‘Israël verdient onze steun’
In gesprek met Bert-Jan Ruissen over de relatie tussen Europese Unie en Israël
Na het gruwelijke Hamas-geweld in Israël en de daaropvolgende oorlog in Gaza, zijn de ogen gericht op de reactie van de Europese Unie (EU). Hoe staat het met de EU-relatie met Israël? Europarlementslid Bert-Jan Ruissen zit hiervoor op een cruciale plaats. Als vicevoorzitter van de EP-delegatie voor de relaties met Israël geeft hij een inkijkje.
Een van je functies is vicevoorzitter van de Europarlementsdelegatie voor de betrekkingen met Israël. Kun je iets vertellen over het werk van deze delegatie?
Bert-Jan Ruissen: ‘Zeker. Als delegatieleden onderhouden we namens het Europees Parlement (EP) relaties met leden van de Knesset, het Israëlische parlement. Het is goed om nauwe banden te hebben, want we delen fundamentele waarden en er is veel onderlinge handel. Wij houden vanuit het EP de vinger aan de pols of die akkoorden tussen de EU en Israël, zoals het Associatieakkoord en een Actieplan in het Europees Nabuurschapsbeleid. Daarvoor spreken we regelmatig met de Israëlische ambassadeur en andere relevante vertegenwoordigers vanuit Israël of de Europese Commissie.
We vergaderen gemiddeld eens per maand over onderwerpen die de EU-relatie met Israël aangaan. Naar men zegt, is onze delegatie voor de relaties met Israël wel een van de actiefste van de circa vijftig vergelijkbare delegaties voor relaties met landen en internationale organisaties.
Mijn voorganger als SGP-Europarlementslid, Bas Belder, was ook vicevoorzitter - en eerder zelfs voorzitter - van deze delegatie. Het is mooi en belangrijk om zijn goede werk hier te mogen voortzetten. Want voor ons als SGP’ers is een goede relatie met Israël zeer waardevol. Zeker in deze tijd nu Israël letterlijk van alle kanten wordt bedreigd.’
Wat is jouw rol als vicevoorzitter van deze EP-delegatie?
‘In de functie van vicevoorzitter vervang ik regelmatig de voorzitter, Antonio López-Istúriz White, om de vergaderingen te leiden. En ik heb invloed op de verklaringen en agenda die we uitsturen, welke gasten we uitnodigen, enzovoort. Dat maakt het een cruciale plek voor de relatie tussen het Europarlement en Israëlische collega’s uit de Knesset.’
Hoe typeer je de relatie tussen de EU en Israël?
‘In de kern is de relatie tussen de EU en Israël best goed, maar zij kan wel beter. De EU en Israël werken bijvoorbeeld goed samen wat betreft technologie en innovatie. Sinds kort ook qua energie. Daarvoor zijn nieuwe afspraken gemaakt tussen de EU, Israël en Egypte over energiediversificatie. Maar van mij mag dat lijstje nog wel verder uitgebreid. De EU en Israël hebben elkaar nog veel meer te bieden.’
Wat is tot op heden goed gegaan in deze relatie? Wat heeft de EP-delegatie bereikt of gerealiseerd? En wat niet gedaan?
‘Juist om de banden verder aan te halen, hebben we als Eurofractie SGP via deze Israël-delegatie krachtig bepleit om de zogeheten EU-Israël associatieraad bijeen te roepen. Die raad gaat over uitbreiding en modernisering van de handelsafspraken in het associatieakkoord. Die raad was al tien jaar niet bijeengekomen, vooral omdat de Europese Commissie de boot afhield. Mede dankzij ons aandringen vergaderde de raad vorig jaar uiteindelijk. Daar kwamen gelukkig enkele verbeteringen uit voort.
Wat we in elk geval bereikt hebben, is dat de relaties tussen het Europees Parlement en de Knesset goed zijn. Zelfs tijdens de lockdown wegens de coronapandemie. Zo hebben we de Europarlementsleden goed weten te informeren over wat er speelt in Jeruzalem.
Abraham-Akkoorden
Waar we nog aan werken, is een positievere EU-houding tegenover de zogenaamde Abraham-akkoorden, de nieuwe vredesakkoorden tussen Israël en enkele Arabische landen. Ik vind het echt baanbrekend dat tussen die landen weer vliegverkeer mogelijk is geworden, uitwisseling van ambassadeurs en zo meer. De EU reageerde er nogal lauw op, een beetje schouderophalend, terwijl ik had gevraagd om die akkoorden te omarmen. De Europese Commissie ziet vaak niet wat Israël goed doet, alleen wat het verkeerd doet. Of ‘Brussel’ is misschien wat jaloers dat de Amerikaanse president Donald Trump deze akkoorden mede mogelijk maakte en niet de EU?’
Wat gaat er volgens jou verkeerd in de relatie EU-Israël? Wie zijn ‘de boosdoeners’ aan EU-zijde? En wie verstoren de relaties aan de kant van Israël?
‘Helaas wordt de relatie nogal overschaduwd door het Israëlisch-Palestijnse con-flict. Vooral (extreem-) linkse partijen en politici kijken heel kritisch naar Israël en zien alle aanslagen enzovoort van de Palestijnen door de vingers. Die eenzijdige visie vindt helaas weerklank bij een groot deel van het Europees Parlement. Ook de EU-buitenlandcoördinator, de Spaanse socialist Josep Borrell, is persoonlijk erg pro-Palestijns en Israël-kritisch.
Gevolg is dat de Europese Commissie al lange tijd circa 200 miljoen euro subsidie per jaar overmaakt naar de Palestijnen. Dat geld is bedoeld voor ambtenaren, uitkeringen, scholen, enzovoort. Maar we hebben sterke vermoedens dat een deel ook terecht komt bij terroristen. We zien ook Palestijnse lesboeken vol haat tegen Joden en Israël. Als je jonge kinderen zoveel haat aanleert, komt er uiteraard nooit vrede. Door deze antisemitische lesboeken te betalen, draagt de EU bij aan het gruwelijke geweld van Hamas, zoals op zaterdag 7 oktober tegen onschuldige Israëlische burgers. De SGP uit al jarenlang haar grote zorgen over deze subsidie. We vragen jaar op jaar bij de begrotingsbehandeling om die subsidie geheel of gedeeltelijk te bevriezen. Tot dusver is dat niet gelukt, maar de bereidheid daartoe groeit gelukkig.
Paraglider
Wat er verkeerd gaat aan de EU-kant kon je deze zomer goed zien bij een actie van de EU-vertegenwoordiger in de Palestijnse gebieden. Die vond het nodig om geheel illegaal met een paraglider over de Gazastrook te zweven. Met de actie wilde hij Palestijnen tonen wat ze kunnen “als Palestina vrij is”, zei hij. Een pure provocatie uiteraard. Want wat zagen we drie maanden later? Hamas-terroristen die met een paraglider over het grenshek naar Israël vlogen om daar te moorden. Is daarbij de paraglider van de EU-ambassadeur gebruikt? Dat zou zomaar kunnen. Op mijn schriftelijke vraag hierover heeft de EU-buitenlandcoördinator Josep Borrell me nog steeds niet geantwoord...
Wat ook niet helpt, is dat de EU halsstarrig al tientallen jaren een “tweestatenoplossing” opdringt aan Israël en de Palestijnen. Maar PLO-leider Yasser Arafat en latere Palestijnse onderhandelaars hebben een vredesakkoord hierover steeds afgewezen: ze lijken vooral geïnteresseerd in vernietiging van Israël en de Joden “van de rivier tot de zee”. De Gazastrook is bovendien al volledig Palestijns. Ik bepleit dat de EU niet het tweestaten-idee voorschrijft als uitkomst van onderhandelingen, maar beziet waar de partijen zelf een akkoord over bereiken. Althans, als ze ooit weer gaan onderhandelen. Wat ik mag hopen.
EU Is Hopeloos Verdeeld
Wat Israël betreft, heb ik het idee dat de regering in Jeruzalem liever aanklopt bij de Verenigde Staten dan bij de EU of de Europese landen, voor overleg en hulp. Dat begrijp ik goed. Als ze naar de EU kijken dan zien ze een club van verdeelde landen met relatief veel sympathie voor Palestijnen. Je zag het gebeuren na de Hamas-invasie in oktober: de VS stuurden resoluut 8 miljard dollar aan militaire steun naar Jeruzalem. En de EU? Die was weer hopeloos verdeeld: de eerste reactie van de Europese Commissie was om de subsidie aan de Palestijnen op te schorten. Maar onder druk van bepaalde landen werd dat nog dezelfde dag omgezet in een besluit om de geldstroom te gaan evalueren.
Functionerende Democratie
Aan Israëlische kant hebben de extreemrechtse geluiden van coalitiepartijen uit de regering-Netanyahu de verstandhouding uiteraard ook niet bevorderd. Die geluiden hebben wel tot zorgen geleid bij de EU.
Zo was er een voorstel van Joods-nationalistische parlementsleden om christelijke zending strafbaar te stellen in Israël. Dat vind ik onaanvaardbare aantasting van de vrijheid van geloof. Gelukkig kon ik onze zorgen inbrengen in een vergadering van onze Israël-delegatie. Of er verband is weet ik niet, maar niet veel later tweette premier Benjamin Netanyahu dat hij een stokje stak voor dat voorgestelde zendingsverbod. Het feit dat Israël meerdere parlementsverkiezingen kort na elkaar hield de voorbije jaren, maakte de contacten weleens lastig. Dan waren de Knesset-leden vooral op campagne en konden ze niet naar Brussel komen. Maar ach, dat is slechts een nadeel van een veel groter voordeel: Israël blijkt een functionerende democratie. Dat is juist zeer te prijzen!’
Hoe stelt het Europees Parlement zich op tegenover Israël? Kun je een paar voorbeelden noemen?
‘Als ik de houding mag samenvatten, zeg ik: veel woorden, weinig daden. Kijk naar de resolutie daags na de Hamas-invasie van oktober. Met een overweldigende meerderheid van 500 stemmen voor, 21 tegen en bij 24 onthoudingen veroordeelde het parlement de brutale aanvallen. Het parlement betuigde steun aan Israël en onderstreepte de noodzaak om de ‘terroristische organisatie Hamas’ te elimineren. Dat is warme steun.
Maar dan? Uit die mooie woorden volgen amper of geen mooie daden. De meerderheid wil dan geen streep zetten door de EU-subsidies voor antisemitische Palestijnse schoolboeken. En is er ook onvoldoende steun voor mijn voorstel de hele EU-subsidie op te schorten totdat de Palestijnse Autoriteit het Hamas-geweld veroordeelt. Dat vind ik niet erg consistent.
Discriminerende Labeling
Nog zoiets: de EU bepaalt dat Israëlische producten afkomstig van de Westbank moeten worden gelabeld als producten ‘afkomstig uit bezette gebieden’. Dat is een zeer discriminerende maatregel die bij geen enkel ander conflictgebied in de wereld wordt opgelegd. Helaas is er onvoldoende draagvlak in het Europees Parlement om deze kwalijke bepaling in te trekken.
Ik hoop en verwacht wel dat er meer begrip komt voor de benarde situatie van Israël. Volgend jaar juni zijn er weer verkiezingen voor het Europees Parlement. Meerdere conservatieve partijen staan er goed voor in peilingen. Als het ons gegeven wordt dat ook de SGP na 6 juni 2024 mag terugkeren in het Europees Parlement, hebben we samen een breder draagvlak. Dat zie ik wel als een lichtpuntje.’
Is bestrijding van antisemitisme een punt dat het EP verdeelt? Of is er hier een grote mate van eensgezindheid?
‘Bestrijding van antisemitisme is wel iets waar het Europees Parlement vrij eensgezind over is. Gelukkig maar. Dat zie je bijvoorbeeld bij de jaarlijkse Holocaust-herdenking in het parlement. We hebben ook goed contact met Joodse organisaties en de Europese Commissie-coördinator voor de strijd tegen antisemitisme, Katharina von Schnurbein, die heel actief is. Dat zijn goede zaken.
Maar ja, wat ik net al zei, zodra het gaat over antisemitisme op Palestijnse scholen, trekt de EU net zo makkelijk de portemonnee daarvoor. Dan is Jodenhaat ineens geen belemmering meer voor het Europees Parlement. Dat vind ik heel kwalijk en hypocriet.’
Wat vindt de Eurofractie SGP van de opstelling van de EU in het algemeen en die van het EP in het bijzonder?
‘De SGP vindt dat de Europese Commissie in het algemeen een veel te grote broek aantrekt. De ambities worden steeds groter, vaak groter dan de mogelijkheden. Dat zie je bijvoorbeeld met de 800 miljard euro aan EU-staatsleningen voor het corona-herstelfonds. Onverantwoorde ambities, want het ophoesten van rente en aflossing was niet geregeld: alleen al aan rente kost dat Nederland de komende jaren ruim 1 miljard euro extra.
Bij haar aantreden in 2019 verkondigde voorzitter Ursula von der Leyen dat de Europese Commissie een ‘Geopolitieke Commissie’ zou worden: ze bedoelde dat Brussel een rol gaat spelen op het wereldtoneel. Ze werd aangemoedigd door de pro-Europese meerderheid in het Europees Parlement.
Positie Nederland Is Verzwakt
Maar de SGP heeft meteen daartegen bezwaren geuit: de EU heeft te weinig invloed en capaciteiten om als wereldmacht op te treden. En moet die ambitie ook niet krijgen. Laat het buitenlands en veiligheidsbeleid maar over aan haar lidstaten en organisaties zoals de NAVO.
Toch hebben Nederland en andere EU-landen hun buitenlands beleid grotendeels in handen gegeven van de EU-diensten. Daar komt erg weinig uit, waar we al voor waarschuwden. Per saldo is de Nederlandse positie dus verzwakt. Kijk bijvoorbeeld naar de Tunesië-migratiedeal van de EU waar een miljard euro mee gemoeid is: die deal is praktisch van tafel. Kijk naar de Europese gas-deal met Azerbeidzjan, die Brussel weigert op te schorten zelfs nu Azerbeidzjan de Armeense enclave Nagorno-Karabach veroverde en 120.000 Armenen van haard en huis verdreef. En kijk nu naar de Palestijnen, die vrijwel zonder voorwaarden ons belastinggeld krijgen.
Als zelfs het gruwelijke Hamas-geweld zonder financiële gevolgen blijft, ben je als EU hooguit een figurant of zelfs decorstuk op het wereldtoneel en geen speler. Zonder harde voorwaarden zijn EU-subsidies en EU-handelsakkoorden eigenlijk gewoon duurbetaalde cadeautjes. Andere landen zien de EU niet als wereldspeler maar als sullige Sinterklaas.’
Waar legt de Eurofractie SGP de vinger bij? Wat moet anders?
‘De SGP wil het mes zetten in de wildgroei aan EU-ambities, bevoegdheden en budgetten. De Europese Commissie moet weer bescheiden en dienstbaar worden aan de lidstaten, niet langer de pretentie hebben dat ze leidinggeeft aan zoiets als de Verenigde Staten van Europa. De EU moet terug met beide voeten op de grond. Meer realiteitszin graag.
Als je vanuit deze benadering naar de Israëlisch-Palestijnse kwestie kijkt, betekent het concreet dat de EU:
• de 200 miljoen euro aan EU-subsidie aan de Palestijnse Autoriteit moet bevriezen, totdat zeker is dat het geld niet gaat naar bevordering van terrorisme en antisemitisme en totdat de Palestijnse president Abbas ondubbelzinnig afstand neemt van het Hamas-geweld;
• niet langer het tweestaten-idee moet opleggen als de enig gewenste uitkomst aan Israël en de Palestijnen, maar steun geven aan ideeën die de onderhandelaars zelf eventueel overeenkomen;
• De Abraham-vredesakkoorden moet ondersteunen;
• de discriminerende etiketteringsregeling moet intrekken;
• ambassades van de lidstaten en de diplomatieke post van de EU moet verplaatsen naar Jeruzalem.’
Wat is je dieperliggende motief? Waarom geef je extra aandacht aan Israël en het Joodse volk?
‘Ik zie het als een wonder van God dat het Joodse volk in 1948 weer een eigen staat heeft gekregen. Het laat ons iets zien van de trouw van God. Hij laat zijn volk niet in de steek. De Heere noemt zijn volk in Zacharia 2 ‘Zijn oogappel’. Dat vind ik veelzeggend. De Bijbel leert ons dat de Joden een speciale plaats hebben in Gods bedoelingen met de wereld. Jeruzalem is Gods stad, zo staat er uitdrukkelijk. Er is ook geen volk dat in deze wereld dat zo geleden heeft als dit uitverkoren Joodse volk.
Verder is Israël de enige democratie is in het Midden-Oosten. Ook dat is een belangrijke drijfveer om me voor Israël in te zetten. Het aspect van democratie wordt te vaak vergeten in de discussie over de regio. Elke politicus van welke partij ook zou dat aspect zwaar moeten meewegen en op het netvlies houden. Terroristische organisaties als Hamas en Hezbollah, evenals het ayatollahregime in Iran, hebben maar één doel: Israël van de kaart vegen. We moeten schouder aan schouder staan met onze vrienden in Israël om dat te voorkomen.
Het mag echt nooit gebeuren dat Joden weer worden afgevoerd en vernietigd, zoals de nazi’s deden op het Europese continent begin jaren veertig. Dat moet de dure les zijn van de Tweede Wereldoorlog. Dit alles maakt dat Israël en het Joodse volk onze steun verdienen.’
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 december 2023
Zicht | 100 Pagina's
