Huurders in de rij voor "villa Tima"
Woningbouwvereniging St. Joseph redt industrieel monument van sloop
APELDOORN - Het voormalige Tima-kantoor heeft, ondanks de uiterlijke vernieuwingen, niets van zijn statigheid ingeboet.
Het appartementencomplex "villa Tima" aan de Apeldoornse Ritbroelistraat dateert van 1897. Bijna een eeuw lang hield de Textiel Industrie Maatschappij Apeldoorn hier kantoor. Deze onderneming verhuisde echter in 1989. De slopershamer velde de achterliggende fabriekshallen. Hetzelfde dreigde te gebeuren met het kantoor dat inmiddels door krakers in bezit was genomen. Woningbouwvereniging St. Joseph kocht in 1991 het gebouw voor één gulden en transformeerde het tot 24 wooneenheden.
Het miljoenenproject is voor de woningbouwvereniging een waagstuk. Een industrieel monument redden van de sloophamer door er appartementen van te maken. „Het kostte heel wat inspanning voor de financiering rond was", vertelt het hoofd bewonerszaken van de vereniging, C. Prigge. Menig gesprek met de gemeente Apeldoorn en mogelijke subsidieverstrekkers, waaronder Monumentenzorg, werd eraan besteed. De vereniging becijferde dat de stichtingskosten per woning 123.500 gulden zouden bedragen.
Uiteindelijk was de financiering rond en kon de woningbouwvereniging opdracht geven aan architectenbureau Van Duivenbeek. De architect ontwierp vijf soorten appartementen. De beschikbare ruimte had mogelijkheden, maar ook beperkingen. Zo hield de architect de ijzeren gebinten intact, evenals de balkconstructie in het dak.
Uiteraard hadden heel wat woningzoekenden in Apeldoorn belangstelling voor dit project. In een lokale krant adverteerde de vereniging met de "villa Tima". De advertentie leverde 180 reacties op, waaruit zorgvuldig werd geselecteerd. Van de toekomstige bewoners werd, naast een toereikend inkomen, affiniteit met monumenten verlangd.
St. Joseph wil een gemengde groep bewoners in de villa huisvesten. „Dit pand is een ander soort gebouw dan een normale flat. Het vraagt daarom ook meer van het bewoners". De leeftijden van de huurders lopen sterk uiteen. Prigge verzekert dat veel aandacht werd besteed aan isolatie, om geluidsoverlast tot een minimum te beperken. Bewoners van de seniorenwoningen moeten ongestoord van hun rust kunnen genieten.
Vier ijzeren pilaren, getooid met plastic varens, sieren de entree van het industriële ;nonument. Verder domineren de zonnig-gele brievenbussen. De glazen tochtdeur geeft toegang tot de centrale hal, achter de voorgevel, over de volle breedte van het gebouw.
Het tapijt in de hal dempt de voetstappen. „Een bewuste keus", volgens Prigge. „Vloerbedekking doet huiselijker aan, ook al is het kwetsbaarder dan bij voorbeeld plavuizen". Een ijzeren machine, eveneens een monument, vult de rechterhoek. Deze vlakbreimachine is gelijk aan het type dat oorspronkelijk in de Tima-fabriek stond. Het Textielmuseum Twente schonk het toestel ter herinnering aan de vorige bestemming van het gebouw.
Onbewoond
Ritbroekstraat 50 is nog onbewoond. Van dit type zijn er vier appartementen. Ze bevinden zich op de begane grond en op de eerste verdieping aan de zijkanten van het complex. De gele voordeur komt uit in een lange, smalle hal naar slaapkamers en woonkamer. Door de hoge ramen komt het daglicht de kamers binnen. „De plafonds werden verlaagd, oorspronkelijk waren ze een stuk hoger", wijst Prigge aan. „Dit had weer consequenties voor de ramen. Om de vensters niet gedeeltelijk weg te moeten timmeren, reiken de nieuwe plafonds niet helemaal tot de muur. De zon kan nu ook door de bovenste ruiten naar binnen schijnen".
Om de hoek van de woonkamer werd een eenvoudige keuken geïnstalleerd. De kleine binnenplaats daarachter hoort niet bij de woning. Wel bevindt zich hier een tussendeur, waardoor de bewoner door een volgende deur naar zijn slaapkamer kan lopen. Prigge wijst op de brandtrap van de verdiepingen hierboven die op deze patio uitkomt. Bij eventuele calamiteiten kunnen de bewoners door het raam naar buiten.
De huurprijs voor dit type appartementen met twee slaapkamers is 975 gulden per maand. Een pittige prijs. „Je kunt wonen in deze villa ook niet vergelijken met een standaard-flat in een andere wijk", meent Prigge. Voor de andere onderkomens in dit complex ligt de huur tussen de 500 en 700 gulden.
Van alle woningen zijn de ramen voorzien van dubbel glas. Het plaatsen van voorzetramen was daarvoor noodzakelijk. Alleen op deze manier konden de originele kozijnen worden behouden.
Bij de indeling van het pand koos de woningbouwvereniging voor vier splitlevel-appartementen. Deze zijn zo ge-, bouwd, dat het huis over twee verdiepingen is verdeeld, met de woonkamer halverwege. Ook bevat de "villa Tima" acht seniorenwoningen.
Lichtkoepels
Op de bovenste verdieping werden twaaJf kleinere woningen gebouwd. Deze appartementen zijn bedoeld voor eenpersoonshuishoudens. Koepels op het dak zorgen voor voldoende lichtinval. De authentieke donkerrode balken bepalen het beeld van de gang. Deze dragers lopen ook door de huiskamers heen. Naar de eis van de brandweer werden de keukens op deze verdieping uitgerust met elektrische kookplaten.
De bouw van de berging achter het pand werd vertraagd door een conflict
Foto RD met de gemeente over de hoogte, vertelt Prigge. „De schuurtjes steken slechts 1,20 m boven het straatniveau uit. De rest is ondergronds". Door deze kunstgreep blijft het zicht op de achtergevel nagenoeg onaangetast. Aan deze zijde van het pand grensden vroeger de fabriekshallen. De gevel bestaat nu gedeeltelijk uit glas. Witte zuilen geven de achteringang wat meer cachet. Verder overheerst het zachte geel van het pleisterwerk.
Omwonenden voelen zich betrokken bij het wel en wee van het Tima-pand. Voor hen hield de woningbouwvereniging een open dag, die veel bezoekers trok. Een langs fietsende buurvrouw merkt op dat „er nog een heleboel woningen leeg staan". Prigge verzekert haar dat alle woningen zijn verhuurd. Waarschijnlijk worden de buurtjes misleid door het ontbreken van gordijnen en planten voor de ramen aan de voorgevel. Hierachter bevindt zich immers de centrale hal.
Ziet de woningbouwvereniging brood in nog zo'n project? „Er zijn weinig monumenten in Apeldoorn. Wat we hebben, willen we wel houden. Maar dit soort gebouwen is vrij kostbaar voor de doelgroep, dus nieuwbouw is vaak beter". Dan oppert het hoofd Bewonerszaken aarzelend: „Misschien een kerk of zo?"
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 14 augustus 1993
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 14 augustus 1993
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's