Ouderavond Chr. School te St. Philipsland
Op vrijdag 8 februari werd in de Chr. school de jaarlijkse ouderavond gehouden. De voorzitter, dhr. Gebraad, voorganger der Oud. Geref. kerk opende de bijeenkomst door te laten zingen Ps. 119 vers 3. Hierna ging hij voor in gebed. Aan de hand van een gedeelte van Math. 18 hield hij zijn openingsj-ede.
In de eerste plaats dankte hij ouderling Wagemaker, die als voorz. was afgetreden om gezondheidsredenen, voor al hetgeen hij gedaan had voor de Chr. school. Verder noemde spr. het een voorrecht, deze bijeenkomst gezamenlijk te mogen bijwonen. Hiervan komt alleen God de ere toe. Spr. zei, veel voor Chr. onderwijs te voelen, indien dit op de goede grondslag wordt gegeven. Alle Chr. onderwijs is nog geen chr. onderwijs.
Het onderwijs, waarbij de kinderen gewezen worden op het enige nodige ter zaligheid, n.1. de wedergeboorte en bekering en dat onderwijzen zoals onze godzalige voorvaderen dit voorschrijven, is werkelijk Chr. onderwijs. Daarbij kan het gebed niet gemist worden.
Verder wees hij de ouders op hun plichten dienaangaande, er voor waarschuwend dat deze onderwijsinstelling geen instelling is waar kinderen bekeerd worden. Het personeel kan slechts de weg aanwijzen, aan de hand van Gods Woord, daarbij zelf' biddende om wijsheid en verstand van Boven.
Hierna gaf hij 't woord aan het hoofd der school, dhr. A. Boone. Deze hield een inleiding over het onderwerp: „Gevaren die ons kind omringen".
Spr. dacht hierbij aan vele gevaren, vooral die, welke niet duidelijk naar voren komen. Hij behandelde o.a. de Nieuwe Bijbelvertaling.
Na enkele voorbeelden te hebhen gegeven, kwam spr. tot de conclusie, dat iedere richting zijn ideeën nu kan staven met voorbeelden uit deze vertaling o a de mensen die veel aan Bijbelkritiek doen. Hij vermaande de aanwezigen dan ook, zich stipt te houden aan de oude, beproefde Statenvertaling. Een ander gevaar volgens spreker, is de film. Men begint met onschuldige filmpjes, zoals verkeersfilms, doch waar blijven we, indien we daaraan toegeven. Het bioscoop bezoek neemt steeds toe. In 1956 waren er m Nederland 90 miljoen bioscoopbezoekers.
Ook hier moeten wij onze kinderen vaiidaan houden. Een ander gevaar is oa. de omgang met anderen. Het ene kind kan dikwijls een verkeerde invloed uitoefenen op het andere. Let daar op. Niet om het ene kind beter te achten dan het andere!
Weer een ander gevaar noemde spr. de boeken, die gelezen yorden. Daarop dient zeker nauwkeurig te worden gelet. Is het niet zo, dat de uitvinding van de boekdrukkunst enerzijds een stap ten hemel, anderzijds een stap ter helle is? De bovengenoemde gevaren werden alle met Bijbelse voorbeelden vergeleken. Hij eindigde met te wijzen op de plichten der ouders en onderwijzers en sloot zich aan bi] de woorden van de voorzitter, n.1. dat het gebed in de opvoeding van onze kinderen ons sterkste wapen moet zijn.
Hierna gaf dhr. Boone een korte openbare les met de leerlingen van klas 7 en 8. Behandeld werd een stuk dierkunde aan de hand van een plaat.
Daarna volgde de pauze, waarin het werk der leerlingen kon worden bezichtigd en een kopje koffie werd geschonken.
Na de pauze kreeg dhr. W. Beens, onderwijzer, het woord. Hij hield een referaat over het vak Vaderlandse geschiedenis? Niet alleen een opeenvolging van gebeurtenissen, maar de leiding Gods, die we hierin moeten opmerken. Het is God, die de geschiedenis maakt. Ons chr. onderwijs heeft volgens spr .een voorsprong bij het geven van geschiedenis-onderwijs vergeleken bij andere soorten onderwijs. Wij beginnen n.1. al in het eerste leerjaar met Bijb. gesch. De leerlingen zijn dus al gewoon aan enkele namen en uitdrukkingen, die in de geschiedenis voorkomen, tevens weten ze al namen van enkele landen en werelddelen. Dit vergemakkelijkt het geschiedenis onderwijs. Verder behandelde hij nog de vraag:
Verder behandelde hij nog de vraag: Zijn de uren, die aan dit onderwijs besteed worden, niet nutteloos? Dit is de mening van velen, die zelf maar weinig meer weten van Vad. Gesch. dan enkele overbekende jaartallen.
Breedvoerig behandelde hij 't nut van dit vak. Leert de Vad. Gesch. niet hoe God ons land gerukt heeft uit de klauwen van Rome? Idem van uit Spanje's macht? Hoe zouden we de hedendaagse toestanden begrijpen, zonder kennis van het verleden? Worden er door middel van dit onderwijs geen kloeke karakters gevormd? Zijn figuren als Prins Willem van Oranje, Stadhouder Koning Willem de Derde, geen voorbeelden voor ons allen? Als wij hun strijd goed kunnen, moeten we dan niet beschaamd zijn, als we het hedendaagse staatbestel bekijken? Niet dat we aan heldenverering doen, maar letten wij erop hoe God deze mensen als middel in Zijn hand heeft gebruikt, mogen we ze dan geen helden noemen? Mensen, die „goet ende bloed" over hadden voor het Vaderland, moeten in een goed licht worden gesteld.
Verder behandelde hij nog, de manier weaarop dit onderwijs wordt gegeven en wat. Geen schilderen van bloedige oorlogstaferelen met duizenden doden, geen beschouwingen over klederdrachten enz. Wel een zekere kern bespreken en die jaarlijks uitbreiden.
De onderwijzer dient dan ook een gedegen kennis te bezitten van de geschiedenis. Tevens dient hij zich voor elke les geducht voor te bereiden.
Na nog even de recente gebeurtenissen in Hongarije en Midden Oosten te hebben bekeken, eindigde spreker met de hoop uit te spreken, het nut van dit onderwijs te hebben aangetoond.
Na dit interessante onderwerp, dankte de voorz., alle aanwezigen voor hun opkomst en een ieder, die er toe heeft bijgedragen deze avond te doen slagen.
Ouderling van Hekken sloot met het laten zingen van Ps 25 : 2 en dankgebed.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 februari 1957
Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 februari 1957
Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's