“Kwaliteit en identiteit moeten hand in hand gaan”
Interview met de heer J.W.D. Nijkamp, voorzitter Raad van Bestuur RST Zorgverleners
Voor een goed gesprek heeft Wim Nijkamp wel tijd. Want de toekomst van de zorg gaat hem ter harte. Hij toont zich een betrokken en enthousiast bestuurder. Al gauw blijkt dat hij niets moet hebben van allerlei rampscenarios over de zorg: Ik ben van nature een optimistisch mens. Als christen hoef je bovendien helemaal niet bang te zijn voor de toekomst op deze aarde. Die ligt in Gods handen. Je hebt je te houden aan de Bijbelse opdracht om te doen wat je hand vindt om te doen.
In 1988 ging de Reformatorische Stichting Thuiszorg van start als een kleine kraamzorgorganisatie. In 1998 kwam de thuiszorg erbij.
In bijna vijfentwintig jaar groeide zij uit tot een onderneming in de zorgsector met tegen de 1300 medewerkers. Die groei ging niet ten koste van de kwaliteit van de dienstverlening.
Want vorig jaar kwam RST Zorgverleners uit de bus als koploper in een vergelijking met andere zorgorganisaties. Nijkamp is er best trots op. “RST Zorgverleners is qua financiën en organisatie goed op orde. We hebben een hoge score qua klanttevredenheid en tevredenheid van de medewerkers. Al drie jaar op rij.”
Dit betekent niet dat de zorgorganisatie op haar lauweren gaat rusten. Nijkamp: “Ik ben eigenlijk nog altijd een beetje die fanatieke onderwijzer van dertig jaar terug.” Ook zijn collega-bestuurder Jeanet van Essen is als bedrijfseconoom van mening dat identiteit en kwaliteit hand in hand gaan. “Dus wanneer hier een opmerking of een klacht binnenkomt, dan staan wij als Raad van Bestuur erop dat daar zo snel mogelijk op wordt gereageerd. Een klacht van een cliënt zien wij niet primair als een probleem, maar vooral als een gratis advies om een oplossing te realiseren.”
Waarom is het leveren van kwaliteit een belangrijk issue voor RST Zorgverleners? De mensen uit de reformatorische doelgroep komen immers toch wel naar jullie toe vanwege de identiteit van de organisatie.
Met deze suggestie is Nijkamp het pertinent niet eens. Een dergelijke houding legt volgens hem de bijl aan de wortel van de identiteitsgebonden organisaties. “Identiteit is iets om hoog te houden. Kwaliteit is iets dat telt. In onze visie zorgen goede kwaliteit en heldere identiteit voor de uitstraling van RST Zorgverleners. Identiteit en kwaliteit moeten tegelijk opgaan, anders lopen de klanten bij je weg of kunnen andere spelers in het veld over je heen lopen.”
Maar is het niet zo dat RST Zorgverleners minstens drie keer zo groot zou moeten zijn om echt mee te tellen en serieus gewicht in de schaal te leggen?
Nijkamp stelt heel nuchter vast dat het klopt dat je met een jaaromzet van circa 23 miljoen euro een relatief kleine speler in het veld van de zorgorganisaties bent. “Maar dat neemt niet weg dat er in het verband van ActiZ1 serieus naar ons wordt geluisterd. En ik denk dat dit te danken is aan de kwaliteit die onze medewerkers elke dag weer leveren en de integriteit waarmee zij hun werk doen. Een ander aspect is dat wij open staan voor samenwerking met andere organisaties. Daar kies ik liever voor dan dat we via een fusie opgaan in een groter algemeen christelijk geheel. Wat je daarmee aan de ene kant aan macht wint, verlies je aan de andere kant doordat de identiteit vervaagt en verwatert. Mijn parool naar anderen toe is: kom gerust binnen kijken, maar laat ons wel onszelf mogen zijn.”
Wat vindt u van het rapport ‘Redzaam ouder’ van de Raad voor Volksgezondheid en Zorg (RVZ)? Roept het herkenning bij u op en kunt u met de belangrijkste aanbevelingen uit de voeten?
De RST-bestuurder toont zich ambivalent over het RVZ-rapport. “Natuurlijk herken ik heel veel dingen in het rapport. Het scheiden van wonen en zorg, waarbij mensen zelf het wonen betalen en alleen de zorg wordt vergoed, daar spelen wij ook op in. Ik kan het nog sterker vertellen. In de reformatorische achterban was men daar zo’n veertig jaar geleden al mee bezig. De Oud-Gereformeerde Gemeenten bouwden toen al tehuizen voor ouderen, waar RST Zorgverleners nu thuiszorg komt geven. Het huis staat dus los van de zorg. Er is alleen een beheerder die zorgt voor onderhoud en noodzakelijke reparaties aan het gebouw en aanspreekbaar is voor bewoners.”
“Verder moest ik denken aan wat de PvdAprominent Marcel van Dam enkele jaren geleden al zei dat ouderen zelf voor hun rollator moesten gaan betalen. De trend dat ouderen meer en meer hun zorg voor een deel zelf gaan inkopen is onvermijdelijk. De benadering moet inderdaad zijn dat ouderen zelf redzaam zijn tot het tegendeel blijkt. Die redzaamheid van ouderen kan verder worden versterkt wanneer het sociale netwerk om die ouderen heen hen ondersteunt. Pas als dat echt niet meer gaat, komt de professionele zorg en eventueel de overheid om de hoek kijken om bij te springen.”
Zover is het nog lang niet. Want veel mensen vinden dat ze recht hebben op zorg. Ze hebben immers jarenlang AWBZ-premie betaald. En dankzij de bevordering van de individualisering zijn gezinnen, kerken en allerlei maatschappelijke verbanden ontrafeld, waardoor veel ouderen in sterke mate op zichzelf zijn aangewezen.
Volgens Nijkamp zit hier de zwakke plek van het RVZ-rapport: “Ik vraag me af of de RVZ wel ècht rekening houdt met de oudere van de toekomst. Want op papier klopt het betoog van de RVZ wel, maar hoe wil je in de praktijk jongere mensen zo veranderen dat ze over hun toekomst gaan nadenken? Dat kun je niet van bovenaf organiseren, dat moet van onderop komen. De instrumenten van een zorgverklaring en een levensloopwijzer die de RVZ aanbeveelt…, ik heb mijn twijfels bij de effectiviteit ervan. In mijn optiek moet je terug naar de jongelui die nu op schoolleeftijd zijn. Die jongeren moeten weer belangrijke waarden krijgen bijgebracht. Waarden die sinds de jaren zestig als achterhaald worden beschouwd. Dan heb ik het over respect voor het gezag, opstaan voor ouderen, met elkaar en voor elkaar zorgen (denk aan het Twentse ‘noaberschap’), de zinvolle betekenis van het moederschap… Kortom het belang van de wezenlijke gedachte dat je als mens niet alleen en in de eerste plaats voor jezelf leeft. Vanuit deze Bijbelse mensvisie kun je de omgeving (familie, buurt, kerkelijke gemeente) van ouderen mede-’plichtig’ maken voor de zorg die zij nodig hebben. Daarvoor is mijns inziens niets minder dan een ‘mindwave’ nodig, een verandering van ons denken en doen. Anders blijf je steken in een analyse – hoe goed en nuttig ook. Maar je komt per slot van rekening niet verder dan een academische beschouwing over de toekomst van de ouderenzorg.”
Hoe ziet u de rol van de overheid hierin?
“In het algemeen denk ik dat de overheid niet teveel moet willen sturen”, zo vindt Nijkamp.
“De samenleving is immers niet maakbaar. Laat ouderen zelf kiezen waar zij willen blijven of gaan wonen. Wat de overheid – vooral de gemeente - wel kan doen, is zorgdragen voor een toekomstbestendig woonconcept, waarbij zorg en welzijn op het niveau van de woonwijk zijn te organiseren. De fysieke nabijheid van allerlei zorgvoorzieningen is in de toekomst van minder groot belang, omdat met behulp van domotica2 en zorg op afstand al heel veel gedaan kan worden. Daar moeten de woningen dan wel geschikt voor zijn. Het belang van het sociale en mentale netwerk van ouderen zal echter sterk toenemen. Naar mijn smaak heeft de RVZ daar wat te weinig oog voor in zijn rapport ‘Redzaam ouder’. “
Wat doet uw organisatie voor mantelzorgers?
“Hier steekt RST Zorgverleners bewust veel tijd in. We organiseren speciale bijeenkomsten voor mantelzorgers om hen voorlichting te geven. In onze zorgplannen hangen de mantelzorgers er niet maar een beetje bij. Nee, onze benadering is dat we mantelzorgers een volwaardige plek geven in het zorgplan. Daarbij geldt wel de regel dat professionele zorg ook door een professional wordt gedaan. Mantelzorgers mag je niet met die verantwoordelijkheid belasten. Dat voorkomt ook overbelasting. Daarnaast is je houding en benadering van belang. Mantelzorgers vragen niet om een financiële beloning.
Maar wel om een steun in de rug in de vorm van regelmatig overleg en een vraagbaak.” Enthousiast vervolgt Nijkamp zijn betoog: “Verder heeft RST Zorgverleners onlangs in pilots het project ‘cliënt gericht werken’ gestart, waarbij we medewerkers willen trainen om de vraag achter de vraag van de cliënt op het spoor te komen. Neem bijvoorbeeld het verzoek van een cliënt om meer zorguren. De achterliggende reden van die vraag zou het probleem van eenzaamheid kunnen zijn. Zo’n vraag proberen we dan in samenspraak met het sociale netwerk van die cliënt op te lossen.”
Speelt het fenomeen stopwatch-zorg uw medewerkers parten?
Nijkamp gaat bewust even kort door de bocht: “Helaas moeten we dergelijke gegevens aanleveren aan zorgkantoren en andere partijen, maar eigenlijk willen we het liefst zoveel mogelijk zorg verlenen als de cliënt nodig heeft. Die gedreven houding is typerend voor de medewerkers van onze organisatie.”
Maakt u zich zorgen om de toekomst van identiteitsgebonden zorgorganisaties?
“Nee. Rampscenario’s zijn aan mij niet besteed. Je kunt met het oog op de toekomst streven naar een veel grotere organisatie. Langs deze route kun je economische schaalvoordelen realiseren of een betere machtspositie in de zorgsector bereiken. Maar ik ken ook vrij recente voorbeelden waarbij bestuurders hun hand duidelijk hebben overspeeld. Een organisatie die de menselijke maat ontstijgt, loopt het grote risico los te raken van haar wortels, haar identiteit. Als RST Zorgverleners streven wij naar een goede dienstverlening voor onze cliënten en naar een heldere vertaalslag van onze identiteit. En ik merk dat cliënten ons product wensen en waarderen. Er is zogezegd vraag naar. Dan hoef je niet bang te zijn voor de toekomst.”
Noten
1 ActiZ is de brancheorganisatie van ondernemers in de verpleeg- en verzorgingshuiszorg, thuiszorg, jeugdgezondheiden kraamzorg en behartigt de gemeenschappelijke belangen van haar 415 leden.
2 Toepassing van digitale technieken die het o.a. voor ouderen mogelijk maken om ondanks allerlei beperkingen toch langer thuis te blijven wonen.
J.W.D. Nijkamp
Wim Nijkamp werd geboren in 1955 te Rijssen. In 1977 voltooide hij de opleiding aan de Pedagogische Academie te Almelo. Van 1977 tot 1986 was hij verbonden aan een basisschool te Staphorst. Van 1986 tot 1996 was hij directeur van de Eliëzer- en Obadjaschool voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs te Zwolle. In 1987 behaalde hij de Akte buitengewoon onderwijs.
Sinds 1996 werkt de heer Nijkamp voor RST Zorgverleners, eerst als algemeen directeur en vanaf 2003 als voorzitter van de Raad van Bestuur. Voor de SGP is hij actief geweest als bestuurslid van diverse plaatselijke kiesverenigingen.
Wim Nijkamp is getrouwd, heeft vijf kinderen en acht kleinkinderen.
Kerngegevens RST Zorgverleners
RST Zorgverleners wil helpen in situaties waar zorg nodig is. Zij biedt Kraamzorg, Huishoudelijke hulp en Verpleging & Verzorging.
Identiteit: RST Zorgverleners laat zich bij de zorgverlening leiden door het onveranderlijke Woord van God. Ook zijn de drie formulieren van enigheid in de statuten van de stichting opgenomen. In al het doen en laten van de medewerkers, maar ook van degenen aan wie zorg wordt verleend, zal de christelijke levenshouding van invloed zijn.
In leer en leven dient de reformatorische levensstijl tot uitdrukking te komen. De zondag is de door God gegeven rustdag. Niet-noodzakelijke werkzaamheden zal RST Zorgverleners op die dag vermijden.
Kwaliteit: In 2011 heeft de organisatie deelgenomen aan de Benchmark in de Zorg die door ActiZ in samenwerking met PWC is ontwikkeld. Voor de derde achtereenvolgende keer behaalde RST Zorgverleners de triple-A status. Dit houdt in dat de organisatie op alle drie de onderdelen van de Benchmark (cliënten, medewerkers en bedrijfsvoering) significant hoger scoort dan het gemiddelde van collega-instellingen.
Certificering: RST Zorgverleners is in het bezit van o.a. het HKZ-certificaat (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector), het WHO/Unicef-certificaat ‘Zorg voor Borstvoeding’, en het certificaat als erkend leerbedrijf (Calibris).
Vestigingen: Barneveld (hoofdkantoor), Goes en Ridderkerk
Personeelsbestand: 1.128 medewerkers (483,5 fte), per 31 december 2011
Jaaromzet (2011): € 22.010.000
Raad van Bestuur: J.W.D. Nijkamp (voorzitter) en mw. drs. J.J. van Essen (lid)
Raad van Toezicht: drs. A. Verweij (voorzitter), mr. L. Alberts, ing. G. de Jong, drs. J. de Waard MBA en drs. T. Woord RA EMITA
Drs. Jan A. Schippers, directeur van het Wetenschappelijk Instituut voor de SGP
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 juli 2012
Zicht | 92 Pagina's