12�- jarig regeringsjubileum van Koningin Juliana

maandag 6 maart a.s. is het 12% iaar'"Êeleden, dat Hare Majesteit de Koningin de regering over ons land aanvaardde Zij heeft de wens te Icennen gegeven dat de viering van dit feit op •jobere wijze zal geschieden en in deze «eest 7.al er alleen in de middag van 6 maart een nationale manifestatie voor het Paleis Huis ten Bosch plaats vindea

Dit jubileum geeft ons echter wel aanleiding om er een ogenblik bij stil te staan, ook al is het in dit artikel niet mogelijk zelfs aan de meest markante feiten uit de regeringstijd van Koningin Juliana bijzondere aandacnt te besteden.

De zesde september 1948 zal onvergetelijk blijven. Duizenden en honderdduizenden hebben deze grote nationale gebeurtenis alleen bij de radio of mot de bladen in de hand kunnen volgen, omdat het hun niet mogelijk was naar lOfdstad te reizen. Maar reeds zó zij zeker met wie er wel bij telordig waren een diepe indruk onti van het geweldige, dat daar gegrepen heeft. Het was niet alleen groots, niet alleen machtig, maar het was ook ontroerend.

[haar rede, welke zij bij de officiuldiging als Koningin der Nedorheeft gehouden, zeide de nieuirstin o.a.: „Sedert eergisteren (4 ben ik geroepen tot een taak, die laar is, dat niemand, die zich daar 'aar een ogenblik heeft ingedacit, zou begeren, maar ook zó mooi, alleen maar zeggen kan: „Wie ben ik, dat ik dit doen mag?"

Deze woorden, uitgesproken door onze Vorstin, tijdens haar inhuldiging te Amsterdam, heeft zij ook tot werkelijkheid gemaakt, toen Zij in de rampdagen van februari 1953 met waterlaarzen de noodgebieden bezocht. Ook op ons eiland Goeree-Overflakkee. Zij leefde intens mede met de bewoners van liet door de watersnood getroffen gedeelte van Nederland. Zij hielp waar dat nodig was en bracht troost waar zij kon. Het Nederlandse volk kan zich geluk

EK Het Nederlandse volk kan zich gelukprijzen, dat het geregeerd wordt 1^^ een Vorstin, die in geheel de weeën gezag heeft verworven, dat zijn weerga niet kent. Een gezag van mild- -heid, rechtvaardigheid en opofferingsgezindheid.

Koningin Juliana kan niet zeggen dat het in haar 12y2-jarige regeringsperiode altijd over rozen is gegaan. Ernstige moeilijkheden zijn Haar in deze tijd niet gespaard gebleven. Wij denken daarbij inzonderheid aan het Indonesische drama, dat zich tijdens haar regering heeft voltrokken. Deze moeilijkheden zijn hier niet zonder weerslag ge- bleven. Nederlands Indië moge dan van het moederland zijn afgescheiden, maar de band tussen Koningin Juliana en 8 het Nederlandse volk is ongeschonden gebleven.

Toen Koningin Juliana 12% jaar geleden de eed op de Grondwet aflegde. kon men drie jaar na de tweede wereldoorlog ongestoord verder gaan op de j weg van verdere ontwikkeling. Gedu e rende deze ambtsperiode kwamen meer e dere wetten op sociaal gebied tot stand t die voor velen ten zegen zijn geworden.

Hoe groot de liefde in andere lan- ^ den voor onze Vorstin en ons Vaderland Is, bleek uit de enorme weldaden, die o Nederland gewerden na de rampdagen van 1 februari 1953. Z.K.H. Prins Bern hard, die als „goodwill-ambassadeur" steeds de belangen van ons volk weet te dienen, deelt in hoge mate in de dankbaarheid van het Nederlandse volk.

*' Koningin Juliana heeft thans 121/2 jaar als regerend vorstin ons volk in al , zijn geledingen, in voor- en tegenspoed, leren kennen. Zij, zo natuurlijk en wel « willend, verstaat onze democratische 2in. Zij, een van ons, begrijpt ons.

' Moeilijke en bange tijden hebben ali tyd aangetoond, dat ook een klein volk »' ^'^^ staande kan houden, als het zich j eensgezind schaart om de Troon van Oranje.

^""'^ ^^ eeuwen heen zijn Oranje en p Nederland tot een twee-eenheid ge ?'"^*'' ^is niet straffeloos verbroken kan worden. En zolang een afstammelinge uit ons Vorstenhuis op zo waardige wijze als onze Koningin dit deed, haar taak als draagster van het Staatsgezag opvat, zou verandering van rege ? ™Ssvorm een nationale ramp beteke [Den.

s' En daarom willen wij ter gelegenheid Bi''^ het 12%-jarige ambtsjubileum van onze Leidsvrouwe een woord van eerbie- t- alge hulde brengen aan onze Koningin, ^ «e met voldoening de woorden van de " Prina van Oranje, bij zijn intocht in 1- Amsterdam, in een proclamatie van 2 f december 1813 gezegd, heeft bevestigd, f dat „de handhaving der onafhankelijk , Oeid" haar nimmer ophoudende taak ^*1 zijn. Een woord van hulde aan onze 'vorstin, die steeds meeleeft met alles, * **' wat door stad en dorp gedaan wordt M, om het welvaartspeil omhoog te brengen.

En zo gaan wij de toekomst verder tegemoet, in het vast vertrouwen dat ook deze gedenkdag de pijlers van het Staatsgebouw versterken zullen. In geleidelijk bouwen op de bestaande beproefde grondslagen moet onze kracht liggen en tot die schone taak zullen wij ook als staatsburgers van Nederland, zoveel in ons vermogen is moeten mede werken.

God spare het Huis van Oranje tot in lengte van dagen.

Moge Koningin Juliana de grote gave der wijsheid behouden in deze periode, waarin opnieuw gestreden wordt om vrede en vrijheid.

P. BOM

ambt. ter secretarie.

Ooltgensplaat, 28 febr. 1961.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen