Recht doen in weldadigheid
Iedereen die politiek actief is, heeft de eed (of de belofte) afgelegd en daarmee onder andere aangegeven getrouw te zullen zijn aan de Grondwet en de wetten na te komen. Het nakomen van wetten vraagt rechtsstatelijk handelen. Maar er is meer. Het heeft ook te maken met de erkenning van het gezag van de hogere overheid in Nederland als het van God gegeven gezag. Dat is zo op het eerste gezicht een heldere en duidelijke basis.
De vraag is echter of de wetten in Nederland ook altijd zodanig zijn dat ze, al dan niet na rechterlijke uitspraken, recht doen aan inwoners en ondernemers. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de streep die de Raad van State in mei 2019 heeft gezet door het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Dit had grote gevolgen voor (agrarische) ondernemers.
‘Illegaal’
De afgelopen jaren heb ik me in Overijssel bezig mogen houden met de gevolgen van het wegvallen van de PAS in 2019. De overheid heeft het PAS ontwikkeld. De Raad van State zette er een streep door omdat de hoogste algemene bestuursrechter vindt dat het PAS in strijd is met de wettelijke plicht om stikstofgevoelige natuur te beschermen. Als gevolg daarvan waren de zogenaamde PAS-melders ‘illegaal’ geworden. Zij hadden op basis van een melding, conform de wettelijke kaders, een uitbreiding gerealiseerd. Door het wegvallen van het PAS voldeden de betreffende ondernemers niet meer aan de Wet natuurbescherming en moesten ze alsnog een vergunning aanvragen voor de gerealiseerde uitbreiding. Vergunningverlening was echter lastig geworden door de uitspraak en werd door latere rechterlijke uitspraken steeds ingewikkelder.
Molenstenen
Milieu-organisaties dienden vervolgens handhavingsverzoeken in tegen deze bedrijven. Ondanks allerlei argumenten dwong de rechtbank de provincie in een viertal uitspraken om te gaan handhaven. Met als consequentie dat bedrijven terug moesten naar een situatie waarin ze economisch niet meer levensvatbaar waren. Welk belang weegt zwaarder en tot hoever gaat rechtsstatelijk handelen? Wat als inwoners vermalen dreigen te worden door molenstenen van recht en rechterlijke uitspraken?
Wat betekent in deze situatie de bekende tekst uit Micha 6 vers 8: ‘Hij heeft u bekend gemaakt, o mens! wat goed is; en wat eist de HEERE van u, dan recht te doen, en weldadigheid lief te hebben, en ootmoediglijk te wandelen met uw God?’
Praktisch
In mijn afwegingen binnen het collegiaal bestuur (een collega-gedeputeerde had handhaving in zijn portefeuille) heb ik me in mijn persoonlijke afwegingen geprobeerd te laten leiden door de gedachte van recht en weldadigheid.
Hoe kreeg dit praktisch invulling? Ten eerste door zelf niet actief te gaan handhaven, ondanks dat je als bevoegd gezag weet dat er (onbedoeld) illegale situaties zijn ontstaan door falend overheidsbeleid en er tegelijkertijd ook de belofte ligt van de Rijksoverheid om deze situaties te legaliseren.
Toen we vervolgens als bevoegd gezag gedwongen werden om te gaan handhaven (passieve handhaving) hebben we invulling gegeven aan deze wettelijke verplichting omdat er ook verschillende rechterlijke uitspraken lagen. We hebben er toen voor gekozen om naast de ondernemers te gaan staan en te zoeken naar stevige oplossingen om te voorkomen dat de ondernemer klem kwam te zitten. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in een aanpak waarbij eigen provinciale gronden ingezet zijn om de stikstofemissie te reduceren. Dit kost de provincie circa anderhalf miljoen per jaar, en deze reductie wordt benut om de handhavingsverzoeken af te wijzen; een aanpak die ook ondersteund wordt door verschillende juristen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 juli 2023
Zicht | 112 Pagina's
