Dweilen met de kraan open
Staatssecretaris Van Ooijen zit met zijn handen in het haar. In 2015 is de burgerlijke gemeente verantwoordelijk geworden voor de jeugdhulp, in de hoop dat de stijging van het aantal hulpvragen zou worden gestopt. De oplossing werd gezocht in structuren die dicht bij de mensen staan. Het probleem wordt echter alleen maar groter; het is dweilen met de kraan open.
De staatssecretaris heeft ook in de gaten dat het echte probleem niet wordt aangepakt en ook niet met geld is op te lossen. Van Ooijen verwijst naar drie zorgelijke trends die de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) schetst: opvoedingsproblemen, mede door het hoge aantal scheidingen, te snel problematiseren van het gedrag van kinderen en de enorme prestatiedruk, versterkt door sociale media.
Niet ontvankelijk
Hoewel de visie van de CU-staatssecretaris wordt gesteund door tal van wetenschappelijke publicaties, is lang niet iedereen ontvankelijk voor deze boodschap. Over de drie uiterst zorgelijke trends die de WRR signaleert mag eigenlijk niet gepraat worden. De verlangens van het individu mogen niet beteugeld worden! Men verwijt de staatssecretaris dat hij alleen maar bezuinigingen op het oog heeft en er daarom van alles bij sleept.
Nu zal geld altijd een rol spelen in de politiek, maar iedereen kan weten dat het mentale welbevinden van jongeren de laatste jaren achteruitgaat. Het aantal jongeren met eetstoornissen, angsten, depressies en (game)verslavingen is na de corona-epidemie enorm toegenomen.
We moeten niet denken de jeugdproblematiek op te lossen door de jongeren massaal naar een psycholoog te sturen. Natuurlijk, bij ernstige problematiek is het nodig om hulp in te schakelen. We leven immers in een gebroken samenleving. Maar allereerst moet er worden geïnvesteerd in een goede basisstructuur waarin de opvoeding van de kinderen goed kan gedijen.
Gebrokenheid
De driehoek gezin, school en kerk moet een veilige leer- en leefgemeenschap zijn voor onze kinderen en jongeren. Hoeveel tijd hebben we beschikbaar voor onze kinderen? Wie voeden onze kinderen op? Praten we voldoende met onze kinderen? Beseffen we dat trouwen een werkwoord is en dat er dus aan gewerkt moet worden? Investeren we voldoende in ons huwelijk en in ons gezin? Laat een ieder de vraag voor zichzelf beantwoorden. Wie kan zonder schuld en schaamte zeggen dat dit het geval is?
Er zijn ouders die in staat zijn zichzelf te corrigeren, anderen kunnen dat niet (meer) omdat de kinderen al uit huis zijn of omdat de problematiek te groot geworden is. Daaruit blijkt de gebrokenheid van onze samenleving. Het paradijs is verloren gegaan doordat de mens voor zichzelf gekozen heeft en van God is afgevallen. Moge het ons op de knieën brengen om onze eigen nood en die van onze kinderen aan de Heere voor te leggen.
Hulpverlening
De staatssecretaris benadrukt dat ouders die handelingsverlegen zijn zo vroeg mogelijk ondersteund moeten worden, om te voorkomen dat in een later stadium zware zorgvragen ontstaan die veel tijd en geld kosten. Hij heeft hier absoluut een punt. Ouders hoeven zich niet te schamen als ze het opvoeden van kinderen moeilijk vinden. Het is ook ontzettend moeilijk, zeker in deze tijd. Naast het gebed om wijsheid is het daarom van belang dat er om raad wordt gevraagd aan mensen uit het eigen (familie) netwerk die reeds ervaring hebben opgedaan. Daarnaast kan gebruikgemaakt worden van een breed aanbod op het gebied van ondersteuning bij de opvoeding, in het huwelijk, etc. Bij zwaardere problematiek kan er een beroep worden gedaan op hulpverlening. Het is dan van groot belang dat er een beroep wordt gedaan op identiteitsgebonden hulpverleners, die hun aanpak baseren op de Bijbelse waarden en normen.
Bijdrage vanuit de diaconie
Omdat de kosten van de hulpverlening hoog kunnen oplopen, hebben al veel kerkelijke gemeenten besloten om vanuit de diaconie een bijdrage te leveren aan de kosten van de identiteitsgebonden hulp. Vanuit de christelijke gemeente behoren we immers zorgend en dienend om te gaan met degenen die hulp behoeven. Een bijdrage vanuit de burgerlijke gemeente is altijd uiterst sober. Gemeentelijk beleid is minimabeleid. Dat mag van de diaconie niet gezegd worden, hier mag sprake zijn van milddadigheid.
Om die reden kan de diaconie een bijdrage verlenen dan wel een contract afsluiten met christelijke zorgverleners, zoals de Vluchtheuvel, het ds. G.H. Kerstencentrum en stichting Schuilplaats. De diaconie levert dan een financiële bijdrage aan de hoge kosten van de hulpverlening. De genoemde instellingen geven dan periodiek aan de diaconie door hoeveel uren hulp zij hebben verleend. Ze kunnen ook aangeven wat de aard van de hulpverlening is, maar nooit zal de instelling de namen van de gezinnen doorgeven. De privacy is en blijft gewaarborgd. Op deze wijze wil de kerk de financiële drempels die er kunnen zijn voor het in de arm nemen van een hulpverlener wegnemen.
Keuzevrijheid
Wanneer iemand om hulp vraagt bij een gemeentelijk loket, is de kans behoorlijk groot dat de gemeente verwijst naar een seculiere hulpverlener, waarmee ze vaste cont(r)acten hebben. De gemeente heeft echter de plicht ook identiteitsgebonden instellingen te financieren. We mogen hierin kieskeurig zijn. Wanneer de gemeente halsstarrig is op dit punt kan een beroep gedaan worden op een kerkenraadslid of een raadslid van de gemeente.
Maar we weten dat er ook mensen zijn die bewust hulp van onbekende organisaties kiezen om de zorgen binnenkamers te kunnen houden. Er kan ook sprake zijn van onverschilligheid als het gaat om de identiteit van de zorgverlener. Het is een goede zaak als daarover tijdens de huisbezoeken het gesprek wordt gevoerd, zonder de keuzevrijheid geweld aan te doen. In zo’n gesprek kan de financiële bijdrage vanuit de diaconie ook worden toegelicht. Zo’n diaconale handreiking voelt als een warme deken!
Dit artikel is met toestemming overgenomen uit De Wachter Sions, kerkblad van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juni 2023
De Saambinder | 20 Pagina's
