Bijbelse vriendelijkheid

Vriendelijkheid is een aangename gestalte en een beminnelijke ka- raktertrek. Het doet weldadig aan als je vriendelijke mensen ontmoet. In J.G. Starings ”Bijbels Zakelijk Woordenboek” lees ik deze definitie van vriendelijkheid: ‘Zij bestaat daarin dat men met inne- mende woorden, bevallige gebaren en verplichtende daden de naasten zijn toe- genegenheid en liefde betone’. Welnu, daar kunnen we allemaal wat van leren.

Ik geef toe dat ik wel even moest zoeken naar wat handvaten voor dit slotartikel over de vijf dochters van de liefde. Dezelf- de Staring zette me echter op een spoor, want hij schrijft vervolgens dat vriende- lijkheid moet blijken in ons groeten, , ons ontvangen (van gasten), onze onderlinge gesprekken en in de handreiking aan onze behoeftige naaste. Laten we over elk as- pect kort wat noemen.

Vleselijk en geestelijk

Als de Heere Jezus tegen Zijn discipelen zegt: ‘Groet niemand op den weg’, dan is dat niet bedoeld om Starings definitie te ont- kennen, want de Heere Jezus wilde slechts benadrukken dat de discipelen haast moesten maken om hun opdracht uit te voeren. Het een sluit het ander dus niet uit. Helaas komen we vandaag veel mensen te- gen die haast hebben. Vaak gaat die haast ten koste van Bijbelse vriendelijkheid, áls onze vriendelijkheid tenminste de Bijbel-se vriendelijkheid is. Want er is verschil tussen vleselijke en geestelijke vriende- lijkheid. Dat laatste vloeit namelijk voort uit Christus, Die de zondaren vriendelijk ontving en Zich gedroeg als een liefhebber die meer aankleeft dan een broeder (Spr. 18:24). Wat is het een kunst om, juist als je het druk hebt, vriendelijk te blijven. Soms kan stress een enorme invloed hebben op deze beminnelijke houding. Laten ambtsdragers hier ook op letten tijdens het huis- bezoek. De ernst en het gewicht van het moment hoeft nog geen reden te zijn om niet vriendelijk met mensen om te gaan. En vriendelijkheid is nog niet hetzelfde als jovialiteit of vrijpostigheid. De Heere Jezus zei tegen de discipelen: ‘En als gij in een huis gaat, zo groet hetzelve’ (Matth. 10:12).

Ontvangst van gasten

Wat het ontvangen van gasten betreft, laten we op onze hoede zijn dat de barba- ren uit Handelingen 28:2 ons niet zullen beschamen. Van hen lezen we: ‘En de barbaren bewezen ons geen gemene vrien- delijkheid; want een groot vuur ontstoken hebbende, namen zij ons allen in om den regen die overkwam en om de koude’. Laat onze wijsheid niet ten koste gaan van aan- genaamheid.

Nog zie ik voor me hoe mijn moeder de deur opendeed van de Rotterdamse pasto- rie en een dakloze dame van een kop koffie voorzag. Toen die dame (Maria, heette ze) eens om een uur of één ’s nachts aanbelde en mijn moeder dat toch wel wat laat vond, zei Maria: ‘Maar de metro rijdt nog!’ Als het over gesprekken gaat, valt daar ook het pastorale gesprek onder. Er zijn moeilijke, tere, gevoelige gesprekken.

Lang niet alle gesprekken zijn gemakkelijk. Als er een teer of gevoelig punt behandeld moet worden, is vriendelijkheid geboden. Maar die mag nooit gaan ten koste van de waarheid. Men kan streng zijn en toch vriendelijk blijven. Laat hierin de verma- ning van de Spreukendichter de toon aangeven: ‘Een overste wordt door lank- moedigheid overreed: en een zachte tong breekt het gebeente’.

Wat de handreiking aan onze naaste be- treft, laat duidelijk zijn dat een kleine gave met vriendelijkheid de gift dubbel aange- naam maakt. Maar, ‘smartende woorden, zelfs bij een grote gift, zijn als gal en alsem die het zoete zijn zoetigheid benemen’, zo zegt Staring.

Bewogen, vriendelijk

Laat niemand denken dat vriendelijkheid alleen maar in vleselijk opzicht een be- minnelijke karaktertrek is. Het is voluit Bijbels-geestelijk en daarom geboden. Petrus schrijft in 1 Petrus 3:8 ‘En eindelijk, zijt allen eensgezind, medelijdend, de broeders liefhebbende, met innerlijke barmhartigheid bewogen, vriendelijk’. ‘Zijt allen...’. Is dat dezelfde Petrus die samen met de broeders optrok die vuur van de hemel wilden bidden ter vertering van hen die Jezus niet wilden ontvangen? Jawel. Hier zien we wat genade vermag. Vriendelijk is Petrus door de Heere Jezus behandeld. Andersom gold dat echter niet. Vandaar dat de vermaning van Petrus des te meer ter harte genomen moet worden. Want als er één wist wat vriendelijkheid was tegenover onvriendelijkheid, dan was Petrus het wel. (slot)

ds. H. Hofman, Kalamazoo (VS)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen