Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een en ander over aardappel wassen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een en ander over aardappel wassen

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

De samenstelling van een aardappel is globaal: water 78<'/o; stikstofverbindingen (eiwitachtige stoffen) l,7»/o; suikers O.Q^i'o; zetmeel 16,7%; l,8»/o; as 0.8°/o; vet 0.1»/o. Het zetmeelgehalte kan variëren van 14 tot 20°/o. Wanneer aardappelen opgeslagen worden bij temp. beneden ca. 6 gr. C, wordt een gedeelte van het zetmeel langzaam omgezet in oplosbare verbindingen. Dit heeft aanzienlijke verliezen aan zetmeel tengevolge, zodat de oogst zo snel mogelijk in de aardappelmeelfabrieken moet worden verwerkt. Deze fabrieken betalen de aardappelen naar het zetmeel gehalte, zoals de suikerfabrieken de bieten betalen naar het suikergehalte. Alleen is het zetmeelgehalte veel gemakkelijker te bepalen Men neemt daar voor 5 kg aardappelen en bepaalt daarvan het onder water gewicht (O.W.G.) Bedraagt dit b.v. 400 gram, dan is het gewichtsverlies onder water 4600 gr. en in verband hiermee het volume van de 5 kg aardappelen 4600 cm3 (Wet van Archimedes) 4600 cm3 wegen dus 5000 gr., 1 cm3 5000 gr.; 4600 is 1,087, het soorttelijk gewicht van deze aardappelen is 1,087 en hierbij behoort een zetmeelgehalte van 16,2''/o. Is het onder watergewicht hoger dan 400 gr., bv. 420 gr., dan is het s.g. van de aardappels 5000 : 4580 is 1,092, en daarmee is ook het zetmeelgehalte hoger, nl. n.l'/o. Aangezien het zetmeelgehalte en het s.g. in rechtlijnig verband staan, kunnen de aardappelmeelfabrieken de geleverde aardappelen betalen naar het O.W.G. Dit geschiedt op basis O.W.G. 400 gr. d.w.z. dat bv. 800 ton aardappelen met O.W.G. van 420 gr. worden verrekend als 420 : 400 x 800 is 840 ton van 400 gr. O.W.G. ruwvez

Aardappelen van zandgrond bezitten vaak een lager O.W.G. dan die van kleigronden en vroege rassen meestal een lager dan de late. Ook groengerooide aardappelen of ontijdig afgestorven aard appelen bevatten veelal minder zetmeel dat de uitgerijpte knollen. Deze laatste hebben ook een betere kwaliteit, aangezien de consumptie kwaliteit van een aardappel in verband staat met het zetmeelgehalte. Hoe hoger het gehalte aan zetmeel, hoe hoger de kwaliteit en zoals uit het bovenstaande volgt hoe groter het soortelijk gewicht. Door het s.g. te bepalen, kunnen we dus ook een indruk krijgen van de kwaliteit van de aardappel.

In zuiver water, waarvan het s.g. 1 is, zinkt een aardappel. Brengen we keukenzout in dit water, dan verhogen we daardoor het s.g. van het water, en kunnen we dit s.g. brengen op zo'n hoogte ,dat de aardappels gaan drijven. Natuurlijk gaan eerst de lichtste, de minst zetmeelrijke, de slechtste in kwaliteit dus, drijven, terwijl de betere kwaliteit nog op de bodem blijft liggen. De heer Hofstra van het Instituut voor Bewaring en Verwerking van Landbouwproducten vertelde op de vergadering van 3 jan. j 1., dat ook in Wageningen op deze wijze een monster aardappelen werd gesplitst in twee kwaliteiten, goeden en minder goed.

Het is te begrijpen, dat men op het idee gekomen is, de glazige aardappelen, die door de „doorwas" in zo goed als alle partijen in meer of minder mate voorkomen, met behulp van zoutoplossingen af te scheiden. De glazige aardappelen bereiken nl. een kleiner soortelijk gewicht, dan de normale aard appelen. De werkwijze is vrij eenvoudig. Door

De werkwijze is vrij eenvoudig. Door l toevoeging van zout wordt het s.g. van het water zoveel verhoogd, dat de glazige aardappelen drijven. Dit wordt bereikt door ruwweg gezegd 10 gewichtsprocenten zout toe te voegen. Het s.g. van het zoutbad kan met een areometer worden afgelezen. De zoutconcentratie is niet voor alle rassen gelijk. Bij eigenheimer moet het s.g. ongeveer liggen bij 1,08 tot 1,085, bij Bintje is dit 1,07 tot 1.075. Het kan dus van ras tot ras wel iets variëren, maar is gemakkelijk te bepalen. Voor zover thans bekend, is er geen variatie in zoutoplossigen nodig van verschillende partijen van éénzelfde ras. Het is gebleken, dat in een zoutbad behandelde aardappelen direct moeten worden afgespoeld, daar anders beschadiging kan optreden. Er moet dus achter de zoutwatertank een sproei-installatie worden gemaakt, teneinde de aardappelen direct na het bad met schoon water te behandelen. Het is ook wenselijk, dat de knollen

Het is ook wenselijk, dat de knollen bij deze werkwijze vooraf worden gewassen, daar aanhangende grond de aardappelen zwaarder maakt en daardoor de scheiding bemoeilijkt. Ook wordt het zoutbad sterk vervuild als niet vooraf wordt gewassen.

In Wageningen zijn op grote schaal proeven genomen, waarbij bleek dat bij Eigenheimer de scheiding perfect werkte. Aan de hand van steekproeven moet wel worden gecontroleerd of de concentratie goed is. Hierbij worden zowel van de goede als van de slechte knollen 50 aardappelen doorgesneden. Blijkt hierbij, dan in de goede partij nog enkele glazige knollen voorkomen, dan betekent dit dat de concentratie van het zout iets te laag is. Elke partij bleek dus zeer goed te scheiden. Bij het uitschot wordt ook wel eens een jonge gevonden, maar deze is van inferieure kwaliteit. In Wageningen zijn partijen gesorteerd, waarvan het percentage glas varieerde van 10 tot 35''/o. Het percentage glas heeft geen invloed op de scheiding. Zogenaamde pokerige knollen laten zich moeilijk scheiden, maar kunnen aan de leesband worden uitgelezen.

Met de door de heren D. Hofstra en C. Lugt resp. van het Instituut voor Bewaring en Verwerking van Landbcuwprodukten en van het instituut voor Biologisch en Scheikundig Onderzoek, beide te Wageningen, worden op een practisch zeer goed uitvoerbare wijze (plm. 5 ton per uur) glazige knollen uit doorwaspartijen verwijderd. Daar de methode gekoppeld moet zijn

Daar de methode gekoppeld moet zijn aan een wasinstallatie, is de benodigde investering niet gering. Een eenvou-dige beschouwing leert echter, dat de waardevermeerdering van doorwas partijen aanzienlijk kan zijn. Bij een continu bedrijf zou plm. 100

Bij een continu bedrijf zou plm. 100 ton per etmaal verwerkt kunnen worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1958

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's

Een en ander over aardappel wassen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 januari 1958

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's