Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De heilige oorlog (150)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De heilige oorlog (150)

Terugblik: Het leger van de Bloedwrekers

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De stad Mensziel vormt het toneel van de strijd tussen Prins Immanuël (Christus) en reus Diábolus (satan). De Prins heeft voor de tweede keer de reus verslagen en intrek genomen in de stad. Hij toont Zijn liefde. Maar Diábolus heeft nog andere soldaten tot zijn beschikking. Bunyan beschrijft in hoofdstuk 17 hoe de aanval van deze Bloedwrekers verloopt. In dit artikel geven we een korte terugblik daarop.

Een nieuw leger

Diábolus hongert naar de ondergang van Mensziel. Het is hem niet gelukt om met de Twijfelaars de stad in te nemen, maar dat weerhoudt hem en zijn generaal Ongeloof er niet van om een nieuw leger te vormen. Dat bestaat uit overgebleven Twijfelaars (tienduizend man) en wordt uitgebreid met Bloedwrekers (vijftienduizend man). De Twijfelaars komen uit het noordelijke Land van de Twijfel. Dat ligt in de buurt van het Land van de Duisternis en de Vallei van de schaduw des doods. De Bloedwrekers zijn bondgenoten van de Twijfelaars en bewonen de provincie Afkeer-van-het-goede. Het Land van de Twijfel en de provincie Afkeer-van-het-goede grenzen aan elkaar bij de Hellepoortsheuvel.

Bunyan laat zien dat satan het verderf van de mens op het oog heeft. De hel en het verderf worden niet verzadigd (Spr. 27:20). Satan maakt weer gebruik van de twijfel, omdat twijfel duisternis in het hart brengt en de schaduwen des doods over de ziel brengen. Maar omdat dat eerder niet voldoende is geweest, zet hij nu ook de wraak in als machtig wapen. Wie in de handen van de bloedwreker valt, zal sterven (Deut. 19:12). Maar de satan zal iets anders bereiken: door de bloedwreker gedreven zal Gods kind in angst tot zijn Redder roepen, Die de Zijnen hoort: Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid die zij hadden, heeft Hij hen gered uit hun angsten (Ps. 107:6, 13, 19, 26 en 28).

De kapiteins van de Bloedwrekers

Naast vijf kapiteins van de Twijfelaars (Beëlzebub, Lucifer, Apollyon, Legio en Cerberus) stelt Diábolus acht kapiteins over de Bloedwrekers aan. Het zijn zeven kapiteins met een Bijbelse naam: Kaïn, Nimrod, Ismaël, Ezau, Saul, Absalom en Judas, en daarnaast kapitein Paus. Al die kapiteins hebben een roodgekleurd vaandel.

Bunyan noemt allemaal personen die bekend staan om hun vijandschap tegen Gods volk. Nijd, heerszucht, spot en minachting, haat en wraakzucht, jaloersheid en duivelse woede, bedrog, verraad en bittere vijandschap worden samengevoegd om in een laatste poging Christus van de Zijnen te ontroven. De Kerk van God moet het ervaren: Mijn vervolgers en mijn wederpartijders zijn vele …, maar David kon ook zeggen: …. Maar van Uw getuigenissen wijk ik niet (Ps. 119:157).

Gebed om verlossing

Diábolus denkt met de Bloedwrekers Prins Immanuël te kunnen verdrijven. Zijn plannen blijven echter niet verborgen, want Ontdekking komt erachter. Mensziel wordt gewaarschuwd en sluit direct de poorten.

In felle bewoordingen wordt de stad opgeëist door generaal Ongeloof. Verzet zal beantwoord worden door verbranding van de stad. De Bloedwrekers dorsten naar bloed. De schriftelijke eis wordt door de inwoners van Mensziel met schrik ontvangen en daarna doorgestuurd naar de Prins. De brief wordt aangevuld met een smeekgebed: ‘Heere, red Mensziel van de mannen des bloeds!’

De Prins beveelt de kapiteins Geloof en Geduld positie in te nemen tegen de Bloedwrekers. De kapiteins Goede-Hoop en Liefde en de heer Vastewil moeten de Twijfelaars die zich aan de andere kant van de stad bevinden, omsingelen. De Prins plaatst Zijn vaandel op de muur van het kasteel. Kapitein Bevinding moet zich met zijn soldaten op de markt opstellen, waar ze iedere dag aan de burgers laten zien wat ze kunnen.

Bunyan laat zien dat Gods kinderen de voetstappen van hun Meester moeten drukken. Zij moeten ervaren wat Hij heeft ervaren: Want honden hebben Mij omsingeld, een vergadering der boosdoeners heeft Mij omgeven (Ps. 22:17). Dat drijft uit tot gebed om verlossing: Red mijn ziel van het zwaard, mijn eenzame van het geweld des honds (vs. 21). Niet alleen geloof en lankmoedigheid worden geschonken. De aangevochten ziel mag ook terugzien op wat eerder is ondervonden. Hij mag leren dat de Heere niet één keer verlost, maar elke keer weer: Hoop op God, want ik zal Hem nog loven; Hij is de menigvuldige Verlossing mijns aangezichts, en mijn God (Ps. 42:12).

Zelfverloochening

Tijdens korte gevechten doodt de jonge, sterke kapitein Zelfverloochening verschillende vijanden, maar houdt daar wel littekenen aan over. Deze kapitein is aangesteld over ruim duizend soldaten toen de Prins voor de tweede keer terugkeerde naar Mensziel.

Hoewel het tegenstrijdig klinkt, is zelfverloochening een krachtige deugd. De ware zelfverloochening uit zich in een dienen van God. Paulus kon dat van zichzelf zeggen: Dienende den Heere met alle ootmoedigheid (Hand. 20:19a). Verootmoediging wordt door de Heere gezegend met verlossing: Zij hebben zich verootmoedigd, Ik zal hen niet verderven; maar Ik zal hun in kort ontkoming geven (2 Kron. 12:7, toen koning Rehabeam en het volk van Israël zich verootmoedigde bij het zien van de vele vijanden). Littekenen worden dan eretekenen.

De twijfel overwonnen

De Twijfelaars mogen niet gevangen genomen worden, maar moeten gedood worden. Als deze vijanden de soldaten van de Prins zien, vluchten ze weg. Tijdens de achtervolging worden er velen van hen gedood. Degenen die weten te ontsnappen, vormen later kleine bendes die rondzwerven en de Barbaren tot slaven weten te maken. Als ze een enkele keer voor Mensziel verschijnen, gaan ze er bij het zien van kapitein Geloof, Goede-Hoop of Bevinding direct weer vandoor.

Bunyan laat zien dat geloof en twijfel niet samengaan (Matth. 21:21). Paulus schreef over Abraham: En hij heeft aan de beloftenis Gods niet getwijfeld door ongeloof, maar is gesterkt geweest in het geloof (Rom. 4:20). Het is als met een weegschaal: hoe minder geloof, hoe meer twijfel. Maar het omgekeerde is ook waar: hoe sterker het geloof, hoe zwakker de twijfel. In de gelovige heeft de twijfel geen heersende kracht meer. Dat is anders dan bij de onbekeerde, want die is een slaaf van de twijfel.

Levend gegrepen

De kapiteins Geloof, Geduld en Zelfverloochening omsingelen de Bloedwrekers, die te laat zijn om te vluchten en hun lafheid tonen als ze erachter komen dat de soldaten van de Prins sterker zijn dan ze dachten. Satan vergist zich altijd weer in de kracht die Gods volk bezit. Hij denkt dat ze zwak zijn, maar moet er (net als Gods kinderen) achter komen dat Christus’ kracht in hun zwakheid wordt volbracht (2 Kor. 12:9b).

Genade geschonken aan bevende en om genade smekende vijanden

Er blijkt verschil te zijn in de drijfveer van de Bloedwrekers. Sommigen handelen uit onwetendheid, anderen uit ijver zonder verstand en de derde soort wordt gedreven door wraakzucht en onverzoenlijkheid. Dat heeft ook gevolg voor hoe ze reageren op hun gevangenneming en hoe ze vervolgens behandeld worden door de Prins. Een aantal van de Bloedwrekers die de strijd uit onwetendheid en met ijver zonder verstand hebben gevoerd, beeft. Anderen roepen om genade en weer anderen erkennen dat ze verkeerd hebben gedaan. De Prins reikt hen Zijn gouden scepter toe en ziet hen in genade en gunst aan.

Genade voor vervolgers: dat is het wonder dat ook Paulus heeft leren kennen: Ik meende waarlijk bij mijzelven, dat ik tegen den Naam van Jezus van Nazareth vele wederpartijdige dingen moest doen (Hand. 26:9) en heeft mogen horen: … want hiertoe ben Ik u verschenen, om u te stellen tot een dienaar en getuige der dingen (vs. 16b).

Recht gedaan aan zich niet bekerende vijanden

Er zijn echter ook Bloedwrekers die niet om genade smeken. Zij menen in hun recht te staan en erkennen hun zonde niet. Ze zijn razend van woede en kauwen hun tongen van pijn. De Prins kent voor hen dan ook geen genade. Hij laat hen binden om gevangen gehouden te worden tot de oordeelsdag. Dan moeten ze verantwoording afleggen van hun daden. Bunyan verwijst naar wat de apostel Johannes zag op Patmos en beschreven heeft in het Bijbelboek Openbaring. Hij zag een engel neerdalen met een fiool (een fles met een lange hals of een drinkschaal) vol van de toorn van God. Er zijn dan al vier fiolen uitgegoten op aarde. En de vijfde engel goot zijn fiool uit op den troon van het beest; en zijn rijk is verduisterd geworden, en zij kauwden hun tongen van pijn; En zij lasterden den God des hemels vanwege hun pijnen en vanwege hun zweren; en zij bekeerden zich niet van hun werken (Openb. 16:10,11).

Bunyan leert in dit hoofdstuk de belangrijke en zegenrijke les dat de strijd tegen satan, de zonde en de wereld niet in eigen kracht wordt gewonnen, maar in een weg van zelfverloochening en lijdzaamheid, in geloof, hoop en liefde en in een steunen op Christus alleen.

Het is een wonder van genade als we Paulus kunnen nastamelen: Want ook wij zijn zwak in Hem, maar zullen met Hem leven door de kracht Gods in u (2 Kor. 13:4). De uitleg van de kanttekenaren vormt de samenvatting van dit hoofdstuk: ‘Naar het voorbeeld van Christus zullen wij tegen u [de Korinthiërs] tonen dat de kracht van Christus in ons leeft, en zich tegen de ongehoorzamen door Zijn straffende hand zal openbaren’ (kantt. 16).

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 oktober 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's

De heilige oorlog (150)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 oktober 2024

De Wachter Sions | 12 Pagina's