Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Eenzaam en gemeenzaam

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eenzaam en gemeenzaam

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In vier artikelen hebben stilgestaan bij met name sociale eenzaamheid. In dit slotartikel gaan we in op een heel ander aspect van eenzaamheid.

Professor Gisbertus Voetius (1589-1676) schreef in zijn boek “De praktijk der Godzaligheid” daarover het volgende: ‘Men moet de eenzaamheid zoeken met het oog op persoonlijke gebeden en overdenkingen’. Deze bekende theoloog stimuleerde zijn lezers om juist in de eenzaamheid te verkeren. Als reden gaf hij aan dat het ‘niet goed mogelijk is om in het openbaar en in bijzijn van anderen ernstig, hartelijk en onomwonden aan zelfonderzoek te doen, tot God te bidden’ enzovoort.

Met deze pastorale aanwijzingen stond Voetius niet alleen. Hij greep terug op de traditie van vóór de Reformatie. Iemand als Thomas à Kempis (1380-1471) was eveneens een voorstander van een leven in eenzaamheid en afzondering. In hoofdstuk 20 van zijn boek “De navolging van Christus” kunnen we lezen: ‘Zoek een gunstige tijd om met uzelf alleen te zijn en overdenk de weldaden van God. Laat varen alles wat vooral uw nieuwsgierigheid prikkelt’. Hij vervolgde zijn advies met erop te wijzen dat mensen goede boeken moeten lezen en die overdenken.

Augustinus en Van Lodenstein

Meditatie, gebed, vasten en geestelijke oefeningen hebben in de geschiedenis van het christendom een grote plaats ingenomen. De kerkvader Augustinus (354-430) was een overtuigde voorstander van het inkeren tot zichzelf. In een van zijn preken zei hij: ‘Kijk in uw binnenste. Waarom slaat u uzelf over? Daal af in uzelf’. Voor hem was het veel belangrijker om naar binnen te kijken dan oog te hebben voor de buitenkant. Alles wat naar buiten komt, is namelijk afkomstig van binnen. Bij dat laatste gaat het om de vraag wat de bedoeling is van het uitwendig gedrag.

Twaalf eeuwen na Augustinus schreef Van Lodenstein vergelijkbare woorden. In zijn vele geschriften, preken en gedichten wees hij op de noodzaak om zich door geestelijke oefeningen, waarvan we er al een paar genoemd hebben, op God te richten. Mensen moeten zich eraan gewennen dat zij middelen als eenzaamheid en meditatie biddend om Gods genade gebruiken. Het is overigens wel nodig dat dat gebeurt vanuit de juiste gezindheid. Van Lodenstein wees de gedachte dat mensen zich door zelfverloochening, zelfbeheersing, onthouding, gebed en vasten tot God kunnen opklimmen radicaal van de hand. Gods zegen komt immers van boven naar beneden.

God heft als vrucht van Zijn genade de eenzaamheid op. Daarover schreef Van Lodenstein in zijn gedicht “Eenzaamheid met God”:

Met U leef ik, Met U zweef ik

Jezus door het goed en kwaad;

Met U sterf ik, Met U erf ik

Dat bij u te wachten staat.

O zalig eenzaam!

Met God gemeenzaam!

Daar mijn Jezus met mij gaat.

Daar mijn Jezus met mij gaat.

In haar boek “De eenzame eeuw” geeft professor Noreena Hertz een voorbeeld van een orthodoxe Joodse gemeenschap. Daar heerst vrijwel geen eenzaamheid. De reden is dat er een grote binding is die zijn grond vindt in de godsdienstige overtuiging die echte zin en inhoud aan het leven geeft. Mensen worden niet aan hun lot overgelaten, iedereen hoort erbij. De leden van de gemeenschap ervaren betrokkenheid, herkenning en erkenning. Die aspecten bevorderen het welbevinden van de leden in belangrijke mate.

Ook in kerkelijke gemeenten zie je dat gelukkig. Er is oog voor ouderen en jongeren. De Bijbel en wat daarop gegrond is, binden samen en dat te midden van een wereld waarin eenzaamheid helaas meer regel dan uitzondering is.

Gemeenzaamheid komt in de plaats van eenzaamheid. De Heere Jezus werd tijdens Zijn plaatsvervangende lijden door God verlaten. Daarover schreef A. Hellenbroek: ‘Terwijl Jezus lijdt door de mensen, wordt Hij ook verlaten door God. Als Hij opziet naar boven, ziet Hij de hemel van koper en metaal voor Hem. Hij draagt een last van zonden en Goddelijke toorn’. Die totale verlatenheid wilde Hij ondergaan met als vrucht: ‘Ik zal u niet verlaten.’ (Hebr. 5:6b). Wat een bemoediging!

slot

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juni 2024

De Saambinder | 24 Pagina's

Eenzaam en gemeenzaam

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juni 2024

De Saambinder | 24 Pagina's