Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het gekrookte riet [37]

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het gekrookte riet [37]

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

’Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken en het rokende lemmet zal Hij niet uitblussen’. Mattheüs 12:20a

TWAALFDE PREDIKATIE

Wat zal de Heere dan met die gekrookte rietjes en rokende lem- metjes doen? Breken en uitblussen? Nee, Hij zal ze in hun kleine genade dragen. En wat zal de Heere met Zijn zaak doen, met de zaak Gods, in- en uitwendig, met de leer en met de genade in hun hart? Hij zal maken dat ze zal overwinnen en zal het oordeel uit- brengen tot overwinning. Als Hij dat doet onder Zijn volk en onder de heidenen, hoe zal het dan gaan? Wel, die arme mensen zullen komen en hopen in Zijn Naam en ze zullen zeggen: Wij hebben van niemand iets te verwachten dan van onze Heere. Heere! wij ver- wachten wat goeds van U.

Toen hebben wij de gekrookte rietjes en de rokende vlaswiekjes wat behandeld. We lieten hun bij gewisse tekenen zien dat, al waren ze in de grootste ongelegenheid, er evenwel nog blijken van genade in hen waren.

Daarna kwamen wij tot de zwarigheden. Ze zeiden: Maar er ligt wat op mijn hart. En we zeiden: wat? Zeg het. De eerste zei: Ach, het drukt mij zo dat ik denk dat ik niet uitverkoren ben. Een tweede zei: Och, het drukt mij zo dat ik denk dat ik een ver- worpene ben, een vat des toorns en des verderfs. Een derde zei: Weet u wat mij zo drukt? Ik heb zulke goddeloze gedachten van God. Ik denk dat ik de zonde tegen de Heilige Geest begaan heb. Een vierde zei: Weet u wat mij zo drukt? Dit: als ik bedenk wat een monster in goddeloosheid ik ben, zowel voor mijn overtuiging en verlichting als na mijn overtuiging en verlichting. Wat al zonden heb ik gedaan! Hoe scharlakenrood zijn ze, als karmozijn! Ik ben de allerwalgelijkste die God ooit voor Zijn ogen gezien heeft.

Een vijfde had deze zwarigheid: Zo ik het al toestem dat Jezus’ gerechtigheid genoegzaam is om aan de gerechtigheid Gods te voldoen voor de zonden van Zijn kinderen, en ook om mijn zonden uit te wissen, dan kan ik het nog zomaar niet geloven dat God mijn God kan worden. Want ik zie het Wezen zo: Hij heeft zulke verschrikkelijke eigenschappen, Zijn rechtvaardigheid, Zijn hei- ligheid, Zijn waarheid en Zijn onveranderlijkheid, en Hij zal om mijnentwil, noch om iemands wil Zijn Wezen verloochenen. Een zesde sprak: Dit ligt mij zo zwaar op mijn hart: Ik heb zoveel tegenheden, uit- en inwendig. Ik zou niet verwonderd zijn dat iemand zot kan worden door alle druk. Men zou een wijs mens wel dol kunnen maken door al de tegenheden (Pred. 7:7). Mijn bestraffing is er iedere morgen (Ps. 73). Mijn tegenheden zijn veel, langdurig en zwaar.

En eindelijk, een zevende zei: Dit ontstelt mij zo, dat het allemaal als sprankels en voorsmaken der hel zijn.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 september 2022

De Saambinder | 24 Pagina's

Het gekrookte riet [37]

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 september 2022

De Saambinder | 24 Pagina's