Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

“Niet alle jonksjes worren groot"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

“Niet alle jonksjes worren groot"

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

‘Poete, à jie nae den emel gaet, neem je mien dan ok mee op jen ermen? En zù je me dan goed vastouwen, dà’k nie vale?’

Ik las het boek ”In Zijn arm de lammeren” op m’n twaalfde, alleen op mijn kamer, in de Dordtse pastorie. Het Zeeuwse gezin Weststrate, met als hoofdpersoon Fransje - overleden op vierjarige leeftijd - boeide mij meteen.

Lambregtse schreef dit verhaal vanuit de Verenigde Staten, in dierbare herinnering aan zijn enige zoon Calvin John die stierf op driejarige leeftijd.

‘I am going home to Jesus.

Don’t cry, Daddy’.

Het verhaal begint met Fransje, die met vier broers op zolder slaapt, door een trapluik gescheiden van moeder (‘poete’). Fransjes korte leven speelt zich af in en rond het huis. Soms zwerft hij met z’n broers door de polder, trekken ze zingend met de koenkelpot langs de deuren of verdwalen in een knekelveld.

Ik woonde in de stad, kende geen dialect, had geen broers en zussen en speelde uit school op het kerkplein. Toch was er overeenkomst! Namelijk de vreze des Heeren. De gesprekken in dit boek, het zingen en bidden met elkaar, de gezelschappen, de kerkgang en het napraten over de preek, het was voor mij allemaal zo herkenbaar.

Vooral ‘s zondags, als moeder oppast, geeft ze onderwijs. ‘Den Ière Jezus nam kleine guust op Z’n schoat en dat doet ‘N nog. Vraeg maar vee à je Z’n kind mag wezen’. Fransje hoort z’n zus Maria zo graag zingen. Hij denkt veel over sterven en het kerkepitje. ‘Niet alle jonksjes worren groot. Soms sturven ze wè as ze nog klein bin. Kiek mae na dat jonksje uut ‘n biebel’, vertelt hij anderen.

Fransje is soms driftig en heeft dan spijt. Hij heeft een angstdroom over de duivel, maar ook droomt hij over de weg naar de hemel en ziet hij de Heere staan.

Moeder verwondert zich: ‘Wat heeft de Heere toch met dit kind voor?’ Kee van Kapelle, een geoefende christin, ervaart ditzelfde. Psalm 105 vers 5 valt met kracht in haar ziel:

‘Want God gedenkt altijd genadig

aan Zijn verbond, ‘t welk blijft

gestadig’, enz.

Verschillende dominees komen preken. Weststrate is ontstemd over een preek van een dominee die alle nadruk op de uitverkiezing legt en het aanbod van genade afwijst.

Ik kende die strijd en kerkelijke spanningen toen (nog) niet. Mijn vader praatte dáár níet over, wees me vaak op de tekst die boven mijn bed hing: ‘Die Mij vroeg zoeken, zullen Mij vinden’.

Een avondmaalszondag wordt onvergetelijk. Aan het slot van de preek uit Openbaring 22 vers 17 neemt Fransje de vraag of er iemand is die dorst heeft, letterlijk en loopt naar voren. Onder grote stilte geeft de dominee Fransje water te drinken.

De avondpreek herinnert Fransje aan een nare ervaring op het knekelveld. Maar nu komen de beenderen tot leven en worden meegevoerd naar de jongste dag en de hemelse heerlijkheid. Het heimwee om onder die gezaligden te mogen zijn, is op dat moment groter dan de begeerte om groot te willen zijn.

Fransje krijgt aanvallen van buikpijn, een acute blindedarmontsteking. Voor hun vertrek naar het ziekenhuis leest vader Jesaja 40. Maria moet verder lezen: ’Hij zal Zijn kudde weiden gelijk een herder; Hij zal de lammerkens in Zijn armen vergaderen en in Zijn schoot dragen’. De ouders worden opgeroepen en zitten aan het bed van hun stervend kind.

Het greep me erg aan. Maria moet nog zingen, en dan, na een doodsstrijd, gaat Fransje heen. Het Bijbelse geschie denisboek ligt op z’n nachtkastje.

In de pastorie zag ik ook bedroefde ouders, die hun kind moesten missen en hoorde vertroostende woorden van mijn vader.

‘Waar zou Fransje nu zijn?’ Moeder gelooft dat de woorden uit Jesaja 40 vervuld zijn. En anderen met haar. In het verdriet geeft de Heere ondersteuning.

”In Zijn armen de lammeren” is een ontroerende beschrijving van het sterven van een kind op zeer fijngevoelige wijze aan het papier toevertrouwd. Het boek blijft in mijn herinnering.

Dit was het zesde en laatste deel in de serie "Mijn boek"


In de serie ‘Mijn boek’ schrijven zes vrouwen over herinneringen aan hun meest geliefde boek. Vandaag deel 6: Mevrouw M.J. Zippro-Hakkenberg uit Zoetermeer over ”In Zijn arm de lammeren” van Cornelius Lambregtse.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 juni 2024

De Saambinder | 24 Pagina's

“Niet alle jonksjes worren groot"

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 juni 2024

De Saambinder | 24 Pagina's