Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ja, het kan als ook ú gaat stemmen!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ja, het kan als ook ú gaat stemmen!

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op donderdag 6 juni a.s. doet de SGP met een zelfstandige lijst mee aan de Europese verkiezingen. Dat deed ze ook in 1979. Met 2,2% van de stemmen leverde dat destijds geen SGP-zetel in het Europees Parlement op. Maar de situatie was toen heel anders dan nu. Wat zijn de kansen voor de SGP?

Om kort te gaan: de SGP staat er goed voor. Al maandenlang timmert onze lijsttrekker ir. Bert-Jan Ruissen stevig aan de weg om het staatkundig gereformeerde geluid zowel binnen als buiten het Europees Parlement te laten horen. Het conceptverkiezingsprogramma was al in de zomer van 2023 grotendeels rond. En de campagne stond in het vroege voorjaar van 2024 al in de steigers. Ruissens verre voorganger ir. Henk van Rossum (1919-2017) was SGP-lijsttrekker bij de Europese verkiezingen in 1979. Hij was breed bekend als lid van de Tweede Kamer. Dus daar lag het toen niet aan. Wel speelden andere omstandigheden een rol.

Aantal Ep-Zetels

Ten eerste waren er toen 25 zetels beschikbaar voor Nederlandse EP-leden. Op 6 juni a.s. worden er 31 Nederlanders verkozen. Dat maakt zeker verschil: door het grotere aantal EP-zetels daalt de kiesdeler van 4% naar 3,2% van de stemmen. Reken maar mee: voor één EP-zetel had je in 1979 226.693 stemmen nodig. Op basis van de 5,5 miljoen uitgebrachte stemmen bij de EPverkiezingen in 2019 heb je (bij 31 Nederlandse EP-zetels) zo’n 177.500 stemmen nodig voor één zetel.

Opkomst

Hierbij speelt ook de opkomst van kiezers een grote rol. In 1979 werden de leden van het Europees Parlement voor de eerste keer rechtstreeks gekozen. De opkomst was toen ruim 58%. Bij de laatste EP-verkiezingen lag die rond de 42%. In 1999 was de opkomst met 30% heel erg laag (en de SGP/GPV/RPFcombinatie behaalde toen drie zetels). Hoe minder kiezers naar de stembus komen, hoe lager de kiesdeler, oftewel: de SGP maakt daardoor nog meer kans op een zetel.

Eendracht

De derde factor betreft de partij zelf. In 1979 was er binnen de SGP-gelederen behoorlijk wat verdeeldheid over deelname aan de Europese verkiezingen. Een deel van het hoofdbestuur verklaarde zich destijds openlijk ertegen. Dat ligt nu gans anders, kunnen we wel zeggen. Anno 2024 staat het partijbestuur als één man achter Bert-Jan. En welhaast elke SGP’er snapt dat niet-stemmen in een democratie averechts werkt. Want dan maak je het juist voor ándere partijen mogelijk om (meer) zetels te halen. Door thuis te blijven, kun je de SGP in Brussel zomaar het zwijgen opleggen.

SGP’Er Of Pvda’Ster In Ep?!

Een historisch voorbeeld onderstreept dit. Op 10 juni 2004 werd SGP’er Bas Belder op het nippertje in het EP gekozen. Want toen ging de allerlaatste restzetel naar de combinatie CU-SGP. Voorafgaand aan de verkiezingen stond er een vermanende oproep in het Reformatorisch Dagblad om niet te gaan stemmen. Als in juni 2004 iets meer SGP’ers aan die ‘onstichtelijke’ oproep gehoor hadden gegeven en thuis waren gebleven, was het bizarre gevolg ervan dat in plaats van een SGP’er mevrouw Jacobs, de achtste kandidaat op de PvdA-lijst (!), zou zijn verkozen. Het is dus niet om het even wat u doet - of nalaat - op donderdag 6 juni.

Kiezerstrouw

En hiermee komen we op de cruciale vraag: hoe trouw zijn SGP-kiezers? Daar staat of valt het antwoord mee op de vraag of de SGP met een zelfstandige lijst een zetel in het Europees Parlement kan behalen. Op basis van de cijfers kan het zeker. Ook in de peilingen staan we er goed voor. Maar u voelt wel aan: het is geen gelopen race.

Het enige ‘harde’ cijfer dat we hebben over de kiezerstrouw van SGP’ers bij de Europese stembus is dat in 1979 de SGP 126.412 stemmen verkreeg. Dat is 71,4% van de 177.010 SGP-stemmen bij de Tweede Kamerverkiezingen van 1977. Ter vergelijking: de gemiddelde opkomst was 58,1%. Dus SGP deed het toen al ruim 13 procentpunt beter dan gemiddeld.

Voor een recenter cijfer kijken we naar de laatstgehouden Provinciale Statenverkiezingen van maart 2023. Toen was de landelijke opkomst 58,3%. In de acht provincies waarin de SGP meedeed, werden in totaal 195.140 stemmen behaald. Dat is maar liefst 98,7% van de 197.711 SGP-stemmen bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 in deze acht provincies. Een positief verschil van ruim 40 procentpunt!

Moedgevend

Ook bij minder populaire verkiezingen laten SGP-kiezers het dus niet zo gauw afweten. En dat geeft veel moed voor de komende EP-verkiezingen. Want bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023 behaalde de SGP 217.270 stemmen. Wanneer op 6 juni al die SGP-stemmers ook naar de Europese stembus komen dan kunnen we Bert-Jan toch echt wel in het Europees Parlement houden.

PS: Uiteraard nodigen we kiezers van andere partijen met minder gunstige vooruitzichten op een EP-zetel van harte uit om dit keer strategisch SGP te stemmen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 mei 2024

De Banier | 32 Pagina's

Ja, het kan als ook ú gaat stemmen!

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 mei 2024

De Banier | 32 Pagina's