Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Petrus, een visser van mensen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Petrus, een visser van mensen

24. Wie was ik toch, die God kon weren?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na enige dagen keerde Petrus vanuit Cesaréa weer naar Jeruzalem terug. Vol goede indrukken aan wat er in Joppe en Cesaréa was gebeurd, kwam hij bij de andere apostelen en bekenden aan. Ongetwijfeld was hij nog met grote blijdschap vervuld als hij eraan terugdacht hoe de Heere zijn predicatie in Cornelius’ huis had willen zegenen tot bekering van heidenen.

Maar in Jeruzalem bleek niet iedereen ingenomen te zijn met wat er in Cesaréa was gebeurd. De apostel kreeg meteen een bezoek van bekeerde Joden die erg ontstemd waren (Hand. 11:2). Zij hadden gehoord dat Petrus zich met heidenen had ingelaten en dat hij in het huis was geweest van een heidens officier. Verontwaardigd spraken zij tot hem: Gij zijt ingegaan tot mannen die de voorhuid hebben, en hebt met hen gegeten (Hand. 11:3). Zij wilden zeggen: ’Petrus, u bent omgegaan met mensen die niet besneden zijn en niet het verbondsteken van de Heere dragen zoals wij. U had die mensen moeten mijden!’

Wat zij beweerden was op het eerste gezicht terecht! Het wás de Joden geboden zich af te scheiden van de heidenen. De Heere had Israël afgezonderd door 1) hun een eigen land Israël te geven; 2) door het afgezonderde volk Israël te laten besnijden (alleen de jongetjes); 3) door te verbieden te trouwen met vreemdelingen (Deut. 7); 4) door hun strenge voorschriften te geven wat zij wel en niet eten mochten. Dat alles gaf de Heere om Zijn volk Israël van alle andere volkeren af te zonderen. Al die genoemde zaken vormden ’de middelmuur des afscheidsels’ (Ef. 2:14). Zij die naar Gods inzettingen leefden, hielden zich streng aan de door de Heere ingestelde Oudtestamentische geboden.

Ook Petrus leefde die inzettingen nauwkeurig na. Daarom wilde hij beslist niet de onreine dieren uit het neergelaten laken eten en klonk het uit zijn mond: Geenszins, Heere, want ik heb nooit gegeten iets dat gemeen of onrein was (Hand. 10:14). Hij sprak de volle waarheid. Ook hij hield tot voor kort vast aan de Oudtestamentische inzettingen. Maar we hebben gehoord hoe de Heere hem wilde onderwijzen door middel van het neergelaten laken en vervolgens hoe hij van ’s Heeren wege naar Cornelius was geweest. En hoe de Heere toen de samengekomen heidenen in het huis van Cornelius de gave van de Heilige Geest had gegeven, waardoor zij in vreemde talen waren gaan spreken en de Heere gingen grootmaken.

Hier deelden de heidenen in dezelfde voorrechten als die de Joden op de pinksterdag hadden genoten en werden Jood en heiden op dezelfde manier beweldadigd. Dat alles tot verwondering van de zes besneden Joden die met Petrus naar Cesaréa waren gereisd.

We lezen dat toen de Heilige Geest op de heidenen werd uitgestort, de gelovigen die uit de besnijdenis waren (dat waren de zes Joden die Petrus vergezelden) zich ontzetten dat de gave des Heiligen Geestes ook op de heidenen werd uitgestort (Hand. 10:45). Ook die zes Joden moesten net als Petrus ingewonnen worden voor het feit dat heidenen gingen delen in dezelfde voorrechten als de Joden.

Het was dus echt geen wonder dat de Joden uit Jeruzalem boos en verontwaardigd waren toen ze vernamen dat de apostel zich met Cornelius en andere heidenen had ingelaten. Zoiets was eeuwen lang als een grote zonde gezien. Hoe kon Petrus toch tot zó iets gekomen zijn! dachten de Joden van Jeruzalem. Maar Petrus had een afdoend antwoord op al hun vragen. En zijn zes reisgenoten waren de levende getuigen van wat hij sprak en van wat er gebeurd was.

Wat deed Petrus? Hij vertelde heel eenvoudig van het neergelaten laken in Joppe en van zijn weigering om onreine dieren te eten. Maar daarop had de Heere gesproken dat hij niet onrein mocht noemen wat de Heere gereinigd had. Daarna vertelde hij hoe hij door Gods Geest gedwongen werd naar het huis van Cornelius te gaan, die inmiddels ook al een bezoek van de Heere had gekregen. De Heere had Cornelius de opdracht gegeven om Petrus uit Joppe te laten roepen, die woorden tot hem zou spreken, door welke hij zou zalig worden, en al zijn huis (Hand. 11:14). Toen dat alles gebeurd was, stortte de Heilige Geest Zijn gaven op de heidenen uit en, zo eindigde Petrus zijn betoog aan de Jeruzalemse Joden: Indien dan God hun evengelijke gave gegeven heeft als ook ons, die in den Heere Jezus Christus geloofd hebben, wie was ik toch, die God kon weren? (vers 17).

Petrus benadrukte dat het alles uitsluitend Gods werk was geweest en dat hij niet meetelde. De Heere had in hem alle tegenstand verbroken en het was met hem en ook met de andere apostelen zo, dat zij door Gods genade tot het inzicht waren gekomen dat ook de heidenen dezelfde voorrechten hadden ontvangen als de Joden. Ook in dat opzicht was het waar: Uw volk zal zeer gewillig zijn op den dag Uwer heirkracht (Ps. 110:3).

Hoe was de reactie van de Jeruzalemse Joodse gelovigen? Gingen ze overstag? We lezen: En als zij dit hoorden, waren zij tevreden en verheerlijkten God, zeggende: Zo heeft dan God ook den heidenen de bekering gegeven ten leven! Ook zij mochten tot het inzicht komen van wat Paulus later schreef: Want Hij is onze Vrede, Die deze beiden (Joden en heidenen) één gemaakt heeft, en den middelmuur des afscheidsels gebroken hebbende, heeft hij de vijandschap (de scheiding tussen Joden en heidenen) in Zijn vlees (door Zijn offerande aan het kruis) teniet gemaakt (Ef. 2: 14 en 15a.)

(Volgende keer D. V. 25.Petrus’ wonderlijke verlossing)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Petrus, een visser van mensen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's