Regenbui
Regen
‘Regen is een zegen’ is een uitdrukking die vaak gebruikt wordt na een tijd van droogte. Regen zorgt ervoor dat het droge stof niet meer opdwarrelt, het zicht ontneemt en de longen beschadigt. Regen verbetert de luchtkwaliteit. Regen maakt de harde klei zacht. Regen zakt de grond in, zodat de wortel het vocht kan opnemen. Regen heeft een heilzame werking. Dat komt terug in de afscheidswoorden van Mozes tot het volk (Deut. 32:2): Mijn leer druppe als een regen. Salomo’s regering wordt met regen vergeleken; hij regeerde niet met harde hand, maar legde met zachte hand het volk zijn wetten op: Hij zal nederdalen als een regen op het nagras, als de droppelen die de aarde bevochtigen (Ps. 72:6). Met regen wordt in Jesaja 55 Gods Woord bedoeld (vs. 10 en 11).
In Gods Woord lezen we van de twee belangrijkste regentijden: de vroege regen en de spade regen (Deut. 11:14). De vroege regen valt in de tijd nadat het land bebouwd en bezaaid is. De spade of late regen valt kort voor de oogst, om de vruchten zwaar en rijp te maken. In de Bijbelse Encyclopedie 1 worden drie regentijden genoemd: de vroege regen (rond oktober en november), de winterregen of plasregen (Ezra 10:9), en de spade of late regen (rond maart en april). Het begin van elk van die regenperioden verschilt veelal van jaar tot jaar. De belofte van ‘regen op zijn tijd’ (Deut. 11:14, Jer. 5:24) is veelzeggend. Ook is de regenval niet altijd gelijkmatig. De plasregen is een wegspoelende regen. In de winterse maanden van regenval zijn de rivieren vol water, zodat men ze moeilijk kan overtrekken (Ps. 40:3 en 69:2). De vroege regen beslaat een langere periode, waarbij de hoeveelheid (de kwantiteit) vooral van belang is, terwijl het bij de late regen gaat om een regen die binnen enkele dagen valt, waarbij het vooral om de kwaliteit gaat.
Over het algemeen wordt bij de vroege regen gedacht aan de Pinkstertijd, toen door de apostelen het zaad van Gods Woord werd gezaaid. Deze tijd van bekering kent zijn weerga niet vanwege de hoeveelheid zondaren die, ontdekt aan hun zonden, zich mochten wenden tot de Fontein van heil. De tijd van de spade regen zou dan overgezet kunnen worden op de tijd vlak voor Christus’ tweede komst, wanneer naar verwachting van velen veel Joden in korte tijd tot bekering zullen komen. We laten dit verder rusten.
Regenbui
Twee jaar geleden is van de hand van G. Roos (1949-2020, oud-commentator bij het RD) het boek ‘De regenbui’ verschenen. De ondertitel is: ‘Begin, groei en neergang van het christendom, en hoe nu verder’. Het is een ontdekkend boek, waarin de spiegel wordt voorgehouden: wat dragen wij als christenen uit, hoe zal het met het christendom gaan, kijkend naar wat in het verleden heeft plaatsgevonden? Roos haalt een historicus 2 aan, die geschreven heeft: ‘Alles tezamen genomen leidt de vergelijking van onze tijd met die van 1500 3 en die van 1800 4 tot de algemene indruk, dat de wereld thans een intensiever en grondiger proces van ontwrichting doormaakt dan in die beide vroegere tijden’. De grote lijn van het boek kan samengevat worden met een uitspraak van Maarten Luther, die waarschuwt dat we er rekening mee moeten houden dat Gods Woord en genade als een ‘stuwende regenbui’ is ‘die niet terugkeert, waar hij ooit was.’ Hij noemt enkele voorbeelden: ‘Zij is bij de Joden geweest, maar het is weg, ze hebben niets. Paulus bracht hem naar Griekenland, maar hij is weg; nu hebben ze de Turk. Rome en het Latijnse land hadden hem ook, maar hij is weg, nu hebben ze de paus.’ Dan spreekt hij zijn volksgenoten aan, maar we kunnen het ook toepassen op ons volk: ‘En jullie Duitsers moeten niet denken dat jullie hem voor altijd zullen hebben, want ondankbaarheid en minachting zullen hem niet laten blijven.’ Dat brengt hem tot de indringende oproep: ‘Dus grijp en hou vast, wie kan grijpen en vasthouden; luie handen moeten een slecht jaar hebben’. Hoewel Luther een ander beeld gebruikt, bedoelt hij hetzelfde als wat de apostel Johannes schreef: Gedenk dan waarvan gij uitgevallen zijt, en bekeer u, en doe de eerste werken; en zo niet, Ik zal u haastelijk bijkomen, en zal uw kandelaar van zijn plaats weren, indien gij u niet bekeert (Openb. 2:5). De kanttekenaren leggen het zo uit, dat in Éfeze sprake was van verslapping en dat Christus Zijn gemeente wil opwekken tot ijver. Ze schrijven: ‘Want hoewel Christus’ gemeente nimmermeer vergaat, Matth. 16:18, zo wordt zij nochtans wel van de ene plaats genomen en op een andere geplant, gelijk Christus den Joden dreigt, Matth. 21:43’. Is de Heere aan het verdwijnen uit Nederland? Zijn Geest werkt nog, maar hoe spaarzamelijk als we het vergelijken met wat in andere delen van de wereld plaatsvindt (bijv. China 5 ).
Oorzaken
Als we nadenken over de oorzaken van het wijken van de Heere uit Nederland, kunnen we lessen trekken uit de tijd van de richter Eli (1 Sam. 1). Het gebrek aan profetie stond in verband met de ellendige, betreurenswaardige toestand van Eli’s huis: de door hem toegelaten zonden in zijn gezin en van het volk. Het begon te ontbreken aan mensen die de nauwe, verborgen omgang met God kenden. De Heere raakte als het ware uit het gezichtsveld. Zien we de parallellen uit deze geschiedenis voor onze tijd? Secularisatie tast het christelijke karakter van ons land aan. De zingeving van het christelijk geloof is voor velen totaal weggevallen. Het christendom is veel van z’n innerlijke kracht kwijt. In de eerste eeuwen na Christus was het geheim van de eerste christenen dat de opgestane Heere voor velen een levende werkelijkheid was.
Markttijd
Roos eindigt zijn boek als volgt, het overdenken meer dan waard: ‘De regenbui trekt voorbij. Een oud gezegde luidt: ‘Toen de kerken waren van hout, waren de harten van goud. En toen de kerken werden van goud, werden de harten van hout’. Zodra een christen de kans krijgt gemakzuchtig te leven, dreigen er gevaren. Waar de kerken eertijds bloeiden, schijnen ze nu ‘als tot niet gekomen te zijn’ (NGB art. 27). De reden? Het christendom raakte zijn innerlijke kracht kwijt.
Wat nu? Dat vraagt gebed. In het bijzonder voor het nageslacht. Dat vraagt aandacht. Om onze kinde-ren voor te leven wat het leven met God is. … De grote vraag is of er mensen zijn die vanuit diepe doorleving van de waarheid van Gods Woord – zonde en genade – weer levende getuigen mogen zijn in de samenleving.’
We besluiten dit artikel met de woorden van Luther die voorafgingen aan zijn eerder genoemde uitspraak: ‘Lieve Duitsers, koopt, terwijl de markt voor de deur is; haalt in en vergadert, terwijl de zon schijnt en het goed weer is. Gebruikt Gods genade en Zijn heilig Woord, terwijl het voorhanden is’. De Heere schenke uit genade door het geloof gehoor te geven aan deze welgemeende oproep en beware ons voor luie handen in het persoonlijk, kerkelijk en geestelijk leven. Opdat er nog sprake mag zijn van een spade regen.
Noten
1. Bijbelse Encyclopedie, onder hoofdredactie van F.W. Groothedde, uitg. Kok, Kampen, 1994 (7 e druk).
2. J. Huizinga (1872-1945). Wat zou deze historicus geschreven hebben als hij nu, tachtig jaar later, nog in leven was?
3. Rond 1500 vonden veel ontwikkelingen plaats die het leven veranderden en ervoor zorgden dat het zelfbewustzijn van de mensen zich ontwikkelde en de kerk een minder grote plaats in het leven kreeg.
4. Tussen 1789-1799 vond de Franse Revolutie plaats, met als gevolg dat de gereformeerde kerk haar vooraanstaande plaats kwijtraakte.
5. Dat de Heere op bijzondere wijze in China werkt, is te lezen in de nieuwsbrieven van stichting Sinim, aan te vragen via bolier@kliksafe.nl.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 februari 2023
De Wachter Sions | 12 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 februari 2023
De Wachter Sions | 12 Pagina's