Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een ander spoor

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een ander spoor

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tijdens de oktoberzitting van de Generale Synode signaleerde ds. G.W.S. Mulder dat de Gereformeerde Gemeenten in het verleden gebruik konden maken van Bijbelgetrouwe bezinning in andere kerken, maar dat dat snel minder wordt. In dat verband verwees hij naar publicaties van de hoogleraren Douma en Velema.

Een droevig voorbeeld van derge- lijke verschuivingen is het boek van de vrijgemaakte prof. A.L.Th. de Bruijne over homoseksuele relaties, dat juist rond de synodezitting verscheen. De Bruijne is de opvolger van Douma aan de Theologische Universiteit in Kampen, maar gaat onmiskenbaar in een ander spoor.

Waar Douma vasthield aan de Bijbelse afwijzing van homoseksuele relaties ziet De Bruijne daar bij christenen wel ruimte voor. Hij is zelfs voor een kerkelijke beves- tiging van zo’n relatie, al wil hij dat geen homohuwelijk noemen.

Meer dan tien jaar

Meer dan tien jaar heeft de Kampense hoogleraar over zijn boek gedaan. Kenne- lijk was het voor hem een worsteling om op een heel ander spoor over te stappen en dat op basis van dezelfde Bijbel te moeten verdedigen. Dat kun je begrijpen. Als de kerk eerst verkondigd heeft dat iets echt zondig is en nu zegt dat het op grond van de Bijbel wel kan, dan heb je heel wat uit te leggen.

Voor De Bruijne heeft die lange tijdsduur wel het voordeel dat zijn boek nu veel minder verzet in eigen kring oproept dan wanneer het tien jaar eerder zou zijn ver- schenen. Zeventien jaar geleden voelde de christelijke gereformeerde predikant dr. B. Loonstra zich genoodzaakt om een boek uit de handel te nemen waarin hij eveneens positief oordeelde over homo- seksuele relaties.

Waar de vrijgemaakte kerken inmiddels duidelijk om zijn op dit punt, is er in de Christelijke Gereformeerde Kerken altijd nog een meerderheid die vasthoudt aan de Bijbelse afwijzing van homoseksualiteit. Hopelijk blijft dat zo. Maar het is moeilijk om tegen de geest van de tijd op te tornen. Dat geldt ook voor ons.

Verlegenheid

Niet voor niets werd ook op de synode geconstateerd dat er onder de jongere generatie in onze gemeenten een zekere verlegenheid bestaat ten aanzien van de vrouw in het ambt en homoseksuele rela- ties. Wat de Bijbel daarover zegt, staat ver af van hetgeen in de huidige maatschappij normaal gevonden wordt. Ieder van ons ondergaat daar de invloed van, maar jongeren vaak wel het meest. Zij moeten hun weg zoeken in een wereld waarin niet zelden het kwade goed genoemd wordt en het goede kwaad.

Wat is er nu mooier dan de liefde en wat kunnen mensen er aan doen als zij zich aangetrokken voelen tot hetzelfde geslacht? Zulke vragen leven ook onder ons, zeker wanneer men daar zelf of in de familie- of vriendenkring heel direct mee te maken krijgt. Daar mogen we, in de pastorale praktijk of waar dan ook, niet aan voorbijgaan.

Tegelijkertijd moet voor iedereen, die lezen kan, duidelijk zijn dat de Bijbel alleen maar in afkeurende zin spreekt over homoseksuele relaties. Liefde is onge- twijfeld een Bijbels kernbegrip, maar dan gaat het wel om de liefde tot God en Zijn geboden. Van nature heeft een mens liefde tot het kwade.

De Bruijne ziet ruimte voor een kerkelijke inzegening van een homopartnerschap. Daarbij moet men elkaar dan wel levens- lang trouw beloven. Het zal nog wel even duren voor dat in zijn kerk geaccepteerd wordt. Maar wat zou er na zo’n inzege- ning moeten gebeuren wanneer een van beiden tot de overtuiging komt dat zo’n relatie zondig is en er daarom een einde aan maakt? Moet zo iemand dan kerkelijk vermaand worden wegens het verbreken van de belofte van trouw die voor Gods aangezicht is gedaan? Dat alleen al maakt wel duidelijk dat men hiermee op een vol- strekt verkeerd spoor zit.

Verbondsopvatting

Met hun verbondsopvatting zaten de vrij- gemaakten vanouds op een heel andere lijn dan in bevindelijk gereformeerde kring aan de gemeente wordt voorgehouden. Dat gaf een grote afstand. Het gaat hier immers om de kern van de Bijbelse bood- schap, om de vraag wat gekend moet worden ter zaligheid.

Maar ten aanzien van een aantal ethische en maatschappelijke vragen was er toch een bepaalde herkenning. Allerlei studies uit vrijgemaakte kring waren voor ons waardevol, zoals dat tot in het midden van de vorige eeuw ook het geval was met publicaties uit de Gereformeerde Kerken. Dat kerkverband is in leer en leven al eerder de weg gegaan die de vrijge- maakten nu volgen. Die ontwikkelingen staan echter niet los van een oppervlakkig geloof en een lichtvaardige geloofszeker- heid dat vanouds kenmerkend was voor die kerken. Ook dat is voor ons een ern- stige waarschuwing.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 oktober 2022

De Saambinder | 24 Pagina's

Een ander spoor

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 oktober 2022

De Saambinder | 24 Pagina's