Afgeluisterd
Telemann
J. S. Bach was als cantor van de Thomaskirche in Leipzig pas de derde keus, na Graupner. De eerste was de 46 jaar lang in Hamburg werkzame G. F. Telemann, die toen (1681-1767) bekender was dan Bach. Telemann moest elk jaar een nieuwe Passion componeren. Nog zo’n twintig Passionen van hem zijn bewaard. Daarbij ook een Johannes-Passie, die hij in 1745 -nu precies 250 jaar geleden- toonzette. Muziekpoot Eufoda van uitgeverij Davidsfonds brengt die nu op een dubbel-cd uit. Die muziek kreeg een première in Brussel: de cd werd gepresenteerd en het werk werd ten gehore gebracht in de St. Michielskathedraal.
Een handschrift van 95 bladen met deze ”Music vom Leiden und Sterben des Welterlösers” is door musicoloog en dirigent Patrick Peire in het Koninklijk Conservatorium in Brussel herontdekt. Peire (Brugge 1946) voert deze passie uit met zijn Collegium Instrumentale Brugense, de Capella Brugensis, Belgische en buitenlandse solisten. Muziekwetenschapper prof Ignace Bossuyt -bekend van de serie van tien cd’s en een groot standaardwerk over de Vlaamse polyfonie- schreef voor het Davidsfonds een luistergids: ”Georg Philipp Telemann Johannespassie”. Dat deeltje in een nieuwe reeks muzikale gidsboekjes maakt het luisteren tot een extra genoegen.
Telemann schreef geestelijke muziek, maar ook opera’s, op tekst van wisselende librettisten. Ook voor zijn passies gebruikt hij niet alleen de evangelietekst. Bij deze, niet als Johannes-Passion aangeduide, ”Muziek van het lijden en sterven van de Verlosser der Wereld” koos hij „poëzie van de weleerwaarde heer Pastor Zimmermann”. Het is wel degelijk een Johannes-Passie, volgens Telemann „uit koren, koralen, aria’s, avata’s en recitatieven in vier zangstemmen en voor verscheidene instrumenten, zo opgesteld dat ook een enkeling zichzelf ermee aan het klavier ten nutte kan maken”.
Het bijzondere van Telemann, vergeleken met Bachs Passies, is dat Telemann helder componeert, zonder ingewikkelde contrapunten. Kerkgangers begrepen zijn melodieën direct. Peire wijst ook op de blijheid in deze Passion. Telemann, al een zoon van de Verlichting, zag in Christus’ lijden vooral de verlossing der mensheid; minder reden tot droefheid dan tot vreugde. Zo volgt na het sterven van de Heiland bij hem een triomfantelijke koorpassage in re-groot. Een trompet verkondigt de zege over dood en kwaad. Tijd- en vakgenoten van Telemann vonden zijn Passionen soms wel te opgewekt. Ik kan daar inkomen; ook in deze Johannes-Passion klinkt het Opstandingsevangelie al luid en duidelijk door.
Anders dan Bach -die desnoods passages van Mattheüs inlaste in een Johannes-passie-volgt Telemann zijn librettist. Hij was, zegt Peire, erg commercieel aangelegd. Vandaar ook een klavierversie voor wie thuis deze prachtige passie wilde spelen. Solisten op deze mooie en gave dubbel-cd van Patrick Peire (met viertalig tekstboekje, ingeleid door prof Bossuyt) zijn Catherine Bott, Sarah Connolly, Reginaldo Pinheiro, Philip Defrancq en Jan Vandercrabben.
N.a.v. ”Georg Philipp Telemann - Johannespassie”; Patrick Peire; dubbel-cd Eufoda Archief nr. 1224. Luistergids van Ignace Bossuyt, 62 blz., Davidsfonds, Leuven, 1995, ƒ 14,95.
Bachs St. John
Wie ook Báchs Johannes-Passion, nu met Engelse tekst, wil beluisteren, wijs ik op een Decca dubbel-cd met het English Chamber Orchestra-gedirigeerd door de Benjamin Britten- met solisten en het Wandsworth School Boys Choir. BWV 245 in het Engels: dat is een aparte luisterervaring. Het is geen erg verse dubbel-cd; deze gaat terug op opnames uit 1971. Wie die Ip’s niet bezit of de Britse Bach wil horen, kan hier goed terecht. Vreemd is in onze oren het jongenskoor: bekende Duitse barokmuziek nu vertolkt door Engelse college-koorknapen!
Nog een Decca-dubbel-cd noem ik kort: ”Stabat Mater”, met gelijknamige composities van Pergolesi, Bononcini en Domenico Scarlatti, met ”O Magnum Mysterium” van Alessandro Scarlatti, het ”Magnificat in C major” van Pergolesi en tweemaal een ”Crucifixus”: van Lotti en Caldara. Het zijn verzamel-cd’s met klinkende hamen: King’s College Choir met David Willcocks, St. John’s College Choir, sopraan Elizabeht Vaughan, de counter-alt Alfreda Hodgson en anderen. De opnamen dateren uit 1966,1974,1978 en 1980 en dat betekent kwalitatieve diversiteit. Juist vandaag luisteren wij niet met concertzaal-oren naar ruis of kras, maar naar een vertolking van hét Lijden.
N.a.v. ”J. S. Bach, St. John Passion”; Benjamin Britten; double Decca 443 859-2; Pergolesi e.a. ”Stabat Mater”; double Decca 443 868-2.
H. H. J. van As
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 april 1995
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 april 1995
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's