Een stilte, een mysterie, een vrede
Van Gogh logeerde twee maanden in het veerhuis van Nieuw-Amsterdam
Dromerig staart Vincent van Gogh naar buiten. De balkondeuren zijn dicht, want buiten is het onaangenaam koud. Het kacheltje dat mevrouw Scholte behulpzaam op de kamer heeft laten zetten snort rustgevend. Achter de ophaalbrug strekt zich het eindeloze veenland uit, waar eenvoudige lieden met zware arbeid een karige boterham verdienen en waar plaggenhutten als goedige dieren lijken uit te rusten.
Met een gevoel van tevredenheid denkt de jongeman aan de turfschuit die hij zojuist in donkere tinten op het doek vastlegde. Helemaal niet slecht. De gedachte verzoent hem met het gevoel van eenzaamheid en somberheid dat hem wel eens bekruipt in deze verlaten zuidoosthoek van Drenthe.
Opeens heeft hij behoefte om zijn broer Theo, die brave geldschieter, te schrijven. Hij zet zich aan het wankele tafeltje, pakt pen en papier. "Hier is het machtig mooi en al schilderende geloof ik dat ik een beetje beter leer schilderen."
In de logeerkamer van Vincent van Gogh is de aanwezigheid van de beroemde schilder bijna voelbaar. Alsof hij net even weg is, het veen in, om schetsen en tekeningen te maken van de ruige, ongerepte natuur en de schilderachtige boerenbevolking. Elk moment kan hij de gelagkamer beneden weer binnenstappen.
Vincent van Gogh kwam op 4 oktober 1883 met de trekschuit -de "snikke"- vanuit Hoogeveen aan in Nieuw-Amsterdam, midden in de veenstreek waar het landschap nog puur en ongerept was. De schilder had een turbulente tijd achter de rug met twaalf ambachten en dertien ongelukken, van medewerker in een boekhandel tot hulpprediker. Zijn theologiestudie had hij voortijdig afgebroken en nog maar enkele weken geleden was zijn relatie met de prostituee Sien Hoornik gestrand.
Postwissel
Berooid en vermoeid zocht de dertigjarige Vincent rust in Drenthe. De woeste natuur, het eenvoudige leven in het veen trokken hem onweerstaanbaar aan. Hier zou hij zijn geluk als kunstenaar beproeven.
De snikke bracht Vincent tot aan het café van Hendrik Scholte, dat tevens als veerhuis diende. Bij de ophaalbrug bracht hij zijn schamele bezittingen aan wal. Even later nam hij zijn intrek in het logement, waar mevrouw Scholte hem de bovenkamer met balkon aan de straatkant aanbood. Voorlopig zou hij het hier wel kunnen uithouden, vooral omdat broer Theo geregeld een postwissel stuurde. Wel lastig overigens dat hij die in Hoogeveen moest inwisselen. Een tocht met de trekschuit duurde al gauw zes uur.
Vincent werkte hard. Onvermoeibaar zwierf hij door de streek om zijn indrukken vast te leggen. Eind november stuurde hij zes studies naar Theo. Maar zichzelf bedruipen kon hij niet. Tijdens zijn verblijf in Drenthe verkocht hij precies één schilderij.
Vincent schilderde ook met woorden. De brieven die hij vanuit Nieuw-Amsterdam aan zijn broer Theo stuurde, zijn in veel gevallen gloedvolle impressies van het Drentse landschap. Een schitterend staaltje van schrijfkunst is het epistel dat Vincent opstelde na zijn tocht naar het dorpje Zweeloo. Vincent had gehoord dat de Duitse impressionist Max Liebermann daar was neergestreken. Die informatie klopte wel, maar toen Vincent op 14 november na een lange tocht in Zweeloo arriveerde, vernam hij dat zijn collega al een jaar geleden vertrokken was.
Ambassadeur
Dat weerhield Vincent er niet van om als een echte ambassadeur zijn lof op de streek te bezingen. "Verbeeld u", schreef hij aan Theo, "een tocht door de hei, 's morgens 3 uur, in een open karretje (ik ging met den man waar ik logeer, die naar de markt in Assen moest, mee). Over een weg of "diek" zooals ze hier zeggen, waarop men in plaats van zand modder had gebracht, om hem op te hoogen.
't Was nog veel aardiger zelfs dan de trekschuit. Toen 't maar eventjes begon te lichten en de hanen overal kraaiden bij de over de hei verspreide keeten, werden de enkele huisjes waar we langs kwamen -omringd door ijle populieren wier gele blaadjes men hoorde vallen- werd een oude stompe toren op een kerkhofje met aardenwal en beukenheg - werden de vlakke landschappen van heide of korenakkers - werd alles alles alles net precies als de allermooiste Corots.
Een stilte, een mysterie, een vrede, als hij alleen geschilderd heeft.
Het was evenwel nog duister toen wij te Zweeloo kwamen 's morgens 6 uur, de eigenlijke Corots zag ik vroeger nog in de ochtend. Het inrijden van het dorp was toch zoo mooi. Enorme mosdaken van huizen, stallen, schaapskooien, schuren.
Hier zijn de woningen heel breed, tusschen eikebomen van een superbe brons. Tonen in het mos van goudgroen, in den grond van roodachtige of blauwachtige of geelachtige donkere lila grijzen, tonen een onuitsprekelijke reinheid in het groen van de korenveldjes, tonen van zwart in de natte stammen, afstekende bij gouden regens van warrelende, wemelende herfstbladeren, die in losse pruiken alsof ze erop geblazen waren, los met de lucht er doorheen schemerend nog, hangen aan populieren, berken, linden, appelboomen.
De lucht effen blank, lichtend, niet wit, doch een lila dat niet te ontcijferen is, wit waar men rood, blauw, geel in ziet wemelen, dat alles reflecteert en men overal boven zich voelt, dampig is, en zich vereenigt met den dunnen mist beneden. Alles tot elkaar brengt in een gamma van fijne grijzen."
Stilte
In het zuidoosten van Drenthe is veel veranderd sinds Van Gogh er rondzwierf. De plaggenhutten en turfschuiten zijn uit het landschap verdwenen en het veen is op veel plekken afgegraven. Toch is de poëtische beschrijving die Vincent van Gogh van de omgeving gaf nog heel herkenbaar. De stilte, het mysterie, de vrede zijn nauwelijks aangetast. In Zweeloo en vooral in het vlakbij gelegen brinkdorp Oud-Aalden hangt een rust die niet van deze tijd is. Rondom de fraaie brink met zijn oude eiken liggen her en der Oud-Saksische boerderijen met de baanderdeuren aan de straatkant. Alsof ze er uit de losse hand zijn neergestrooid. Het geboomte zeeft het zomerzonlicht en verscholen in het gebladerte zingen onzichtbare vogels hun tijdloze lied.
De rieten daken van de boerderijen hebben soms dikke lagen mos, net als in de tijd van Van Gogh. Schuren met vakwerkwanden -"waant" genoemd- zijn typisch voor deze streek. Vlechtwerk van twijgen werd met leem of koemest dichtgesmeerd, zodat een stevige wand ontstond. Kunstig gevlochten rietmatten tegen de muren dienden als isolatie en decoratie.
Veerhuis
Dat de uitvalsbasis van Vincent van Gogh uit zijn Drentse periode nog bestaat, is bijzonder. Het oude veerhuis in Nieuw-Amsterdam stond enkele jaren geleden op de nominatie om te worden gesloopt, maar de provincie voorkwam dat op het laatste moment. Momenteel werkt de stichting Van Gogh & Drenthe hard aan de herinrichting van het pand. "We proberen alles zo veel mogelijk terug te brengen in de stijl van 1883", vertelt voorzitter T. I. van der Sluis-Holman in het logement. "De brieven van Vincent van Gogh vormen daarbij de leidraad." Rode stoelen met rieten matten staan netjes om de tafels gerangschikt. Aan het plafond hangen een paar ouderwetse olielampen. De potkachel waaraan Vincent zich zo graag warmde staat onaangedaan midden in de ruimte en langs de wand is een bedstee aangebracht.
"Oorspronkelijk bestond de benedenverdieping uit een cafégedeelte en een woongedeelte", licht mevrouw Van der Sluis toe. "Een gang vormde de scheiding, maar die hebben we niet kunnen reconstrueren. Wel geven twee grijze balken aan het plafond aan waar de muren stonden. Op de vloer laten we tegeltjes schilderen om de gang te markeren." Achter en naast het huis wordt een expositieruimte ingericht.
Boven is de kamer van Van Gogh zo veel mogelijk in oude staat teruggebracht. In een realistische videopresentatie spreekt de schilder zijn gasten toe en een periscoop maakt zichtbaar wat er niet meer is. Want op 4 december 1883 vertrok Vincent overhaast uit het logement waar hij twee maanden had gebivakkeerd. Theo stuurde hem geen geld meer en de herbergier wilde toch wel graag dat Vincent de huur van zijn kamer betaalde. Dat Vincent van plan was terug te keren blijkt wel uit het feit dat hij alles achterliet: zijn bezittingen, schildersbenodigdheden, maar ook schetsen, tekeningen en studies in olieverf bleven in de balkonkamer. Het is er nooit meer van gekomen.
Het Van Gogh-huis en de expositieruimte aan de Van Goghstraat 1 in Nieuw-Amsterdam-Veenoord gaan in de loop van de zomer officieel open. Een bezoek aan het huis is op verzoek al wel mogelijk. Graag melden bij de kantoorunit naast het Van Gogh-huis.
Het Van Gogh-huis vormt het startpunt voor verschillende cultuurhistorische wandel- fiets- en autoroutes langs plaatsen in het landschap waar Van Gogh werkte.
Informatie: www.vangogh-drenthe.nl.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 11 juni 2002
Reformatorisch Dagblad | 56 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 11 juni 2002
Reformatorisch Dagblad | 56 Pagina's