Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Smartphone - Een Slimme Zet…

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Smartphone - Een Slimme Zet…

Internet en het gebruik daarvan in het licht van Openbaring 13

16 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dat wij in de eindtijd leven, dat mag voor de Bijbelvaste lezer geen verrassing zijn. Die tijd is namelijk aangebroken toen de Zaligmaker Zijn verlossingswerk hier op aarde had volbracht. In deze tijd ziet Gods Kerk nog maar naar één heilsfeit uit: de wederkomst van haar Heere totdat Hij alles zal zijn en in allen. Hoe lang zal dat nog duren? Deze vraag komt bij Gods kinderen soms omhoog vanwege het liefdesverlangen naar Hem. De vraag dringt zich óók weleens op vanwege de chaotische gebeurtenissen en razendsnelle ontwikkelingen. Leven wij nu aan het einde van de eindtijd?

Dit is geen verkeerde vraag. Petrus schrijft immers: En het einde aller dingen is nabij; zijt dan nuchter, en waakt in de gebeden (1 Petr. 4:7). Nuchter zijn, dat betekent dat je niet onder de invloed bent van datgene wat je losweekt van God en Zijn dienst. Alleen als je nuchter bent, kun je voorbereid zijn op het einde. Alleen als je nuchter bent, kun je ook er iets van zien wanneer het einde komt.

Wij worden ook opgeroepen tot waakzaamheid in gebed. Het gebed om Zijn spoedige komst, het gebed om voorbereid te zijn op Zijn komst, maar ook het gebed om inzicht te hebben aan wat er aan Zijn komst vooraf gaat. Daarvoor moeten we ook de Bijbel bestuderen. Dan worden wij in onze gedachten gecorrigeerd. Sommigen denken: al die oorlogen, politieke spanningen, epidemieën en aardbevingen moeten er haast wel op wijzen dat het niet lang meer duurt. De Heere Jezus echter zegt dat deze tekenen álle tijden doorgaan: oorlogen, geruchten van oorlogen, aardbevingen - en nog is het einde niet (Matth. 24:6-7). Het is begrijpelijk dat er alle eeuwen door kinderen van God geweest zijn die de komst van hun Heere spoedig verwachtten. De rampen en oorlogen zijn in deze wereld van ná de zondeval nooit afwezig. Evenmin trouwens als de gewone en de oppervlakkige dingen van het leven (Matth. 24:37-38).

Het einde nadert

De Heere Jezus wijst ons in Zijn rede echter enkele tekenen aan die kenmerkend zijn voor het einde van de eindtijd: toenemende vervolging en verleiding van de kerk, vermenigvuldiging van ongerechtigheid en verkilling van de liefde, uitbreiding van het Evangelie over de hele wereld, en dan zal het einde komen (Matth. 24:9-14). We kunnen hieraan toevoegen vanuit andere Bijbelgedeelten: het terugbrengen van Israël in het land, de bekering van Israël, klimaatverandering. Wie eerlijk kijkt, ziet dat al deze dingen zich nog nooit op zó’n grote schaal hebben voorgedaan als nu (afgezien misschien van de bekering van Israël). Moeten wij vanuit dit alles niet zeggen dat de wederkomst nu echt dichtbij komt?

Dit is geen vrijblijvende gedachte. De wederkomst van Christus is immers allesbepalend! Gods kinderen zouden daar hunkerend naar moeten uitzien. Zij die een vreemde van Hem zijn, zullen moeten schrikken: Ontwaak, gij die slaapt (Éf. 5:14)! Dat is het allerbelangrijkste. Maar er is meer. Het komt ook aan op de juiste voorbereiding voor de tijd die nog komt. De Bijbel is er duidelijk over dat aan de wederkomst een tijd vooraf gaat waarin de geestelijke strijd zal intensiveren. Grote opwekkingen zullen wij misschien nog meemaken, maar grote aanvallen op de kerk zullen er zeker komen. Dit gaat in de weg van vervolging, verdrukking en verleiding, en het meest intensief van alles: de volle openbaring van de antichrist. Dat laatste vraagt nu onze aandacht. Waar moeten we die zoeken en hoe kunnen we daartegen gewapend worden?

De antichrist

Een hoofdstuk dat hiervoor van groot belang is, is Openbaring 13. Hoewel het woord ‘antichrist’ hier niet genoemd wordt (dat gebeurt alleen in de brieven van Johannes), vertoont degene die hier genoemd wordt wel precies diezelfde trekken. De antichrist is degene die zich tegenover Christus stelt, die in plaats van Hem aanbeden wordt (2 Thess. 2:4). Hier wordt hij getekend als een beest uit de zee dat genezen is van een ernstige verwonding (als tegenbeeld van de opstanding van Christus), die God lastert, Zijn kerk bestrijdt en door de hele wereld aanbeden wordt (Openb. 13:3-8).

Wie is de antichrist? Ik wil dit hier slechts kort benoemen. Sinds de Reformatie hebben onze vaderen hem gezien in het pausdom: de macht die zich in de plaats van Christus stelt en Zijn Evangelie verdraait. Wij doen er goed aan dit niet te vergeten, en op geen enkele manier te ‘flirten’ met rome. We doen er echter ook goed aan om te zien dat de antichristelijke macht in onze tijd breder zichtbaar is, en nog intenser. De islam groeit sneller dan het Christendom. Vele ‘protestantse’ kerken hebben het Evangelie volstrekt verdraaid. En de seculiere mens zet alle Goddelijke waarden en ordeningen op zijn kop. Wat is nu het gemeenschappelijke van dit alles? Het is daar waar het Evangelie al geweest is; hij zal immers ‘zitten in zijn tempel’. Juist hier weet men beter. De wijsheid van Gods geboden, de waarheid van Zijn Woord, de rijkdom van Zijn genade is ten toon gespreid - maar dit wordt alles verdraaid en veracht. De waarheid wordt veranderd in leugen, zich uitgevende voor wijzen, zijn zij dwaas geworden (Rom. 1:22).

Het kan je verbazen hoe snel alle waarheid en orde overboord gegooid worden. Hoe komt een mens zo ver om de leugen te geloven, hoe komt de mensheid zo ver om ten slotte zelfs en masse de antichrist te aanbidden (Openb. 13:8)? Jawel, daarvoor moeten wij wijzen op het menselijk hart dat van zijn geboorte aan vatbaar is voor leugen. Maar toch is er meer. De antichrist, het beest uit de zee, is immers zeer verschrikkelijk? Hier wordt het goede dat er in het verleden was, welbewust weggeschoven, hier wordt de lelijkheid en de dood omhelsd. Hoe komen ‘weldenkende’ mensen eigenlijk zo ver?

De hulp van de antichrist

Uit de geschiedenis kunnen wij leren dat een mens bereid is om de grootste dwaasheid te geloven en te volgen - als de propaganda maar goed is en als de massa het maar doet. Wellicht het duidelijkste voorbeeld is het nazirijk. Adolf Hitler - hoewel hij het Duitse volk economische groei in het vooruitzicht stelde, je zou toch zeggen dat niemand zo’n psychopaat zou volgen? En toch…! Zijn hypnotiserende redevoeringen en zijn vaardigheden om de massa te bespelen hielpen hem. Daarbij had hij een minister van propaganda: Joseph Goebbels. Diens werk heeft er mede voor gezorgd dat het Duitse volk massaal Hitler volgde en achter Hitler bleef staan. Daaronder waren zelfs vele trouwe ‘Christenen’. Wie dit op zich in laat werken, voelt de vraag opkomen: wat zal er dan van ons ‘verstandige’ volk nog worden? En… waar zal mijn hart vatbaar voor blijken te zijn?

Dit is namelijk zeker: ook de antichrist heeft een ‘minister van propaganda’. Daarop wijst ons het beest uit de aarde. Hiervan staat beschreven: het maakt dat de aarde en die daarin wonen, het eerste beest aanbidden (Openb. 13:12b). Alle werkzaamheden van dit tweede beest zijn daarop gericht. De antichrist heeft zijn hulp hard nodig, omdat hij pas dan tevreden is als allen hem geheel aanhangen. Waarom is dit belangrijk? Dit leert ons, dat wij niet slechts alert moeten zijn op de antichrist zelf, maar ook op zijn helper. Misschien daarop nog wel meer - omdat wij anders ‘onwetend’ meer en meer in het spoor van de antichrist getrokken kunnen worden. Zijt dan nuchter, en waakt (1 Petr. 4:7).

De antichrist en het internet

Dan moeten we dus concreet worden. Want hoe kun je waakzaam zijn voor iets waarvan je niet weet wat het is? Trouwens, de Heere Zelf roept ons ertoe op: Hier is de wijsheid: die het verstand heeft, rekene het getal van het beest (Openb. 13:18a). Nu kan het op ons als dwaasheid overkomen om te gaan rekenen. Maar de Heere Zelf zegt dat het wijsheid is. Wie verstand heeft, moet onderzoeken waarover het hier gaat. Wie heeft verstand? Ten diepste juist hij die beseft dat hij in zichzelf dwaas is (vergelijk Spr. 30:2). Die gaat de wijsheid van God begeren (Jak. 1:5). Wat hebben we het nodig om geleerd te worden om te onderscheiden! De kanttekenaren hebben voor het beest uit de aarde gewezen op de (wereldlijke en geestelijke) macht van het pausdom. Door zijn grote macht kon de paus zijn leugenleer bevorderen in alle landen van Europa en daarbuiten, uiteindelijk ‘world wide’. In onze tijd maakt zich ook een andere ‘minister van propaganda’ groot: het world wide web, het internet. Hier zien wij iets van juist als wij zorgvuldig overwegen wat over het beest uit de aarde in Openbaring 13 geschreven staat. Ik wil dat hieronder nagaan. Maar eerst nog één ding. De belangrijkste manier waarop Joseph Goebbels in staat was om bij de massa ‘binnen te komen’ was de radio. In 1934 beheerste hij alle radio zenders (via de Gleichschaltung). In 1938 had hij ervoor gezorgd dat 10 miljoen goedkope radio’s verspreid waren, zodat het merendeel van de Duitse gezinnen er één in huis had. In 1939 werd het verboden om naar buitenlandse zenders te luisteren. Goebbels wist heel goed: wie de media heeft, heeft het volk. En zou de antichrist dat niet weten? Zou de duivel, met zijn vele eeuwen ervaring, niet juist van deze nieuwe, ongekende mogelijkheden gebruikmaken?

De functie van het internet

Het bovenstaande doet ons al sterk vermoeden dat de antichrist het internet goed gebruiken kan. Dit wordt bevestigd als wij lezen wat in Openbaring 13 over het beest uit de aarde geschreven wordt:

1. Hij richt zich op geheel de aarde en die daarin wonen (vers 12). Opmerkelijk: terwijl de volken tegen elkaar verdeeld worden (Matth. 24:7), zijn zij hierin toch eensgezind. Er is behalve de Verenigde Naties en hun organisaties in onze tijd één ding waardoor zij echt verbonden zijn: het internet; dit is immers een world wide web.

2. Het doet grote tekenen (vers 13). Wat is er al niet aan spectaculairs en ongelofelijks te zien via de moderne media, door de moderne techniek.

3. Het verleidt degenen die op de aarde wonen (vers 14), het krijgt iedereen mee. Zien wij daar iets van, nu miljarden wereldbewoners zich vergapen aan YouTube-filmpjes, Facebookpagina’s en de nieuwste apps? Onze aandacht en ons hart worden afgetrokken.

4. Het eist dat de mensen voor het beest een beeld zouden maken (vers 14). Wij leven in een beeldcultuur; zeker het internet houdt ogen gevangen om te kijken. Hoe krachtig zijn niet de beeldmerken; iedereen herkent onmiddellijk de iconen van Google, Facebook en Apple.

5. Het is geen stom, levenloos beeld, maar het krijgt een geest, opdat het ook zou spreken (vers 15). Zo is het met de moderne techniek. De afgoden van de heidenen hadden een mond, maar spreken niet (Ps. 115:5). Wij hebben echter robots, en de media van deze tijd zijn altijd ‘beeld en geluid’. Zo trekt het aan de mensen via álle zintuigen.

6. Het is gericht op alle leeftijden, kleinen en groten (vers 16). Wij zien het gebeuren dat ouderen in snel tempo computercursussen moeten volgen en dat zelfs kinderen van 10 jaar soms al verslaafd zijn aan de computer of de smartphone. En de leeftijdsgrens waarop kinderen een smartphone in handen gedrukt krijgen, gaat nog steeds naar beneden.

7. Het richt zich op alle klassen, rijken en armen (vers 16). Er zijn veel landen waar mensen nauwelijks genoeg te eten hebben, maar waar zij wél een smartphone bezitten. Het internet ‘is van iedereen’, want het moet de hele wereld in de greep krijgen. De gemeente Den Haag ziet een smartphone voor pubers reeds als een ‘eerste levensbehoefte’…

8. Het geeft een merkteken (vers 16) aan iedereen. Zo geldt het ook van het internet dat het de mens ‘dicht op de huid’ komt en hem stempelt. Men is ervan in de ban, men kan niet meer zonder. We kunnen ook denken aan een geïmplanteerde chip, die door een enkel bedrijf al in de praktijk gebracht wordt. Alledaagser is het gebruik van biometrie, zodat men zich met een vingerafdruk (rechterhand; vers 16), met een irisscan (voorhoofd; vers 16) of op basis van gezichtsherkenning kan identificeren.

9. Niemand kan zonder dit merkteken of zonder de naam van het beest of zonder zijn getal kopen of verkopen (vers 17). Juist het kopen via internet is aan een geweldige opmars bezig. Bankieren kun je nauwelijks meer zonder het internet. Inmiddels kun je de smartphone gebruiken om te betalen - en wellicht duurt het niet lang meer voordat je nauwelijks meer ergens kunt betalen zónder smartphone…

Zo heb ik enkele zaken uit dit hoofdstuk genoemd met een poging om de lijnen door te trekken. Nee, deze concretisering durf ik niet volstrekt stellig te opperen. Ze dringen zich bij het lezen echter wel onweerstaanbaar op. En wat wel volstrekt duidelijk is: het beest uit de aarde wil beslag leggen op de hele aarde, alle mensen, alle zintuigen en het hele leven, om zo iedereen klaar te stomen voor de dienst aan het beest uit de zee. En het internet is ook uitgestrekt over de hele aarde, is toegankelijk voor bijna alle mensen, richt zich op alle zintuigen en is bezig om steeds meer het hele leven te gaan stempelen.

Dat gebeurde al via de pc, dat gebeurt nog veel sterker via de smartphone, en dat zal nog weer veel sterker worden als iedereen massaal aan de bril of zelfs het implantaat gaat, waardoor je continue connected bent.

Waakzaamheid geboden

Het hierboven genoemde zou alle alarmbellen moeten doen rinkelen. Echter, in de gereformeerde gezindte lijken wij welhaast net zo verknocht aan alle apparaten en apps als iedereen in de westerse samenleving. We doen volop mee, we durven nog geen jaar achter te lopen, we leveren ons steeds meer uit, zo lijkt het wel. Iedere nieuwe stap is klein. Als eenmaal je pc een internetaansluiting heeft, waarom zou je dat dan niet bij je laptop doen? Als je eenmaal een mobiele telefoon hebt, waarom zou je dan geen smartphone aanschaffen? Als je eenmaal met de pinpas betaalt, wat is er dan mis mee om over te gaan op contactloos betalen? Als je eenmaal een paspoort hebt, waarom zouden ze dan niet je vingerafdruk afnemen. Als je eenmaal wachtwoorden hebt, hoezo zou je dan niet overstappen op het veel praktischere hulpmiddel van de irisscan? Als je eenmaal gewend bent om ‘leuke dingen’ te doen op de computer, waarom dan eigenlijk geen Facebook? Als je eenmaal de zoekmachine van Google gebruikt, dan maak je toch ook maar een Google-account aan? Enzovoorts. En als ouders het eenmaal doen, dan trekken zij hierin hun kinderen zomaar mee.

Nee, ik heb geen eenvoudig antwoord - al hoop ik straks wel enkele aanwijzingen te geven. Ik weet ook niet altijd waar de grens ligt van wat nog verantwoord is. Maar ik ben er diep van overtuigd dat wij hier meer waakzaam moeten zijn. Laten wij in het bijzonder opletten, waar wij nog een (verantwoord) gebruikmaken van de techniek en waar wij in feite (onverantwoord) gebruikt worden door de techniek. Want dát is het wat nu gaande is. Wij worden willoze slaven van de techniek. Via het internet kunnen bedrijven als Google en Facebook steeds meer bepalen wat wij moeten zien, horen, denken en besluiten. Wie een boek uit de boekenkast of bibliotheek zoekt, is vrij (afgezien van onze verdorven natuur) om daar zelf een keuze uit te maken. Wie echter informatie via het internet zoekt, wordt daarin geweldig gestuurd; en dat geldt nog veel meer voor degene die via het internet vermaakt wil worden.

En daar komen we nu precies in strijd met wat de apostel Paulus schrijft: alle dingen zijn mij geoorloofd, maar ik zal onder de macht van geen mij laten brengen (1 Kor. 6:12b). Zelfs als het gebruik van bepaalde sites in theorie geoorloofd is, dan lopen wij hier zo’n groot gevaar dat wij ons laten brengen onder de macht daarvan - terwijl er slechts Eén is Die onze Meester mag zijn (Matth. 23:8), Eén Die onze hartstochten besturen mag (Ps. 86:11). De vraag is of wij zien wat het internet inmiddels met ons en ons nageslacht doet, of wij in de gaten hebben hoe wij ons leven op een geweldige manier laten beïnvloeden en wat er in dit opzicht in de wereld gaande is. Hier zouden wij naar mijn diepe overtuiging veel grondiger ons in moeten verdiepen dan in de formatiebesprekingen, het presidentschap van dhr. D. Trump, de verwikkelingen rond de IS of de spanningen rond Noord-Korea. Niet omdat die zaken niet van enig belang zijn, maar omdat hier rond het internet iets gaande is wat de hele wereld in de greep krijgt, en als wij niet waakzaam zijn, ons evenzeer.

Een geestelijke houding

Bij dit alles is het goed om de technische kanten van de ontwikkelingen te beschouwen. Het is daarom van nut dat er mensen zijn die daar verstand van hebben en ons daarover berichten. Het is goed dat doordacht wordt wat de consequenties zijn van ontwikkelingen. Maar de geestelijke vragen zijn hier van het allergrootste belang. Het is de houding die ik aan het begin van dit artikel reeds benoemd heb: zijt dan nuchter, en waakt in de gebeden (1 Petr. 4:7). Nuchter zijn, niet onder invloed. Wie nuchter wil zijn, zal eerst moeten erkennen waarvan hij onder de invloed kan zijn. Veel alcoholverslaafden willen hun probleem niet inzien. Wij zullen eerlijk gemaakt moeten worden over onze vatbaarheid voor de geest van het beest, omdat wij uit de aarde aards zijn. Daarbij kunnen wij niet toe met wat algemene opmerkingen. Laten we eens eerlijk zijn over ons internetgedrag, over ons materialisme, over onze angst om alleen te staan, over ons verlangen om vermaakt te worden, over onze oppervlakkigheid enzovoorts. Laat de Heere door Zijn Geest de kwaal toch aanwijzen, laat Hij uw hart mogen onderzoeken en onder Zijn oordeel stellen. Opdat Hij de macht die de boze ook via deze route op uw bestaan kreeg, breken moge. Indien dan de Zoon u zal vrijgemaakt hebben, zo zult gij waarlijk vrij zijn (Joh. 8:36).

Waakzaam zijn, inzien wat er gaande is. Velen slapen, velen hebben geen zin om in te zien wat de gevaren zijn, zoals Salomo daarover schrijft: Een weinig slapen, een weinig sluimeren, een weinig handvouwen, al nederliggende; zo zal uw armoede u overkomen als een wandelaar, en uw velerlei gebrek als een gewapend man (Spr. 24:33-34). Zelfs Gods volk moet hiervoor gewaarschuwd worden: Zo laat ons dan niet slapen, gelijk als de anderen, maar laat ons waken en nuchter zijn (1 Thess. 5:6). Maar zij kennen toch ook de uitweg: Maar wij die des daags zijn, laat ons nuchter zijn, aangedaan hebbende het borstwapen des geloofs en der liefde, en tot een helm de hoop der zaligheid (1 Thess. 5:8). Waakzaam zijn in de gebeden. Al ons opletten, al onze pogingen om niet mee te doen enzovoorts - het is alles waardeloos als het in eigen kracht moet gebeuren. Er is slechts één weg om niet werkelijk meegesleurd te worden door de macht van alles wat zich tegen God keert, en dat is het leven onder de hoede van Hem. Wij kennen ons hart niet, wij weten de weg niet, wij kunnen ons niet reinigen, wij kunnen ons niet vrijmaken, wij zijn niet opgewassen tegen alles. Wat is het gebed dan onmisbaar, in die volstrekte afhankelijkheid van Zijn eerlijkmakende, reinigende, heiligende en verstandigmakende genade. Die zó leven, die dragen niet het merkteken van het beest, maar den Naam Zijns Vaders op hun voorhoofd (Openb. 14:1). Zij zijn met vrouwen niet bevlekt (vers 4), in hun mond is geen bedrog gevonden (vers 5). Zij volgen het Lam, waar Het ook heengaat (vers 4). Zij zijn gekocht door Hem en zullen in deze tijd én tot in eeuwigheid door Hem bewaard worden.

Dit eerste artikel gaat over de basisprincipes. In een vervolgartikel wil ik aanwijzingen geven voor de praktijk van het gebruik en vooral de onthouding van het internet in het algemeen en de smartphone in het bijzonder.


Fotoverantwoording:

a) Depositphotos

b) Bundesarchiv, Bild 102-10460 / Hoffmann, Heinrich [CC BY-SA 3.0] via Wikimedia Commons

c) Bundesarchiv, Bild 183-H10252 [CC-BY-SA 3.0] via Wikimedia Commons

d) Depositphotos

Dit artikel werd u aangeboden door: In het spoor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 oktober 2017

In het spoor | 60 Pagina's

Smartphone - Een Slimme Zet…

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 oktober 2017

In het spoor | 60 Pagina's