Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

"Zoon Ahmed heet nu Benjamin"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

"Zoon Ahmed heet nu Benjamin"

Interview met Esther Grisnich en Johannes de Jong

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na 9/11 werd de oorlog verklaard aan alle regimes die ervan verdacht werden steun te verlenen aan terreur tegen het Westen. Korte tijd later werd daaraan de gedachte gekoppeld dat het Westen de roeping had de democratie te exporteren. Zo werd bijvoorbeeld de oorlog in Irak gelegitimeerd. In het kader van de Arabische Lente volgde ook Syrië enige tijd later. Wat is de situatie in die landen na een reeks van bloedige conflicten in die beide landen? Esther Grisnich, directeur ZOA Irak, en Johannes de Jong, directeur Sallux en actief op het dossier Syrië, proberen die vraag te beantwoorden.

Kunnen jullie iets vertellen over je- zelf en je betrokkenheid bij irak en sy- rië?

Esther Grisnich: Ik woon en werk in noord-Irak, in de Koerdische autonome regio, als landendirecteur van de christelijke hulporganisatie ZOA.

We zijn daar actief onder vluchtelingen op het vlak van onder meer wederopbouw, verzoening en het creëren van werkgelegenheid. Daarvoor werkte ik als politiek adviseur van SGP-Europarlementariër Bas Belder, en begeleidde ik namens het ministerie van Buitenlandse Zaken vredesinitiatieven tussen Israëli’s en Palestijnen.

Johannes de Jong: Als directeur van de Europese denktank Sallux, waar ook het WI-SGP bij is aangesloten, ben ik in 2014 in het verhaal van het Midden-Oosten ‘gesprongen’. Het was voor Syrische christenen en Yezidi’s niet duidelijk hoe zij toegang konden krijgen tot Europese politici en beleidsmakers, om door hen gehoord te worden. Wij besloten onze ervaring binnen de politieke netwerken in Europa in te zetten voor het kenbaar maken van hun humanitaire en politieke noden. Deze groepen zijn trouwens zowel in Syrië als Irak politiek relevant.

Welke trefwoorden zouden jullie kie- zen om te omschrijven hoe resp. irak en syrië er vandaag voorstaan, twin- tig jaar na 9/11?

EG: Een paar woorden die zo in mij opkomen zijn “niet veel opgeschoten”, “terug bij af” en “onzekere toekomst”. Het is absoluut niet te voorspellen welke kant het opgaat. Daar waar christelijke milities samenwerkten tegen IS, zie je helaas dat ze nu elkaar weer op de korrel nemen. Wel zijn er kleine verbeteringen zichtbaar in Irak op het gebied van de rechtsstaat. JdJ: Zolang Iran en Turkije zo’n grote voetafdruk hebben in Irak en Syrië, blijven de problemen bestaan. Iran is aanwezig met gewapende groeperingen; Turkije gaat zijn eigen gang en knijpt bijvoorbeeld de watertoevoer naar Noord-Syrië af. Gelukkig is de VS nog altijd aanwezig als weerhoudende macht. Tot nu toe is Europa nog steeds niet in staat gebleken de dynamiek in de regio te doorzien en daar adequaat op te reageren. Men wil bijvoorbeeld de JCPOA (nucleaire deal met Iran, HK) terug, maar dat betekent natuurlijk weer een hernieuwde geldstroom via de Iraanse Revolutionaire Garde naar Iraanse milities in Syrië en Irak. Dat is desastreus. Het terugdringen van ISIS in noordoost-Syrië is mooi en belangrijk, maar dat is dan wel zo’n beetje het enige.

Wat kan humanitaire hulp betekenen voor de mensen daar?

EG: Er is bijna geen beginnen aan. Er zijn zoveel ontheemden. Waar moeten mensen heen? Veel dorpjes zijn totaal verwoest. Er is veel frustratie en dat voedt onrust. Wat ik heel zorgelijk vind, is dat humanitaire gelden naar Irak helemaal zijn stopgezet door Nederland, terwijl er nog geen herstel is en het land nog ontzettend instabiel is.

Nieuwe vluchtelingenstromen zouden desastreus zijn. Maar er spelen andere belangen. Men kijkt nu meer naar Afrika.

Daarbij wil ik ook opmerken dat wij in Nederland en Europa vooral oog hebben voor de nasleep van de ISIS-crisis, terwijl in het zuidelijke (sjiitische) gedeelte van Irak een enorme open wond in de samenleving bestaat. De Iraanse invloed in het land is gigantisch. Een stad als Mosul is in feite één groot martelaarsmonument geworden naar aanleiding van de executie van de Iraanse generaal Suleimani door de Verenigde Staten.

Volksprotesten hiertegen worden zonder pardon afgestraft.

JdJ: Dat klopt, de situatie in Irak is erg complex.

Een deel van de Iraakse sjiieten is op de hand Iran, maar een ander deel wil juist helemaal geen Iraanse invloed in Irak.

Zowel in irak als syrië creëerde druk op de overheid – hetzij door de militai- re interventie, hetzij door grootscha- lige volksprotesten – een machtsva- cuüm waar jihadisten in sprongen. waarin stemmen beide landen nog meer overeen? en wat zijn juist be- langrijke verschillen?

EG: Het zijn echt heel verschillende landen. In Syrië zwaaiden de Fransen lang de scepter en was er relatief veel stabiliteit onder de familie Assad. In Irak waren de Britten ooit de baas, maar was er onder Saddam Hoessein al decennialang sprake van machtsmisbruik en onderdrukking. In het Westen zeggen we: het zijn moslims. Hoogstens maken we nog een onderscheid tussen soennie- ten en sjiieten. Maar het is complexer. In Irak was er ook al jarenlang sprake van buitenlandse inmenging vanwege bijvoorbeeld de olie. Het is dus echt een ander speelveld.

JdJ: Dit is mij uit het hart gegrepen. Men denkt dat religie allesbepalend is voor mensen in het Midden-Oosten. Maar dat valt hard tegen – of mee, net hoe je het bekijkt. Pijnpunt is meer etniciteit dan religie. Onderschat dat niet. Een groot verschil tussen bijvoorbeeld noordoost-Syrië en noord-Irak: het eerste gebied kent een vorm van zelfbestuur waarbij samenwerking tussen etniciteiten in het systeem ingebakken. Het is een multi-etnisch mozaïek, maar de Koerden houden terdege rekening met anderen. Iraaks Koerdistan bijvoorbeeld is verhoudingsgewijs veel ‘mono-etnischer’. Een ander verschil: de ‘clash’ tussen soennieten en sjiieten is in Irak niet op dezelfde manier aanwezig. Daar is de kwestie pro- of contra-Assad veel dominanter. In beide landen speelt de invloed van Turkije trouwens een grote rol. EG: Nog een overeenkomst: zowel in Syrië als in Irak voelden de sjiieten zich beschermd terwijl de soennieten zich ondergewaardeerd voelden en in opstand kwamen.

JdJ: Dat is waar, al geeft de focus op de macht van Assad in Syrië een andere dynamiek.

EG: Je zou in dat licht kunnen zeggen dat de macht in Irak democratischer verdeeld is.

Nog één vraag hierover: hoe zien irakezen en syriërs elkaar? nederlan- ders hebben bijvoorbeeld hun woordje vaak wel klaar over belgen, en vice versa…

JdJ: Laat dit helder zijn: in het Midden-Oosten zijn de grenzen niet getrokken door de mensen zelf. Daar kan het voorkomen dat een stam aan beide zijden van de grens woont. Gevolg van het Sykes-Picotverdrag uit 1916. Laat ik dit illustreren met een voorbeeld. Ik ontmoette eens een Syriër van wie de grootvader, een Syrische sjeik, nog gewoon schapen verkocht in Jeruzalem. De landsgrenzen van nu bestonden 100 jaar geleden gewoon nog niet. De mensen hebben dus niet de kans gekregen om hun eigen politieke en statelijke identiteit te bouwen.

Toen ik in 2014 iran bezocht, werd ronduit tegen mij gezegd dat amerika de veroorzaker is van isis. wat zou jullie antwoord hierop geweest zijn? in hoeverre is het westen, of de vs, in- derdaad debet aan de onrust?

EG: De VS heeft helaas veel aanleiding gegeven voor zulke verdachtmakingen. Men kan de vraag stellen, ‘het Westen heeft Mosul gebombardeerd, hoezo komen ze nu met een zak geld?’

Veel mensen duiden de opkomst van IS louter religieus, maar de oorzaak is óók sociaal-maatschappelijk. Corruptie en het ontbreken van werkgelegenheid verschafte een vruchtbare voedingsbodem.

JdJ: Dat verhaal over ISIS is inderdaad populair maar onjuist. Het is een soort projectie van de ervaren onmacht van de afgelopen honderd jaar, ook al maakt IS natuurlijk niets waar. Er is al een eeuw lang teleurstelling over de Westerse steun aan dictators. Door diefstal van Westerse wapens van militanten in Syrië en het Iraakse leger werd de indruk gewekt dat ze actief voorzien waren van dat spul.

Van welke strategische sleutelmo- menten kunnen we leren voor de toe- komst?

EG: De VS dacht in Irak een snelle overwinning te behalen. Maar er was geen plan en er waren te weinig manschappen, zodat de bevolking zich tegen hen keerde. Tot op heden is er geen herstelplan voor Irak. Ook herstel en ontwikkeling is moeilijk te realiseren. Je krijgt steeds te maken met corruptie, maar als je alleen geld aan mensen geeft zonder goede controle verdwijnt het ook weer in de verkeerde zakken. Ook in Nederland lijkt een langetermijnstrategie te ontbreken. Je hebt bijvoorbeeld geen idee wat er tijdens of na de kabinetsformatie gebeurt met Irak. Van het geld dat we naar de VN overmaken komt misschien maar 10% daadwerkelijk in Irak terecht.

JdJ: Ik zie drie dingen die anders hadden gemoeten. Ten eerste hadden we Irak niet moeten invallen, alleen al vanwege het risico op groeiende Iraanse invloed. Ten tweede had de EU aan het begin van de burgeroorlog in Syrië geen samenwerking moeten aangaan met partijen die geen ‘Europese’ agenda hadden, zoals Turkije. Ten derde is bij de opkomst van ISIS wederom ervoor gekozen om de door de VS gesteunde Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF) en anderen te negeren. Het doel was wellicht om Turkije te vriend te houden, maar de bevolking was hier niet mee gediend.

EG: Een specifieke zorg is de demografie. Volgens de huidige trend zal de Iraakse bevolking in 2050 verdriedubbeld zijn. Dat heeft een enorme impact voor bijvoorbeeld huisvesting, klimaat, stabiliteit, pandemieën… Daar is nog geen strategisch plan voor.

Als de bevolking zo groeit, dan gaat het toch nog vrij goed? gebrekkige verzorgingsmogelijkheden zorgen immers voor massale sterfte, aldus

Malthus.

EG: Je zou zeggen: die meiden worden moderner en kiezen voor anticonceptie. Niets van dat alles. In de haarvaten is Irak nog altijd zeer conservatief. Dat merk ik ook aan hoe ik behandeld word als landendirecteur. Dan zegt men: “behave like a woman”. Met andere woorden, wat denk je hier te komen doen als vrouwelijke directeur? Ze zijn hier nog niet toe aan hervormingen.

JdJ: In noordoost-Syrië zie je dat er stappen gezet worden naar meer gelijkheid en bescherming van vrouwen. Dat was bijvoorbeeld de in zet van de SDF bij de bevrijding van Deir ez-Zor, waar ze net als in noordoost-Syrië een vrouwenhuis oprichtten.

EG: Vervolgens werd de eerste vrouwelijke politicus bruut vermoord, met haar kinderen.

JdJ: In Deir ez-Zor worden nog steeds mensen vermoord door ISIS. Maar de inzet van de SDF voor de positie van vrouwen is belangrijk voor de vraag over demografie. Even plat gezegd: teveel vrouwen in Irak en Syrië hebben niets in te brengen over hoeveel kinderen er geboren worden.

In haar boek ‘heilige strijd’ beschrijft beatrice de graaf over een groeiend gevoel, ook in nederland, van onvei- ligheid en een toenemende roep om wraak na ‘9/11’. hoe donker is die schaduw van angst en vergelding in irak en syrië?

EG: Mensen met een trauma blijven kiezen voor geweld. Dat is een vicieuze cirkel. Er is in Irak altijd en overal wantrouwen – tussen de Barzani en Talibani, tussen yezidi’s en turkman, en noem maar op. Dat is verergerd. De oorlog heeft dit niet opgelost. Tegelijk zeg ik ook: er bestaat een verantwoordelijkheid om te beschermen tegen ernstige mensenrechtenschendingen. Dat is de zogeheten ‘responsibility to protect’. Het was een kapitale fout om Hoessein in het zadel te laten na de oorlog in Koeweit.

JdJ: Eens, toen had men moeten doorpakken.

EG: Destijds werd de Amerikaanse minister Madeleine Albright zwaar tegengewerkt bij inspecties van militaire locaties en van plaatsen waar grove misdaden waren begaan. Dat kun je niet accepteren, hoewel de gevolgen van oorlogvoering ook toen al militair-technisch niet te overzien waren. JdJ: Iets anders: ik constateer in het diplomatieke circuit wel een erkenning van het bestaan van multi-etniciteit, maar er is tegelijk een botte weigering om daar verstandig mee om te gaan. Omdat alles multi-etnisch moet zijn, hebben minderheden geen of juist te veel stem.

Zo wordt nu de Syriac-Assyrische minderheid noch de soennitische meerderheid serieus bij het diplomatieke proces over de politieke toekomst betrokken.

Welke lichtpuntjes zien jullie voor irak en syrië?

EG: Jongeren willen echt verandering. Ze accepteren de oude verbanden echt niet meer. Dat geeft mogelijkheden. Ze zijn tamelijk hoogopgeleid. Irak kan een schakel zijn tussen oost en west, kan investeren in landbouw, handel en olie. Als de slimmeriken steeds weggaan, is dat een groot verlies. Ik zie mooie initiatieven; mensen die graag willen. Alleen gaat het anders dan bij ons. Het gaat om de lange adem.

JdJ: We moeten echt meer inzetten op samenwerking tussen jongeren, en met actoren die fundamentele waarden met ons delen. Met de precieze uitwerking hoeven wij ons niet te veel bezig te houden. Dat kunnen ze prima zelf.

Is er iets van herstel zichtbaar van de christelijke kerk in irak en syrië?

EG: Het recente bezoek van de paus liet zien dat het christendom zeker nog aanwezig is. Maar van de 1,5 miljoen christenen in Irak zijn er nog een paar honderdduizend over. Zeker vanuit Ni- nevé zijn velen vertrokken en niet teruggekeerd. Terwijl hier de graven zijn van Jona, van Nahum… Van een christelijk dorp als Qaraqosh is 70% van de mensen niet teruggekeerd. Het Westen is de christenen gruwelijk vergeten. In een stad als Kirkuk zijn nog wel kerken en christenen, maar niemand denkt aan ze. We doen te weinig.

JdJ: In Syrië, en specifiek het controlegebied van Assad of de SDF, is de situatie relatief wat beter dan in Irak. Economische situatie wordt snel veel slechter. Christenen zijn dan, dankzij hun geld en contacten, vaak de eersten die vertrekken. Dat is zorgelijk, maar je ziet ook een langzame groei van moslim-bekeerlingen. Die bewegingen bestaan allebei.

Welke ontmoeting in irak of syrië zullen jullie niet snel vergeten?

JdJ: De ontmoeting die we in 2017 in Kobane hadden met christenen met een islamitische achtergrond en met Syriac-Assyrische christenen.

Zo’n ontmoeting had niet eerder plaatsgevonden. Dit kreeg nog een bijzonder vervolg tijdens de kerst van 2017. ISIS-bolwerk Raqqa was net bevrijd. Te midden van de puinhopen van de kerk van Raqqa hielden Koerdische en Syriac-Assyrische christenen samen een kerstdienst. Twee bewegingen van het christendom in de regio kwamen op dat moment bij elkaar. Transformeert de kerk? Ja. Maar uitsterven? Nee.

EG: Tien dagen na een Turks bombardement in noordoost-Syrië ontmoette ik in een tent in een vluchtelingenkamp Koerdisch-Syrisch gezin. De vader had zijn zoontje op zijn knie en zei: ‘Dit is mijn zoon Ahmed, maar hij heet nu Benjamin. Ik ben de islam zat, ik ben mijn geloof kwijtgeraakt.’ Ik vond dat een aangrijpend moment. Dit gezin had moeten vluchten voor ISIS en voor Assad, en daarna voor Turkse bombardementen. Nu leefden ze in de modder. Ik zei: ‘ik zal voor u bidden’. JdJ: Deze afkeer van de islam is een voorbeeld van veel breder fenomeen. Dit is niet uniek. Daarom groeit de kerk in Kobani ook.

Wat is jullie hoop voor over – bij wij- ze van spreken – opnieuw twintig jaar?

JdJ: Als wij ophouden totalitaire regimes te steunen, heeft de regio een hoopvolle toekomst. Ik heb veel hoop voor de jongere generaties; op een culturele verandering van onderaf.

EG: Er is nog steeds veel kans dat de ontwikkelingen daar desastreus uitpakken. Mijn hoop is dat jongere generaties meer collectief dan etnisch denken. En dat ze hun economische mogelijkheden weten aan te wenden voor duurzame ontwikkeling.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juli 2021

Zicht | 112 Pagina's

"Zoon Ahmed heet nu Benjamin"

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juli 2021

Zicht | 112 Pagina's