Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verwondering op De Hemelse Berg

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verwondering op De Hemelse Berg

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ze kwam binnen als keukenzuster, maar vertrok in 1994 naar Amsterdam. Daar werd zendingsdiacones Greet Verhoeven het gezicht van t Arendsnest, een centrum voor psychosociale hulpverlening in De Pijp. Onlangs keerde ze terug naar Zendingsdiaconessenhuis Bethanië in Amerongen, om zich voor te bereiden op haar toekomstige taak als besturend zuster. „God heeft een nieuwe opdracht voor me.

Het is nog wel wennen, de rust en stilte in en rond het Diaconessenhuis in Amerongen. Het bruisende leven in Amsterdam veroverde het hart van zuster Greet Verhoeven (54). „Half november heb ik afscheid genomen, in de gelagkamer van het pand van de centrale diaconie aan de Nieuwe Herengracht. De collega’s hadden een straatzanger met een accordeon uitgenodigd. Samen hebben we Amsterdamse straatliederen gezonden als ‘Geef mij maar Amsterdam’ en ‘Aan de Amsterdamse grachten’.”
Niet alleen het rumoer van de stad, ook de dynamiek van het werk liet ze achter zich. „In de beginfase was ’t Arendsnest een huis voor de opvang van mannen en vrouwen die waren vastgelopen in het leven. Ze konden er op adem komen en een nieuwe start maken. Door de jaren heen veranderde de doelgroep, omdat steeds vaker vrouwen met kinderen zich aanmeldden. De problematiek werd complexer.”
In 2009 fuseerde het christelijke centrum voor psychosociale hulpverlening in De Pijp met stichting Timon.
De laatste jaren werkte de zendingsdiacones daar als teamleider. Daarnaast bleef ze het gezicht van de organisatie. Door haar uniform, haar stoere gestalte en haar aanstekelijke lach.
„Over en weer is het een rare ervaring dat ik nu echt weg ben. Mijn medewerkers zeiden: ‘We doen net of je heel lang op vakantie gaat’. Ik heb er gewerkt met mijn hele hart. Het was niet altijd gemakkelijk, maar wel heel boeiend om een stukje mee te mogen lopen in het leven van zwaar beschadigde mensen.”

Passie
De dochter uit een thuislezersgezin was 25 jaar oud toen ze intrede deed in Amerongen.
Ze werkte op dat moment al zeven jaar in de keuken van verpleeghuis De Hemelse Berg op het gelijknamige landgoed in Oosterbeek, een van de projecten van de zendingszusters.
De wond die was geslagen door de kerkelijke misère die haar ouders ertoe bracht thuis te gaan lezen, begon daar te helen. Al bleven de littekens soms steken. „Ik was diep onder de indruk van de levenswijze van de diaconessen. De combinatie van geloof en praktijk. Die levende voorbeelden van christelijk dienstbetoon hebben me ertoe gebracht hun voorbeeld te volgen.”
Ook in het Zendingsdiaconessenhuis van de Amerongse zusters had ze een taak in de keuken. Tot ze werd uitgezonden naar Amsterdam. „Nu woont in De Pijp de elite, maar toen was het nog een verpauperde wijk. Toch voelde ik me er vanaf de eerste dag thuis. De eerste weken heb ik bij Het Scharlaken Koord gewerkt, om de buurt en de problematiek te leren kennen. Op Goede Vrijdag werd me gevraagd de vrouwen van de wallen op te halen, voor een dienst in de Barndesteeg. Veertig prostituees gingen mee. Het was een wonderlijke ervaring om met die mensen stil te mogen staan bij het sterven van onze Heiland.
Ik had passie voor die vrouwen. Als we samen waren, vertelden ze soms onder tranen hun verhaal. Bijna niemand kiest vrijwillig voor zo’n bestaan. Mensen om me heen zeiden: ‘Dit soort werk is je op het lijf geschreven’. Dat heeft God bevestigd. Ik houd van mensen, hoe diep ze ook zijn gevallen. Soms zei ik tegen een cliët: ‘Jij bent het nu, ik kan het morgen zijn’.
De scheidslijn tussen licht en duisternis is heel dun. Ik heb zelf een periode van ernstige depressiviteit doorgemaakt. Als God je dan niet vasthoudt, ook door mensen om je heen, kun je heel snel afglijden.”

Verwondering
Naast haar dagelijkse arbeid als gastvrouw van ’t Arendsnest volgde ze de studie tot maatschappelijk werkster en de opleiding contextuele therapie. „aardoor heb ik nog meer geleerd om mensen te accepteren zoals ze zijn. Veel cliëten leefden in een soort schijnwereld, vervreemd van hun omgeving en van zichzelf. Soms waren ze door hun levensgeschiedenis te geblokkeerd om het goede te kunnen ontvangen. Toch blijf ik geloven in verandering.”
Met fysiek geweld is ze nooit geconfronteerd.
„Daar zijn we echt voor bewaard. Soms hadden we mensen in huis van wie ik later dacht: ‘Bijzonder dat er niets is gebeurd’. Agressie was er natuurlijk wel, maar daar leer je mee om te gaan. Op zulke momenten ervoer ik mijn positie als zendingsdiacones als een voordeel.
Soms corrigeerden mensen zichzelf in mijn bijzijn zonder dat ik er wat voor hoefde te doen.” De keuze voor een celibatair bestaan, met het oog op christelijk dienstbetoon, ervaart ze nog steeds als leiding van God. „Een paar weken geleden liep ik weer over landgoed De Hemelse Berg. Toen kwamen alle herinneringen aan de bijzondere tijd die ik er heb gehad terug. Op dat moment was er enkel verwondering in mijn hart.”

Vanuit Amsterdam keerde zuster Greet regelmatig voor een paar dagen terug naar de basis in Amerongen. Daardoor ging de crisis in de gemeenschap, die in 2000 tot een uitbarsting kwam, niet aan haar voorbij. Oorzaak was verschil van mening over de wijze waarop de slinkende communiteit moest worden voortgezet.
„Een aantal zusters heef ons verlaten. Dat is heel verdrietig en doet pijn. Heel lang heb ik geloofd in verzoening, maar de realiteit was helaas anders. Ook die gebrokenheid moest ik accepteren. Aan de andere kant is een crisis niet alleen kommer en kwel. Die biedt ook de mogelijkheid om afstand te nemen van oude patronen, zodat er iets nieuws kan komen.”
De definitieve terugkeer naar Amerongen, op verzoek van de zusters, heeft te maken met de toekomst van de gemeenschap. „Met elkaar hebben we besproken hoe we het gedachtegoed van de Amerongse zusters voor de toekomst willen borgen en wat we daarvoor nodig hebben.” Pas als het haar klip en klaar wordt gevraagd, geeft ze de concrete reden. „nderdaad, het is de bedoeling dat ik zuster Dorien Peet ga opvolgen als eerstverantwoordelijke.”

Verrassingen
Bij haar intrede in 1984 telde de gemeenschap nog zo’n vijfenzestig zusters. Dat aantal is geslonken tot veertien, van wie zes gepensioneerd. Drie van de acht werkende zusters zijn boven de zeventig. Om de arbeid voort te kunnen zetten, is een jongerenwerker aangesteld en zijn drie diaconale werkers aangenomen. „ie vormen als het waren een verlengstuk van onze gemeenschap. Ze gaan zich onder meer bezighouden met migranten. Ik stuur deze mensen aan en heb daarnaast de gelegenheid om me warm te lopen voor mijn nieuwe taak.”
De vraag om de leiding van de gemeenschap over te nemen, bezorgde de zendingsdiacones gemengde gevoelens. „Ik stond niet te juichen, maar wanneer God zoiets op je pad brengt, kun je niet zomaar nee zeggen. Ik heb gebeden: ‘Als het van U is, wilt U het dan bevestigen’.
In wezen kom ik op dezelfde manier terug als ik ben weggegaan. God heeft een nieuwe opdracht voor me.
De invulling daarvan laat ik aan Hem over. ‘Mijn handen zijn leeg, wilt U ze vullen’.”
Zorgen over de toekomst maakt ze zich niet. „Ik geloof dat diaconaal dienstbetoon door God gegeven is en er daarom tot het eind van de tijden zal zijn. Hij voorziet er Zelf in, al kan de vorm veranderen. Daarom lig ik niet wakker van het slinkende aantal zendingsdiaconessen. Ik geloof in een God van verrassingen.”


Toerusting in Amerongen
Het zendingsdiaconessenwerk ontstond aan het eind van de negentiende eeuw vanuit een opwekkingsbeweging binnen de evangelische kerken in Oost-Pruisen. Jonge vrouwen die hun leven wensten te besteden in dienst van het Evangelie, sloten zich aan bij de diaconessengemeenschap die was gesticht door de predikant Carl Ferdinand Blazejewski.
De leefgemeenschap in Amerongen werd in 1935 gesticht door de Duitse zendingsdiacones Johanna Bock. De Nederlandse zusters richtten zich op ‘toerusting en geloofsopbouw’, door conferenties, bezinningsweekends en kinderkampen. In de jaren negentig begonnen ze in Amsterdam een centrum voor psychosociale hulpverlening: ’t Arendsnest. Tegenwoordig organiseren de Amerongse zendingsdiaconessen onder meer stilteweekenden en weekenden voor rouwdragenden.

Voor meer informatie:
www.zdh.nl
Voor contact:
Zr.Greet@zdh.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 16 januari 2013

Terdege | 100 Pagina's

Verwondering op De Hemelse Berg

Bekijk de hele uitgave van woensdag 16 januari 2013

Terdege | 100 Pagina's