De zaligsprekingen [18]
‘Zalig zijn de zachtmoedigen; want zij zullen het aardrijk beërven’. Mattheüs 5:5
De christelijke zachtmoedigheid
Wij zijn nu toegekomen aan de derde stap op de weg die naar de gelukzaligheid leidt: de christelijke zachtmoedigheid. ‘Zalig zijn de zachtmoedigen’. Zie hoe de Geest van God ‘de verborgen mens des harten’ met een veelheid van genadegaven tooit! Het werk van de Heilige Geest is niet alleen bijzonder, maar ook veelzijdig. Het maakt het hart zachtmoedig, rein, vreedzaam, enz. De genadegaven worden dan ook met een borduurwerk vergeleken, dat verschillend en geva rieerd is in zijn bloemen en kleuren (Ps. 45:14). In de woorden ligt een opdracht, en die opdracht brengt, net als de duif, een olijfblad in haar bek mee: Zij zullen het aardrijk beërven.
Het punt waarbij ik zal stilstaan, is dat zachtmoedige mensen geze gende mensen zijn. Om dit goed te begrijpen, moeten we weten dat er een tweevoudige zachtmoedigheid is: zachtmoedigheid jegens God en zachtmoedigheid jegens de naaste.
Zachtmoedigheid jegens God en zachtmoedigheid jegens de naaste
Ten eerste. Zachtmoedigheid jegens God. Die zachtmoedigheid houdt twee dingen in :
1) Onderwerping aan Zijn wil.
2) Meegaandheid jegens Zijn Woord.
1) Onderwerping aan Gods wil. Deze onderwerping is er als wij ons, onder dat wat God over ons beschikt, rustig gedragen, zonder boos te worden of te morren. 1 Samuël 3:18: ‘Hij is de HEERE, Hij doe wat goed is in Zijn ogen’. De christen met zijn zachtmoedige geest zegt: Laat God maar met mij doen wat Hij wil; laat Hij naar het Hem behaagt mijn omstandigheden bepalen. Ik zal me onderwerpen. God ziet wat het beste voor mij is, of ik vruchtbare grond zal krijgen of onvruchtbare. Hij moge Zijn werk verdelen naar dat het Hem behaagt; het is voldoende dat God dat heeft gedaan. Er was bij de profeet een geest van weerbarstigheid toen hij twistte met God: ‘Billijk is mijn toorn ontstoken, ten dode toe’ (Jona 4:9).
2) Meegaandheid jegens Gods Woord. Die is er als we gewillig zijn om het Woord in onze ziel heer schappij te laten voeren en wij volgzaam zijn als het over alle wetten en grondregels ervan gaat. Wie zichzelf voegt naar wat God bedoelt, is zachtmoedig van geest. Hij maakt geen aanmerkingen op het onderwijs door het Woord, maar hij twist wel met de verdorvenheden van zijn hart. Wat Cornelius tegen Petrus zei, had de geur van een zachtmoedige geest: ‘Wij zijn dan allen nu hier tegenwoordig voor God, om te horen al hetgeen u van God bevolen is’ (Hand. 10:33). Wat is het gelukkig als het Woord dat met majesteit komt, met zachtmoedigheid ontvangen wordt (Jak. 1:21).
Ten tweede. Meegaandheid jegens mensen.
Basilius de Grote noemt dit het onuitwisbare merkteken van een ziel die genade bezit: Zalig zijn de zachtmoedigen. Om dit te verduidelij ken, zal ik laten zien wat deze zachtmoedigheid is. Zachtmoedigheid is een genadegave waardoor Gods Geest ons in staat stelt onze hartstocht te matigen. Het is een genadegave. De filosoof noemt haar een deugd, de apostel noemt haar een genadegave (Gal. 5:22). (wordt vervolgd)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 mei 2021
De Saambinder | 20 Pagina's
![De zaligsprekingen [18]](https://www.digibron.nl/images/generated/de-saambinder/reguliere-editie/2021/05/06/1-thumbnail.jpg)