Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Amsterdam

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Amsterdam

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder aan de Oostzanerdijk in Amsterdam-Noord staat het kerkgebouw van de Gereformeerde Gemeente. ‘Getalsmatig loopt de gemeente terug, maar waar twee of drie vergaderd zijn in Zijn Naam, daar zal Hij in het midden zijn’.

In de jaren twintig en dertig van de vori- ge eeuw waren er vijf personen die ten noorden van Amsterdam woonden en bij elkaar geestelijke herkenning vonden. Ze misten echter een eigen kerkelijke plek. Eén van hen was lid in de Gereformeerde Gemeente van Amsterdam-Centrum, maar dat was in die tijd een forse reisafstand. Anderen behoorden tot de Gereformeerde Kerken of tot de Hervormde gemeen- ten van Oostzaan en Landsmeer. Daar klonk echter een oppervlakkige prediking van Gods Woord.

Vanaf 1933 werden er onder verantwoordelijkheid van de kerkenraad van de Gereformeerde Gemeente Amsterdam-Cen- trum kerkdiensten belegd in de Prinses Julianaschool in Amsterdam-Noord. Twee jaar later werd de gemeente van Amster- dam-Noord geïnstitueerd.

1. Hoe gaat het getalsmatig met de gemeente? Is er jeugd, zijn er verenigingen?

Ouderling J.H.C. Kooijman: ‘De gemeente groeide de eerste jaren sterk. Vooral vanuit andere kerkverbanden sloten zich veel Amsterdammers, Landsmeerders en Oostzaners aan. Een grote scheepswerf in Amsterdam-Noord zorgde kort na de Tweede Wereldoorlog voor werkgele- genheid. Veel mensen kwamen vanuit andere delen van het land naar Amster- dam-Noord’.

Omstreeks 1955 was de gemeente met ongeveer 275 belijdende leden en doop- leden getalsmatig het grootst. Daarna zette echter een daling in. Die zet zich nog steeds door, ondanks aansluitingen van de gemeenten van De Rijp (1991), Amster- dam-Centrum (1994) en samenvoeging met de gemeente Zaandam (2012). Het ledenaantal ligt nu net onder de 100.

Ouderling J.C. van der Male: ‘We zijn dank- baar dat er zo’n 20 jongeren zijn. Er is een jeugdclub voor kinderen, een jeugdvereniging, een bijbelstudiekring, een vrouwen- vereniging en een mannenvereniging’.

2. Hoe is het voor uw gemeente om kerk te zijn in de grote stad? Hoe anders is dat dan kerk te zijn op de biblebelt?

Ouderling Kooijman: ‘Kerk zijn in de grote stad confronteert ons met het feit dat het niet meer vanzelfsprekend is dat we Gods Woord kunnen horen. Het maakt dankbaar dat ons dit nog wel is vergund, maar ook nederig. We zijn geroepen om met woord en daad te getuigen van het christen-zijn. Praktisch wordt daar gestalte aan gegeven door middel van regelmatige folderac- ties en maandelijkse buurtochtenden. Ook zijn gemeenteleden als vrijwilliger betrok- ken bij de evangelisatiepost “Bij Simon de Looier” in het centrum van de stad’.

Amsterdam-Noord is door de vele sa- menvoegingen sinds de jaren negentig een echte streekgemeente geworden. Gemeenteleden wonen soms een half uur rijden van de kerk. Toch staat dat de onder- linge betrokkenheid niet in de weg, zegt ouderling Van der Male. ‘Tijdens de huidige coronapandemie, waarbij we elkaar nauwe- lijks ontmoeten, wordt er veel op afstand met elkaar meegeleefd via telefoon en whatsapp. De inzetbaarheid van velen voor allerlei vrijwilligerstaken rondom het gemeentezijn is ook nodig. Het verantwoor- delijkheidsbesef is hier groot’.

3. Veel kerkelijke gemeenten lopen terug. Hoe ziet u de toekomst?

Kooijman: ‘God regeert en wil met Zijn Heilige Geest ook in kleine gemeenten werken. Maar we zijn wel bezorgd over de toekomst. De gemeente is behoorlijk ver- grijsd, mede door het vertrek van enkele gezinnen met kinderen. Het gebrek aan betaalbare woningen maakt deze regio voor jongeren en voor mensen uit de rest van het land niet aantrekkelijk als woon- plaats. De afstand tot het reformatorisch onderwijs versterkt dit nog eens. Zonder aanwas van nieuwe leden, vanuit de buurt om ons heen of vanuit andere gemeenten, wordt het voortbestaan van de gemeente bedreigd. De nood van kleine stadsge- meenten zou niet alleen de nood van de plaatselijke gemeente of van de classis moeten zijn, maar van het gehele landelij- ke verband’.

4. Is er, met enige schroom wellicht, iets te zeggen over vrucht op de prediking?

Van der Male: ‘In ons kerkgebouw hangt op een paar plaatsen de Bijbeltekst: ‘Want waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar ben Ik in het midden van hen’. Meermalen heeft de Heere dat openlijk bevestigd, als gemeenteleden vrijmoe- digheid vonden om te getuigen wie God voor hen is. Wij zijn zo geneigd om te kijken naar openlijke vrucht. Maar de prediking kan, dankzij Gods Geest, ook bekering en geloof uitwerken, zonder dat wij dat direct waarnemen. Soms wordt dit pas later in iemands leven zichtbaar’.

(volgende week deel 2: Arnhem)


Kerkelijke gemeenten in grote steden hebben het vaak moeilijk. In een serie van acht afleveringen gaan we - op afstand - bij hen op bezoek.
Vandaag deel 1: Amsterdam-Noord.


J. van ’t Hul, Lieren

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 april 2021

De Saambinder | 24 Pagina's

Amsterdam

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 april 2021

De Saambinder | 24 Pagina's