Bevestiging en intrede ds. L. Terlouw te Utrecht
Woensdag 8 juli 2015 heeft de bevestiging en intrede van ds. L. Terlouw plaatsgevonden. Na een zeer korte vacante periode van nog geen halfjaar, mocht de gemeente opnieuw een eigen herder en leraar uit Gods hand ontvangen. Diepe verwondering over de goedheid van de Heere past ons.
Onze consulent, ds. P. Mulder, leidde de bevestigingsdienst. Hij bediende het Woord naar aanleiding van Handelingen 18:9b en 10a: Zijt niet bevreesd, maar spreek, en zwijg niet; Want Ik ben met u. Het thema was “Bevestiging te Korinthe”. Paulus is bezig aan zijn tweede zendingsreis. Paulus, geleid door Gods Geest, komt dan in de stad Korinthe, een grote stad, vol zonde. Wanneer Paulus gaat preken, ervaart hij veel strijd, maar ook zegen. Paulus is niet bang, maar toch is er vrees in zijn hart. Paulus mag werken in dienst van de grote Ambtsdrager, de oudste Broeder. Het meest waar hij bang voor is, is mensenvrees, maar hij is ook bang om te zwijgen. Vrees niet Paulus en zwijg niet, want als de Heere spreekt, zou Hij het dan niet bestendig maken? Wat zou hij dan moeten spreken, van Wie moet hij spreken? De opdracht aan Paulus was helder. Predik het Woord Gods in Zijn Naam en in Zijn kracht. Paulus schrijft dat later zelf aan de gemeente van Korinthe: Maar hun die geroepen zijn, prediken wij Christus de Kracht Gods en de Wijsheid Gods. Christus moet gepredikt worden, Zijn Naam proclameren. In Zijn Naam moeten gepredikt worden bekering en vergeving der zonden. Wat een voorrecht gemeente van Utrecht, dat dit Woord weer aan u verkondigd mag worden. Dat er dan toch ook zielen behouden mogen worden, want Christus kwam om het verlorene op te zoeken. Het Woord te spreken, is een verantwoordelijk werk om te doen, maar het is ook een verantwoordelijkheid om het Woord te horen. Wie op de leerschool van Christus’ Geest een plaats krijgt, die krijgt ook de prediking lief. Dan zal men steeds weer moeten ervaren: Hij moet wassen, ik minder worden. Dan wordt het waar: niets uit ons, maar alles uit Hem. De Heere laat u dan niet los. Hij heeft het Zelf gezegd: Ik ben met u. Wat de wereld ook doet. Ik ben met u, apostelen, dienaars, ambtsdragers. Dan bent u weleens verwonderd door Zijn nabijheid, waar we ook mogen zijn. De Heere zal eenmaal komen als Rechter, nu wordt Hij gepredikt als Redder van verlorenen. Kerk des Heeren, straks, zonder onderbreking en zonder verstoring Ik ben met u en Gods Kerk zal dan eeuwig bij de Heere zijn.
Na het lezen van het formulier verbond ds. Terlouw zich met “Ja ik, van ganser harte” aan de gemeente van Utrecht. Vervolgens sprak ds. Mulder hem hartelijk toe. Dit jaar bestaat de gemeente van Utrecht negentig jaar. In deze grote stad, mocht er zestig jaar een predikant voorgaan. Wat een stille verwondering was er toen ds. Terlouw het beroep mocht aannemen. Gemeente, bidt voor uw dienaar, laat het bidvertrek niet leeg. Ds. Mulder sprak de wens uit dat er een opzien mag zijn naar de Heere, want Hij Die geroepen heeft is de Getrouwe, Die het ook doen zal. Ik ben met u. Staande werd de nieuwe predikant Psalm 20:1 toegezongen.
In de avonddienst, waarin ds. Terlouw intrede deed, stond Handelingen 10:29b (Zo vraag ik dan, om wat reden gijlieden mij hebt ontboden) centraal. Het thema voor de intredepreek was: Een indringende vraag bij een eerste ontmoeting. Hij stond stil bij twee punten: 1. De roep om Gods woord en 2. De boodschap van Gods genade.
Petrus stelde Cornelius, de hoofdman over honderd, direct een indringende vraag, waarom heeft u mij laten komen. Waarom moest ik van Joppe naar de stad Cesaréa komen. Een stad van goddeloos vermaak en vertier. Het antwoord vinden we in de eerste verzen van dit hoofdstuk. Cornelius was geraakt door Gods Woord. Cornelius bad zonder ophouden tot de God van de Joden, totdat de Heere hem in een gezicht liet zien wat hij moest doen. Petrus wist met welke opdracht hij naar Cornelius toe moest gaan en toch vraagt hij het aan hem. Diezelfde vraag komt tot u gemeente. Was het een beroep uit gewoonte of was het uit nood? Is het de nood van uw hart, mijn ziele doorziet gij uw lot, hoe zult gij rechtvaardig verschijnen voor God? Cornelius wilde het volledige Woord horen, alles wat God geboden heeft, ook al is dat scherp. Al het onze moet afgesneden worden. Dan wordt het ervaren: zonder Mij kunt gij niets doen.
Petrus stelt deze vraag opdat die roep zal klinken uit het leven van Cornelius om Gods Woord. Niet alleen van Cornelius, maar ook van zijn gehele huis. Petrus had de opdracht gekregen om het Evangelie, de boodschap van God, te verkondigen aan al de volken, dus ook aan Cornelius te Joppe. Zo klinkt het nog, ook aan de gemeente van Utrecht. De boodschap van vrije genade mag van ‘s hemelswege nog in uw midden verkondigd worden. Van deze predikant moet de gemeente het niet verwachten, maar bij God is er verwachting. Dan wil de Heere, door genade in Zijn Zoon, van onze Rechter nog onze Redder worden. Vrede in Zijn bloed. Komt dan, en laat ons tezamen rechten, zegt de HEERE, al waren uw zonden als scharlaken, zij zullen wit worden als sneeuw; al waren ze rood als karmozijn, zij zullen worden als witte wol.
Na zijn intrede en zijn persoonlijk dankwoord werd ds. Terlouw toegesproken door ds. W. Visscher, namens de Classis Utrecht, en de Particuliere Synode Noord-West en door ouderling A. van der Heiden, namens de kerkenraad en de gemeente. Op verzoek van ouderling Van der Heiden zong de gemeente haar nieuwe predikant staande de Bedezang voor de predikatie toe, waarna ds. Terlouw voor de eerste maal als eigen herder en leraar de zegen op de gemeente legde.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 september 2015
De Saambinder | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 september 2015
De Saambinder | 20 Pagina's