De uitvinder van de zonnekoker zit op spelden
Ermeloër Dierkx wil met 'kookdoos' ontbossing in Derde Wereld tegengaan
ERMELO - Zijn zonnekoker moet een middel in de strijd tegen ontbossing en erosie worden. De verbreiding van de 'kookdoos' die de 81-jarige Ermeloër J. Dierkx heeft ontwikkeld, verloopt echter veel te traag. Massaproduktie is volgens de uitvinder de enige manier om de zonnekoker snel te verspreiden in de Derde Wereld, „voordat er daar geen boom meer overeind staat".
In de tuin achter Dierkx' woning is de zonnekoker (solar cooker) al in werking. Uitbundig werpt de zon haar stralen op het schuin aflopende dubbele glas waarmee de kist afgedekt is. De klep staat open. De binnenkant ervan is bedekt met aluminium folie en weerkaatst daarmee zonnestralen op het glas.
De binnenkant van de kist is zwart, evenals de twee potjes met kokend water. De thermometer wijst 125 graden. Een uur geleden haalde mevrouw Dierkx haar pannetje zuurkool uit de kist: opgewarmd zonder dat er gas of elektriciteit aan te pas kwam.
Zo'n vijftien jaar geleden deed Dierkx al een eerste poging om een apparaat te ontwikkelen waarmee de huisvrouwen in de Derde Wereld geholpen zouden kunnen worden en dat een rem zou moeten zetten op de ontbossing in arme landen.
Dierkx, die een loopbaan als evangelist, directeur van de kinderbescherming en van een hervormd kinderhuis in Rotterdam achter zich had liggen, hield zich al jong bezig met knutselen en uitvinden. „Na mijn pensionering vroeg ik me af: Waar kan ik van dienst zijn?" Van de vader van een zendeling vernam hij dat niet voedsel of water, maar brandstof vaak de nijpendste levensbehoefte van mensen in ontwikkelingslanden vormt.
Viooltjes
Dierkx ontwikkelde in de loop der jaren verschillende modellen voor zijn zonnekoker, eerst met een dure Frennell-lens, later met dubbel glas. Een van die eerdere modellen, een pot van gebakken klei, doet nu achter in zijn tuin dienst als bloempot. Viooltjes tieren er welig in.
Deze kleipot bereikte een temperatuur van 80 graden, en dat is ook in landen rond de evenaar, waar de kookgrens vaak al met 93 tot 95 graden bereikt wordt, niet genoeg om te koken. Daarom kwam Dierkx uiteindelijk terecht bij de 'kookkist', waarvoor hij nu producenten zoekt. De toepassing van de zonnekoker is eenvoudig: huisvrouwen die in Derde-Wereldlanden de hele dag moeten ploeteren op het land, plaatsen het avondeten 's morgens in de kist. Deze dunwandige metalen bak met houten omhulsel wordt, met de klep open, zo opgesteld dat vanaf een bepaald moment in de middag de zonnestralen op het glas vallen. De pannen staan op een rooster in de kist en worden door circulatie geheel verwarmd, zodat overkoken of aanbranden uitgesloten is.
Gaar
Als de vrouwen aan het eind van de middag vermoeid terugkomen van het land, is het eten gaar en heet. En als de zon ondergaat, koelt het interieur van de zonnekoker slechts met 15 graden per uur af, zodat het eten na een uur of vier nog 70 graden is, „net genoeg om je tong te branden".
Het apparaat kan zelfs verwarmd worden tot 250 graden, genoeg om brood te bakken. En dat alles zonder dat men eerst uren hout hoeft te sprokkelen. Gezinnen in de Derde Wereld verwarmen hun voedsel nu op een rokerig vuurtje en verbruiken daarvoor twintig bomen van zo'n honderd kilo per stuk per jaar. Als een dorp met vijftig gezinnen overstapt op zonnekokers, bespaart dat dus jaarlijks duizend bomen. Nu besteden gezinnen nog vaak een kwart of een derde van hun inkomen aan brandhout.
Voor het ontwikkelen en testen van de zonnekoker reisde het echtpaar Dierkx inmiddels op eigen kosten een keer naar Ghana en drie keer naar Kenia. De eerste reis naar Kenia begon met tegenslag: ze reisden per vliegtuig, terwijl ze per schip tien zonnekokers verstuurden, die als modellen moesten dienen. In Kenia wachtten Dierkx en zijn vrouw echter tevergeefs op de apparaten, die waarschijnlijk als gevolg van corruptie verdwenen waren. Ter plekke werden vervolgens twee nieuwe apparaten gemaakt, zodat de reis niet teveigeefs was.
Tijdens de tweede en derde tocht instrueerde Dierkx vier jonge Kenianen hoe zij zonnekokers moesten maken. Deze kwamen later echter zonder werk te zitten bij gebrek aan subsidie. Toch is het volgens de uitvinder noodzakelijk dat de mensen in de Derde Wereld zijn apparaat zelf leren maken. ,Je kunt wel tekeningen publiceren, maar dat helpt geen fluit". Foto RD
Dierkx' zonnekoker is getest op de Amsterdamse universiteiten en bij TNO in Delft. Erg ingewikkeld zit het apparaat niet in elkaar. De mensen in de landen waarvoor hij bestemd is, moeten hem zelf kunnen namaken.
Te langzaam
Dierkx had aanvankelijk met name Burkino Faso, Oeganda en Tanzania op het oog voor de verbreiding van zijn uitvinding. Nu ziet hij de bruikbaarheid ervan voor het gehele gebied tussen 32 graden noorder- en 32 graden zuiderbreedte van de evenaar. Hij koestert niet de illusie dat alle Afrikanen blij staan te klappen als ze een zonnekoker ter beschikking krijgen. Koken met het apparaat betekent een enorme verandering in hun traditionele levensstijl en zal daarom met de nodige argwaan bejegend worden.
Stichting Dorkas Hulp International in Andijk heeft inmiddels een project gestart waarin jongens in een weeshuis een timmermansopleiding krijgen, waarmee ze op den duur ook zonnekokers zullen kunnen maken. Inmiddels is er in Zaïre een pastoor die ze maakt, in Tanzania toog een aantal jongelui aan de slag en in Noord-Kenia bezit een priester de tekeningen.
Voor het echtpaar Dierkx gaat het allemaal niet snel genoeg. „We zitten op spelden. Straks staat er geen boom meer overeind. Het is hoog tijd dat de zonnekoker in massaproduktie genomen wordt. Dat moet in de Derde Wereld gebeuren, zodat het werkgelegenheid oplevert en de prijs binnen de perken blijft. De Keniase oliefabriek Total wilde wel, maar zou de zonnekoker veel te duur maken. Ik ben er ook helemaal niet enthousiast over als een paar knutselaars eraan beginnen. Dat zet geen zoden aan de dijk. Het moet lopende-bandwerk worden. We denken er nu aan Unicef te vragen of zij er brood in zien om een fabriek op te zetten".
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 18 mei 1993
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 18 mei 1993
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's