecht des Heeren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 juli 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's