Misbruik in de kerk
Het blijft een schokkende geschiedenis in de Bijbel. Juda moet zijn schoondochter straffen. Ze is al een poos weduwe, maar ze blijkt zwanger te zijn. Als hij haar op het matje roept, komt ze aanzetten met een zegelring, een snoer en een staf. Ze zijn het eigendom van … Juda zelf.
Stel dat De Saambinder destijds al had bestaan. Wat zou er geschreven zijn over deze situatie? Hoe zou het commentaar dan geluid hebben over zo’n situatie? Als het goed is, zou dat hetzelfde luiden als vandaag, nu het gaat over een verschrikkelijke werkelijkheid die zich heeft afgespeeld in het grootste kerkver- band in de Verenigde Staten, de Southern Baptist Convention (SBC). Al een paar jaar waren er geruchten, werd er gewerkt aan rapporten en was er veel onduidelijkheid over seksueel misbruik en grensover- schrijdend gedrag van voorgangers en kerkelijke werkers.
Het zou kunnen dat het vaak niet gemak- kelijk was om een zegelring, een snoer en een staf te vinden. Oftewel, misschien was het woord tegen woord, waren er geen bewijsstukken. Dat maakt het natuurlijk heel moeilijk om een afgerond onder- zoek te presenteren. Daarom heeft het misschien zo lang geduurd. Maar onlangs kwam er dan toch een onafhankelijk onderzoek naar buiten over misbruik - en helaas moet het gezegd worden - door honderden voorgangers uit de SBC.
Dader en slachtoffer
Dat is onthutsend. Elke dader is er één te veel. Elke dader laadt een grote schuld op zich. Elke dader laat een of meer slacht- offers ontredderd achter. Elk slachtoffer is er één te veel. Elk slachtoffer loopt een zwaar trauma op.
Dat klemt te meer als de vreselijke details naar buiten komen. Bijvoorbeeld dat het seksueel misbruik al vele jaren bekend was, maar dat dit onder de pet werd gehouden. Of het feit dat de namen van de daders bekend waren, maar dat ze al die jaren gewoon hun positie hebben kunnen behouden. Sterker nog, deze daders bleven gewoon voorgaan in hun gemeenten. Er werd alleen voorkomen dat ze naar een andere standplaats gingen. Dat laatste is des te schrijnender, want dat betekent dat de misbruikte gemeen- teleden weinig kans hadden verlost te worden van de voorganger of van de kerkelijke werker die hen misbruikte. Wat een extra leed heeft dat teweeg- gebracht! Blijkbaar was het belangrij- ker om de daders te beschermen dan om de slachtoffers te steunen. Daarom is het wel een belang- rijk moment dat de leiding van de SBC nu heeft besloten om de lijst van daders openbaar te maken, en dat men excuses heeft aangeboden. Nog belangrijker, dat men ook hulp gaat bieden aan de slachtoffers. Eindelijk erkenning!
Kerkelijke vergadering
Althans, er zal nog heel wat meer duide- lijkheid komen, als het rapport eenmaal besproken wordt. In juni, deze maand, staat de jaarvergadering van de SBC gepland. Er zal vanuit de verschillende perspectieven met gemengde gevoelens naar de bespreking worden toegeleefd. Hoe gaat dit aflopen?
Nog een gedachte. Het is opvallend dat er in de loop van de laatste decennia in allerlei kerkverbanden schokkende zaken openbaar komen. Dat betekent dat elk kerkverband alert moet blijven, en zich steeds moet afvragen of er binnen de kerk misstanden zijn. Daarbij hoeft het niet alleen te gaan over seksueel misbruik of grensoverschrijdend gedrag. Dat kan ook gaan over misbruik van de positie, met name als het gaat over het gees- telijk klimaat. De kerk moet een veilige plaats zijn. Sterker nog, het moet ‘een heilige vergadering van ware Christge- lovigen’ zijn. Dat is een hoge opdracht, verwoord in artikel 27 van de Neder- landse Geloofsbelijdenis.
Toch Juda
Nog even terug naar Juda en zijn schoon- dochter. Hoe is het mogelijk! Dit is de man van wie later geprofeteerd zal worden: ‘Juda, gij zijt het’ (Gen. 49:8). Dit is de man, en dit is de jonge vrouw, uit wie een nageslacht geboren wordt dat uitloopt op koning David. En het is niet het enige dat te melden valt over de lijn der geslachten waaruit eens Jezus geboren zal worden. Denk aan Juda en Thamar, Salmon en Rachab, David en Bathséba. Wat een wonder dat Christus uit zo’n geslacht geboren wilde worden, om het verlorene te zoeken.
Waarom staan deze verhalen eigenlijk in de Bijbel? Natuurlijk om ons ernstig te waarschuwen. Om ons voor te houden dat er niets verborgen blijft, zeker niet voor God. Om ons te waarschuwen dat er niets in de doofpot mag en moet worden gestopt, ook niet als de daders belang- rijke posities hebben. Ook om duidelijk te maken dat ook voor deze zonden vergeving bij God is te krijgen. En om ons duidelijk te maken, dat we het gebed dage- lijks moeten blijven bidden: Leid ons niet in verzoeking.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 2022
De Saambinder | 24 Pagina's
