Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gereformeerde Belijdenis Is Even Katholiek Als Nicea-Constantinopel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gereformeerde Belijdenis Is Even Katholiek Als Nicea-Constantinopel

Naïef en ondoordacht om terug te gaan achter Drie Formulieren van Enigheid

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Met het grootste deel van de wereldkerk delen reformatorische kerken al anderhalf millennium de drie oecumenische belijdenissen van de Vroege Kerk. Teruggaan achter de Reformatie en de Drie Formulieren van Enigheid, zoals prof. dr. A. van de Beek bepleit, is naïef en ondoordacht. De Drie Formulieren van Enigheid hebben een voluit katholiek gehalte.

Katholiek is één van de grandioze eigenschappen van de kerk van onze Heere: Ik geloof een (of: één) heilige, algemene (= katholieke), christelijke kerk. Bijna elke verhandeling over deze eigenschap onderscheidt twee aspecten: een kwantitatief en een kwalitatief aspect. Kwantitatief: daar horen steekwoorden bij als “alle tijden en plaatsen”, “universeel”, “wereldwijd”; dit in tegenstelling tot: beperkt tot één regio, taal, cultuur, traditie of sociale groep.

Kwalitatief heeft betrekking tot de volheid van Christus en van de Schriften van het oude én het nieuwe verbond. Dat staat tegenover het gefocust zijn op één issue, één sjibbolet of één ontdekking die andere kanten van het Evangelie naar de marge duwt.

Om de verhouding tussen die twee aspecten (kwantitatief en kwalitatief) in het oog te krijgen moeten we terug naar de bron van de eigenschap katholiciteit. Die bron omschrijf ik als: de grootheid van de Vader in Zijn scheppings- en herscheppingswerk; het universele reddingswerk en het wereldwijde koningschap van Christus; de wereldomvattende en wereldvernieuwende kracht van de Geest. De kerk bestaat uit mensen, maar ze ontvangt haar identiteit – dus ook deze eigenschap – van haar drie-enige God, die Zich openbaart in en Zijn volk samenbrengt, redt en nieuw maakt door Jezus Christus. Laten we over katholiciteit dus theocentrisch en christologisch denken en spreken.

Volgens mij volgt daaruit, dat het kwalitatieve aspect bepalend is voor het kwantitatieve. Oftewel: het gaat er niet zonder meer om dat de kerk zo groot en zo gevarieerd mogelijk is, maar dat Christus in al Zijn volheid in haar woont, zoals de volheid van God in Hem (Kol. 1:18- 19, 2:9-10, Ef. 3:18-19, 4:11-13). Het is de Geest, Die ons in die volheid laat delen (Joh. 16:13, 14:26, 16:8-15). Hij brengt ons bij het hart – en wijst ons ook de grens – van het katholieke geloof en de katholieke kerk. Te midden van aanvechting, want in de bedeling waarin God ons roept is Zijn werk aan de winnende hand, maar het ligt nog zwaar onder vuur. Van buitenaf en van binnenuit.

Van de Beek

Mede daaraan hebben wij het intussen wél te danken, dat de kerk haar katholieke geloof heeft verwoord en hooggehouden in haar drie oecumenische belijdenissen. Maar waar blijven nu de Drie Formulieren van Enigheid? Als wij er in Nederland naast de belijdenissen van de Oude Kerk nóg drie confessies op na houden, hoe katholiek zijn we dan?

Iemand als de gezaghebbende dogmaticus A. van de Beek is er glashelder over: dus niet. Hij maakt scherp onderscheid tussen het ene symbool (de drie oecumenische belijdenissen) en de vele identiteitsdocumenten (in ons geval de Nederlandse Geloofsbelijdenis, de Heidelbergse Catechismus en de Dordts Leerregels). De eerste categorie is katholiek, de tweede niet. Niet dat er per definitie iets mis is met een identiteitsdocument, maar het staat principieel op een veel lager niveau dan een symbool, een katholieke belijdenis.

Het lijkt mij om te beginnen aanvechtbaar, uitsluitend de drie oecumenische belijdenissen te hanteren als een soort van canon van het katholieke geloof. Wanneer beweeg je je weg van wat katholiek is? Als je elkaar houdt aan minder (maar dat is nu niet zozeer het punt) of meer dan –zeg maar even– Nicea- Constantinopel? Nee, als je iets leert boven wat er geschreven staat (1 Kor. 4:6). Boven het geopenbaarde Woord van onze God. Dat is wel even wat meer dan een hyperkorte samenvatting daarvan, hoe ter zake en eerbiedwaardig oud en breed gedragen ook.

Daarom zijn die oude belijdenissen ook stap voor stap gegroeid. Ze waren er niet in één keer: in verschillende fasen hadden ze verduidelijking, uitbreiding en nadere onderbouwing nodig. Want tijden en omstandigheden veranderden, het inzicht in de Schrift groeide én er kwamen nieuwe eenzijdigheden, dwalingen en ketterijen op.

Niet gestopt

Dat is na de drie oecumenische symbolen niet gestopt. Dat heeft in de Middeleeuwen geen nieuwe belijdenisvorming opgeleverd. Maar in de Reformatietijd weer wél. In nieuwe omstandigheden, tegenover nieuwe (of recent officieel vastgelegde) dwalingen en vanuit nieuw ontvangen inzicht in het Evangelie werd het katholieke geloof opnieuw verwoord.

Het is een complicerende factor, dat dat niet lukte in brede gezamenlijkheid. Vooral door de politieke constellatie in de zestiende en zeventiende eeuw ontstonden er in de gereformeerde traditie diverse belijdenissen met weinig meer dan nationale status/geldigheid.

Daar zitten nadelen aan: je mist soms gezamenlijke referentiepunten, en het risico is reëel dat kleine accentverschillen uitvergroot worden. Maar doet dat per definitie af aan het katholieke karakter van een confessie? Dat zou het pas doen als je elkaar bindt boven de Schrift. Deze stelling hangt samen met mijn punt, dat het kwalitatieve aspect van katholiciteit bepalend is voor het kwantitatieve.

Maar is het dan niet zo, dat de drie oecumenische symbolen over God gaan, en –in ons geval– de Drie Formulieren van Enigheid over afgeleide artikelen van ons geloof? Dat er dus wel degelijk niet alleen een kwantitatief, maar ook een kwalitatief verschil zit tussen beide categorieën? Daar zit een kern van waarheid in. Niemand zal ontkennen dat de godheid van Christus centraler staat in ons geloof dan –pakweg– de vraag welke zonden er onder het achtste gebod vallen.

Maar daar maak ik toch meteen vier relativerende opmerkingen bij.

1. Ook de drie oecumenische symbolen gaan niet uitsluitend over God als Persoon: ook over kerk, vergeving, doop, opstanding en eeuwig leven.

2. Het is niet vol te houden, dat de Drie Formulieren van Enigheid alleen (en ook niet vooral) over afgeleide zaken gaan. In alle drie staat de drie-enige God centraal en belijden we van daaruit hoe groot het wonder en het belang is van Gods openbaring in Zijn werk en Zijn Woord, het verzoenend lijden en sterven van Christus, Gods genadige verkiezing in Christus, onze rechtvaardiging door het geloof, vernieuwing van ons leven door de Geest, de genademiddelen (evangelieverkondiging en sacramenten), biddend leven met God en uitzicht op Zijn nieuwe wereld. Dat zijn dus niet echt bijzaken. De verwoording is uiteraard mede bepaald door tijd en omstandigheden –net als in de drie oecumenische symbolen–, maar inhoudelijk kom ik in de Drie Formulieren van Enigheid niets tegen, wat je niet met goed fatsoen katholiek kan noemen.

3. De Heere vergadert Zijn kerk niet boven, maar in deze wereld. Tot de jongste dag is ze niet af. Nooit stoppen de wisselwerking en confrontatie met invloeden en krachten van binnenuit en buitenaf, die soms aanleiding geven tot voortgaande belijdenisvorming. Ik zie niet in waarom dat proces na afsluiting van de drie oecumenische belijdenissen gestopt zou zijn, of alleen een vervolg zou kunnen krijgen op een lager level, in de vorm van specifieke identiteitsdocumenten.

Dat is mij veel te statisch. Het kan zelfs getuigen van miskenning van het werk van de Geest, als je als kerk confessioneel terug zou denken te kunnen gaan achter de Reformatie in de zestiende eeuw. Juist de laatste decennia hebben we er scherper oog voor gekregen, dat je naar de Schrift luistert in een concrete context en als schakeltje in een traditie. Verbeeld je dan niet dat je daar zomaar uit kan stappen!

4. In het verlengde hiervan: belijden doe je niet in het luchtledige. In de concrete omstandigheden kan –ook, misschien wel juist, als je daar niet op zit te wachten– een ‘afgeleid’ onderdeel van ons geloof toch een soort van brandpunt worden. Trouw aan het Evangelie is geen etiket zonder houdbaarheidsdatum, maar bewijst zich op een punt dat zich meestal ongevraagd vóórdoet. Voorbeeld: de Dordtse Leerregels.

De Gereformeerde Kerken hebben er in 1618 niet in absolute vrijheid voor gekozen, een belijdenis te formuleren met de focus op Gods verkiezing in Christus tot eeuwig behoud. Het heeft zelfs het misverstand bevorderd, dat dé uitverkiezing hét kernpunt zou zijn van de gereformeerde leer. We werden ervoor geplaatst, en dan ook nog in een voorgeschreven format. Maar wat daar in kwam is wél het katholieke geloof.

En dan is de link wie God is nooit ver weg: is Hij afhankelijk van onze welwillendheid óf volkomen soeverein ? En is mijn redding verankerd in Zijn genade of in mijn standvastigheid? Als dit geen katholieke vragen zijn, wat dan wel?

Gebroken wereld

De ideale route, zonder hindernissen en valkuilen, bestaat niet in deze gebroken wereld. Niet voor u en mij persoonlijk en ook niet voor de kerk. Ik noemde al een paar lastige kanten van belijdenisvorming: het lukt niet altijd zo breed als je zou willen en je hebt niet voor het kiezen voor welke uitdagingen je komt te staan. Dat in aanmerking genomen durf ik het katholieke gehalte van onze Drie Formulieren van Enigheid rustig hoog te noemen. Bij alle drie zijn de kerken er naar vermogen voor gegaan, recht te doen aan de hoogte, de diepte en de breedte van het Evangelie (Ef. 3:18).

Vanuit katholiek oogpunt hebben de Drie Formulieren van Enigheid in die zin een wat andere status dan de drie oecumenische belijdenissen, dat ze op een ander punt in de geschiedenis geboren en –in verband daarmee– minder breed bekend zijn. Kwantitatief hebben ze een kleinere actieradius. Maar kwalitatief zie ik geen wezenlijk verschil. Teruggaan achter de Drie Formulieren van Enigheid lijkt me niet minder ondankbaar en naïef dan teruggaan achter de oudchristelijke symbolen.

Andersom geldt dan ook voor beide categorieën: geen enkele belijdenis is compleet en/of perfect. Daar zijn wij te klein voor en vooral: daar is God te groot voor. Principieel staat de gereformeerde belijdenis open voor correctie, aanvulling en actualisering. Dat geldt ook voor de oecumenische belijdenissen, al zou dat door de kerkelijke verdeeldheid alleen al praktisch wel een dingetje worden.

Maar het kan wél. Deed je in de jaren tachtig in Kampen tentamen bij prof. J. Kamphuis, en je vond het een goed idee om in de belijdenis van Nicea (samen met de oostersorthodoxe kerken) voortaan te belijden dat de Heilige Geest uitgaat van de Vader door de Zoon (in plaats van: en de Zoon), dan leverde dat een pluspunt op.

Als het de doorwerking van het Evangelie en de komst van Gods Rijk zou dienen, komt heel onze belijdenis zelfs in aanmerking voor totale vervanging. Ik zeg erbij: van tijd tot tijd wordt er geroepen om een nieuwe belijdenis, maar zoiets is niet maakbaar. En hoe beter je je verdiept in de belijdenissen die we al hebben, hoe bescheidener je wordt over eventuele pretenties dat wij daar wel even overheen kunnen.


Ds. Treurniet is gereformeerd vrijgemaakt predikant in Vlaardingen. Dit artikel is een verkorte versie van een toespraak die hij hield tijdens een bezinningsdag m/v in Bunschoten op jongstleden 14 december.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 2020

Protestants Nederland | 24 Pagina's

Gereformeerde Belijdenis Is Even Katholiek Als Nicea-Constantinopel

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 2020

Protestants Nederland | 24 Pagina's