Wat Ging Aan De Zegenrijke Vrucht Vooraf?

Na de zegenrijke tijd in Jeruzalem, waar de Heilige Geest zo rijk gewerkt had, begon de duivel met zijn aanvallen om de uitbreiding van het Koninkrijk Gods tegen te gaan. Eerst was daar een Ananias die samen met zijn vrouw vereerd wilde worden wegens hun gave van het verkochte land. Echter, het kostte hen te veel en ze hielden geld achter. Zo probeerden ze de Heilige Geest te bedriegen. God waakte over Zijn Kerk. God oordeelde hen om te voorkomen dat het werk van de Heilige Geest gehinderd zou worden.

In Hand. 7 begonnen de weduwen van de Griekse Joden te murmureren in zichzelf over het feit dat zij overgeslagen werden bij de voedseluitdelingen. Wellicht hebben de apostelen dat gehoord of opgemerkt. Het begon verdeeldheid te brengen in de kerk. De Joden van Jeruzalem voelden zich beter dan de Griekse Joden. Het begon de bediening te hinderen, want daar was geen eenheid meer. De Heilige Geest werd bedroefd over deze zaak.

De apostelen onderzochten de zaak en riepen de gemeente bijeen. Hun voorstel was om de gemeente te vragen om zeven mannen te kiezen en voor te dragen, die goede getuigenis hadden van de gemeente en vol van de Heilige Geest waren. Daarbij was wijsheid nodig om deze taak te kunnen vervullen. Ten tweede moesten de apostelen belijden dat zij in gebreke waren gebleven in het gebed, de prediking en het onderwijs. Deze zeven mannen werden gekozen en bevestigd in dit ambt om de diaconale taak te vervullen, zodat de apostelen zich bezig konden houden met het gebed, de prediking en het onderwijs. Er was algehele instemming van de gemeente en de eenheid was onder de zegen van de Heere weer hersteld. Het gevolg was dat er een zegenrijke vrucht openbaar kwam, want het Woord Gods wies. Het betekende dat de prediking en het onderwijs weer gezegend werden met opwas in de genade en met uitbreiding van de gemeente. Waar de Heere werkt komt er werfkracht in de gemeente. Mensen die als een middel gaan getuigen in woord en wandel. Gaat deze werfkracht ook van u en ons uit?

We leven in een tijd waarin vele protesten gehouden worden. De eenheid ontbreekt. Hoe komt het? Is het niet omdat we als land van God zijn afgeweken, ziende op al de zonden die openlijk bedreven worden? Herinnert het ons niet aan onze val, waar er scheiding kwam tussen God en ons? Wat is het dan een wonder dat God Zijn Zoon gaf om de eenheid in Christus weer te herstellen.

Hebben wij niet nodig dat wij als kerken samenkomen in Zijn huis om daar onze zonden en schuld te belijden en de Heere te smeken om wederkeer tot de God van ons volk, opdat de eenheid die God werkt, weer gevonden wordt? In plaats van op onwettige wijze te protesteren is het beter om te doen wat de dichter zegt in ps. 37:5: ‘Wentel uw weg op de HEERE, en vertrouw op Hem; Hij zal het maken.’

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen