Zeinenr"^
Tot even in de twintigste eeuw stond Zeldenrust, een boerderij aan de Oostelijke Achterweg van Sommelsdijk nog net buiten de bebouwde kom. Dat valt nu moeilijk voor te stellen. Zeldenrust werd gebouwd op een perceel grond dat vanaf deze Achterweg liep tot aan de Langeweg en werd sinds mensenheugenis bewoond door Jacob Mastenbroek gehuwd met Adriaantje Goudswaard. Deze Jacob is echter vroeg gestoren, maar zijn vrouw bleef er wonen tot op de gezegende leeftijd van 96 jaren.
De familie Mastenbroek liet op hetzelfde perceel grond een womng bouwen op de hoek Oostelijke AchterwegVan Aersenstraat. Daarin woonde eerst zoon Leendert gehuwd met Jacoba van Eijken. Zij kregen vijf kinderen: Adriaantje, Harm, die naar Australië is geëmigreerd, Jacob, Jan en Ma. De jongste dochter Ma en haar man Aad van Driel bewonen thans dit vrijstaande hoekpand.
De oude woning van Zeldenrust staat er gelukkig ook nog, zij het een beetje verscholen. Daar woont de oudste dochter Adriaantje gehuwd met Jan Helleman. Adriaantje heeft voor haar huwelijk lange tijd bij haar grootmoeder ingewoond.
Helaas is de schuur in 1988 afgebroken om parkeervoorzieningen te treffen ten behoeve van supermarkt Jac. Hermans aan de Binnenweg. En wat doet zo'n bedrijf vrij kort daarop? Vertrekken naar elders!
Het gevolg was dat er weer een typische landbouwschuur, waaraan Sommelsdijk eens zo rijk was, ten prooi viel aan de garrelwinden van de ontwikkeling.
Vooral Adriaantje vond de afbraak van de schuur verschrikkelijk erg. In de oude woning van Zeldenrust heeft tot
In de oude woning van Zeldenrust heeft tot 1852 mijn betovergrootvader Arend Hoogzand met zijn vrouw Cornelia Lugthart en hun acht kinderen gewoond. Om dat eens zorgvuldig na te gaan mocht ik aan tafel van de familie Mastenbroek plaats nemen of daar nog wat van terug te vinden was in de eigendomsbewijzen. Al gauw komen dan allerlei verhalen naar voren. In gedachten zien we opoe Mastenbroek nog
In gedachten zien we opoe Mastenbroek nog gaan. Met haar kraakhelder van wit katoen gehaakte mutsje ging zij de kippen voeren. Of na een dag van harde wind het nog onrijpe ooft oprapen dat de volgende dag geschild zou worden en als groente op tafel werd voorgezet. De meeste mensen die haar gekend hebben, zullen ongetwijfeld haar wel eens met de bezem aan het werk hebben gezien. Het hele erf en de straat er langs kreeg dagelijks een beurt. Opoe Mastenbroek hanteerde haar bezem
Opoe Mastenbroek hanteerde haar bezem ook wel eens om Piet een ferme tik te geven als die het weer eens te bont had gemaakt. Wie was die Piet?
Piet kwam in 1931 als veulen op Zeldenrust. Het was een prachtig dier, nogal groot voor zijn leeftijd. Zijn haarkleur was donkerbruin. Zijn staartje kwispelde erop los maar dat lichaamsdeel werd later helaas gecoupeerd.
Piet was nog maar net van zijn moeder gescheiden toen hij op voor hem vreemde bodem verscheen. Hij zou de rest van zijn leven bij de familie Mastenbroek blijven. Toen hij werd ingespannen kwam hij naast Sjoel te staan en samen vormden zij een span ruinen want lang voor de tijd van werken was aangebroken, waren ze beiden reeds ontmand. Leen Mastenbroek was de trotse bezitter van deze paarden maar Leen Faasse, de landbouwknecht ging er mee werken. Nadat zoon Jacob van school kwam ging hij met dit span werkpaarden het nodige werk doen.
Echter zodra de herinneringen aan vader Leen Mastenbroek werden opgehaald kwamen al gauw de jacht en de bijen ter sprake. De bijen hadden hun behuizing in een bijenstal naast de Zondagsschool, later genaamd 'Vita Nova' aan de Van Aersenstraat. Dus midden in het steeds groeiende dorp Sommelsdijk. Adriaantje heeft heel wat bijenzwermen geschept en als de tijd van oogsten was aangebroken heeft zij samen met haar zus Ma tal van goed verzegelde plankjes moeten ontzegelen om daarna de honing met de slinger er uit te draaien. Het is Leen Mastenbroek zelve geweest die mij persoonlijk er toe heeft aangespoord om ook bijen te gaan houden. ' s Ochtends vroeg vertrok het span paarden van Zeldenrust en trok naar de percelen land in de verschillende polders zoals de Westplaat, het Nieuwland en het Oudeland. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het span met voerman en al door de bezetters gevorderd. Daarover zijn aparte verhalen te schrijven wat ik inmiddels gedaan heb in het boek: 'Blijvend Gedenken'. Leen Faasse met de paarden van Leen Mastenbroek komen daar ook m voor. Maar Jaap beleefde in die moeilijke oorlogs
Maar Jaap beleefde in die moeilijke oorlogsjaren als veertienjange jongen met de paarden Piet en Sjoel eens een hachelijk avontuur. Jaap moest gaan ploegen op het stuk land m het Nieuwland gelegen tussen de Sint Christoffeldijk en de Christoffeldijk en de Kokseweg. Het ploegen werd extra bemoeilijkt door de aanwezigheid van weermachtspalen die op last van de bezetter in de zomer van 1944 waren geplaatst. Dat gebeurde om strategische redenen...
Toen Jaap weer om zo'n paal wilde manoeuvreren raakte het handpaard (het links staande dier van het span) verstrikt in de lijnen. Het handpaard was Piet en hij raakte met een van zijn achterbenen de vrij scherpe ploegschaar wat een flinke jaap tot gevolg had die hevig begon te bloeden. Jaap trof direkt maatregelen en sneed eerst de lijnen af en ging onmiddellijk terug naar huis, een bloedspoor achterlatend. Verzwakt door het vele bloedverlies werd het sterke dier in de travalje bij de smederij van de gebroeders Tieleman in de Sebastiaan Doelstraat geplaatst. De spoedig ontboden en evenzo spoedig geamveerde veearts was genoodzaakt om de wond van het paard te krammen. Hij diende tevens een injectie toe.
Piet kwam er vrij spoedig weer bovenop. Piet en Sjoel moesten onderwijl op het bedrijf er weer meer aan te pas komen want m die oorlogsjaren was er geen voldoende brandstof vooaadig om de tractor te laten rijden. Dat ding, een Fordson, stond op zijn beurt op stal. Leen Mastenbroek en Leen Joppe waren in Sommelsdijk de eerste landbouwers die enige jaren voor de oorlog een tractor hadden aangeschaft De paarden moesten dus weer komen opdraven. In 1945, nadat in mei de oorlog beëindigd werd, waren er op GoereeOverflakkee nog welgeteld 1849 werkpaarden. Dat aantal hep na de bevnjding terug tot slechts 275 in 1995. Tot dat laatste cijfer behoorden maar weinig werkpaarden. Een paard of een pony is tegenwoordig een luxe dier. Toch brak er ook een tijd aan waarin de don
Toch brak er ook een tijd aan waarin de donkerkleurige, zeer robuust gebouwde Piet een luxe leventje kon gaan leiden. Sinds er weer voldoende brandstof voor de tractor kon worden verkregen en ei nieuwe tractoren konden worden aangeschaft, verdween het ene na het ander paard van de boerenhoeven. Sjoel werd van de hand gedaan. Waarschijnlijk werd hij verkocht aan Barend de Ruijter m leven een paardenhandelaar die in de Enkele Ring woonde.
Piet kwam op stal te staan. Vervelen deed hij zich niet. Hij wrikte zich steeds los en zag kans de staldeuren te openen. Wat er ook tegen werd gedaan, niets scheen te helpen. Een halster schudde hij zonder moeite van zijn hoofd. Mastenbroek had eens een brede en sterke leren band om zijn hals laten aanmeten die wel zo strak om zijn fiere nek werd aangebracht dat er amper een vinger tussen te krijgen was. Maar Piet ontdeed zich ook daarvan zonder veel moeite. Wat een paaid! Dan weer trof men hem aan in de koeienstal, dan weer op het erf of daarbuiten. Ook het toeaangshek van Zeldenrust kreeg hij open en liep in de omgeving maar wat rond. Denk echter niet dat een paard zó maar verdwaalt.
Op de dag van de Watersnoodramp 1 februari 1953 stroomde het koude zeewater omstreeks de schemering het dorp Sommelsdijk binnen. Dat kwam door dijkdoorbraken bij Duivenwaard. Het water stroomde met flinke kracht de straten, de huizen en de schuren binnen. Iedereen kon zich in betrekkelijke veiügheid brengen. De bewoners van Zeldenrust kwamen onmiddellijk in aktie om de koeien van stal te halen en natuurlijk ook om Piet in veiligheid te brengen. Men kwam op het idee om deze dieren in de op de Oostelijke Achterweg geparkeerd staande veewagens van de familie Arie en Hans Vroegindeweij te zetten. Daar stonden ze in elk geval veel hoger dan op de vloer van de stal. De auto's bleven staan waar zij stonden. Gelukkig steeg het water niet hoger dan van één tot anderhalve meter m het dorp met uitzondering van de Voorstraat en directe omgeving die droog bleef. Daar kreeg het vee dat gered had kunnen worden een plaatsje in de open lucht.
De bijenvolken werden met hulp van Jaap Vijfhuizen in de bijenstal een etage hoger gezet en werden op die manier gered. De famiUe Mastenbroek kreeg onderdak bij familie.
De eerstvolgende dagen werden de dieren in de veewagens van hooi en bieten voorzien. Ma Mastenbroek herinnerde zich nog dat ze bij Piet oud brood ging brengen. Dan stond Piet al met zijn lange nek boven de houten opstanden van de veeewagen uit te turen. Het water zakte binnen een week weg en liep terug naar de zee die zo vreselijk het land geteisterd had. De drama' s van Oude Tonge, van Stellendam, van Stavenisse en van zoveel plaatsen meer, waren de eerste dagen nog niet geheel tot de bevolking van Sommelsdijk doorgedrongen. Maar toen dit eenmaal wel bekend was geworden, begreep men dat de gebeurtenissen bij Mastenbroek in vergelijking met het hele rampgebied niets te betekenen heeft gehad. Hun vee kon weer terug naar stal. Piet vervolgde zijn eigen leventje. Hij was oud geworden. In de zomer mocht Piet naar het gors behorende tot de Westplaat Buitengronden waar Piet van Vliet beheerder over was. Dat ging de eerste twee zomers goed maar de zomer er na ging het mis.
Van VHet had Mastenbroek gewaarschuwd dat zijn paard steeds vaker om viel. Met de grootste moeite kon het dier weer overeind worden geholpen totdat dit niet langer meer ging
Piet was 24 jaar geworden. Hij had voor een trekpaard een tamelijk hoge leeftijd bereikt. Toen zijn lichaam van het gors werd weggevoerd was niemand van de famiUe Mastenbroek aanwezig. Men kon het niet aanzien.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 maart 2002
Eilanden-Nieuws | 14 Pagina's
