De tabernakeldienst (314)

Het kruikje met manna in de ark wees niet alleen op het wonderwerk van God in de woestijn, toen Israël dagelijks werd voorzien van hemels manna, maar het beeldde ook Christus, het hemelse Manna af. Het kruikje met manna is vergaan, maar Christus blijft het hemelse Manna voor alle ware gelovigen van alle tijden en eeuwen, ook die nog toegebracht moeten worden (Joh. 10:16). Zij allen leven in, dat zij de hel en de eeuwige dood in Adam verdiend hebben door het eten van de verboden boom. Daarom moest Christus door Zijn lijden satans kop vermorzelen en de dood verslinden tot overwinning. Wat anders dan Zijn lijden, bloedstorting en dood openden de deur waardoor zij daaruit verlost konden worden? Gods Geest maakt hen daarom op Zijn tijd van hellewichten hongerigen naar Christus’ gerechtigheid. Christus Zelf nodigt hen door Zijn Woord en Geest: Ik ben het levende Brood Dat uit den hemel nedergedaald is; zo iemand van dit Brood eet, die zal in der eeuwigheid leven (Joh. 6:51). ‘Wat?’, zegt zo een, ‘ik die de eeuwige dood verdiend heb? Word ik door de Heere Jezus genodigd om hier door Hem verzadigd te worden en in eeuwigheid te leven?’ Het kan niet anders dan dat zulken gelovig tot Hem de toevlucht nemen. We willen u, arme zondaars verzekeren dat u dit grote wonder niet op kunt als God in Christus op u, goddeloze zondaars, in gunst neerziet. Ook al zeggen de vrome farizeeërs: Deze ontvangt de zondaars, en eet met hen (Joh. 15:2), maar Christus’ liefdesstem verklaart aan u de drie gelijkenissen: het verloren schaap, de verloren penning en de verloren zoon (Luk. 15).

De laatste keer hebben we overdacht dat als de Heere ons het toebereide Manna uit de hemel schenkt, Gods volk het dan gelovig mag toe-eigenen. Thans willen we overdenken hoe zij het geestelijke voedsel mogen eten en één worden met Christus, het hemelse Manna.

Het eten van Christus, het hemelse Manna…

Het is mogelijk dat er onder onze lezers zijn die zeggen: ‘Als ik dat toch eens mocht geloven dat de Heere Jezus ook voor mij is gekomen om mij uit de hel te verlossen! Mijn consciëntie klaagt mij aan, mijn zonde zie ik steeds voor ogen zweven. Ik mis de vrede in mijn ziel. Och, dat de Heere Jezus toch mijn Deel mocht zijn. Ik bid de Heere om genade en dat ik nergens rust kan vinden totdat Hij Zich over mij wil ontfermen. Ik zou tot Hem gaan en Hem aangrijpen.’ Hoe anders is deze aanhoudende begeerte van de lammetjes van Jezus’ kudde die voor zelfbedrog bevreesd zijn, dan de begeerten van de hedendaagse godsdienst die anderen opdringen om in Jezus te geloven. Vreselijk om in hun handen te vallen en zelf ook denken te kunnen geloven zonder ingeleefd te hebben dat zij onwaardig, doodschuldig en helwaardig zijn. De Heere beware onze lezers ook voor die gruwelijke geest uit de afgrond om u te verleiden!

Hoor het vreselijke woord van Christus tot Zijn Vader over hen die niet anders dan een tijdgeloof of een historieel geloof hebben: Ik dank U, Vader, Heere des hemels en der aarde, dat Gij deze dingen voor de wijzen en verstandigen verborgen hebt. Daarop gaat Christus verder en zegt: En hebt dezelve den kinderkens geopenbaard. Ja Vader, want alzo is geweest het welbehagen voor U (Matth. 11:25,26). We willen daarom de gekrookte rietjes, de rokende vlaswiekjes en de schrikachtige lammetjes vertroosten met Christus’ Woord. Hij nodigt u om bij Hem te komen en om uw hongerige ziel eten te geven en u te verzadigen.

Hoor, hoe nederbuigend goed Jezus voor u is: Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven (vers. 28). Christus wil u rust geven en u verzadigen. O, dat een ieder naar dit hemelse Manna begerig zou zijn! Hoe dichter u gelovig nadert tot deze maaltijd, hoe meer u ziet wat een overvloed bij Hem te vinden is. Waar zijn de behoeftigen naar het heil in Christus Die nu indringend spreekt: Ik ben het levende Brood Dat uit den hemel nedergedaald is; zo iemand van dit Brood eet, die zal in der eeuwigheid leven? (Joh. 6:51). De lammetjes en schapen van Jezus’ kudde nuttigen op een geestelijke wijze het voedsel. Hoe neemt Christus uw ongeloof en twijfel weg? Door u persoonlijk te nodigen met een vriendelijk woord: Kom. U kunt dan niet achterblijven. U kómt en u gelóóft Zijn heilrijk woord! Hij geeft dat u mag eten tot verzadiging voor uw ziel.

…en het één worden met Hem

Zoals wij het gewone brood eten, kauwen, daarna doorslikken, en het één wordt met ons lichaam, zo ook het geestelijk voedsel wat Christus aan Zijn hongerig volk geeft. We spreken dan van het één worden met Christus. Deze bijzondere eenheid wordt beoefend als het Heilig Avondmaal wordt bediend en Koning Jezus aanwezig is. Het gevolg is dat de liefde van Zijn volk tot Jezus is als de zoete reuk van de nardusplant (Hoogl. 1:12).

Onze Catechismus gebruikt het woord ‘inlijven’, om aan te geven dat Gods volk tijdens het Avondmaal door de Heilige Geest één wordt met Christus (Zondag 30). Hoe uw zielsgesteldheid ook is, maar als u door het geloof mag eten en drinken, wordt u één met Christus. Wanneer wij het stukje brood gelovig als uit Christus’ hand ontvangen, dan betuigt Hij ons: Mijn vlees is waarlijk spijs. Wanneer wij gelovig de beker als uit Christus’ hand ontvangen en daarvan drinken, dan spreekt Christus ons toe en zegt: Mijn bloed is waarlijk drank. U bent dan ingelijfd ofwel u bent één met Christus.

O, die eenheid en de gemeenschap met die dierbare Borg is nooit recht te bevatten of uit te leggen. U bent dan vlees van Zijn vlees en been van Zijn benen. Wanneer Christus u zo te eten geeft, dan kauwt u het voedsel, u proeft de zoetigheid en zegt: En Zijn vrucht is mijn gehemelte zoet (Hoogl. 2: 3). Geen wonder, want de Heere Jezus is voor u het Manna, het ware zielenvoedsel, waardoor u vertroost en bemoedigd wordt.

Wanneer u door het geloof één met Hem bent, dan wordt Zijn kracht in uw zwakheid volbracht. Zijn troost drupt als honingdruppels in uw ziel, al druppen de tranen nog uit uw ogen vanwege uw strijd, moeite en verdriet. Christus spreekt daarna liefdevol maar indringend: Blijft in Mij, en Ik in u (Joh. 15:4). Christus geeft dan aan dat Hij dicht bij u is, dat u één geest met Hem bent. De apostel Paulus getuigt ervan: Maar die den Heere aanhangt, is één geest met Hem (1 Kor. 6:17). Op een andere plaats spreekt Paulus over het één plant zijn met Christus: Want indien wij met Hem één plant geworden zijn in de gelijkmaking Zijns doods, zo zullen wij het ook zijn in de gelijkmaking Zijner opstanding (Rom. 6:5).

Behalve zulke gezegende Avondmaalstijden zijn er ook andere tijden wanneer de Heere Zijn arm en bestreden volk wil versterkten: Sta op, eet, want de weg zou voor u te veel zijn (1 Kon. 19:7). We hebben kortgeleden over Elia gesproken die door de kracht van de spijze 40 dagen en 40 nachten kon lopen zonder overdags hongerig te worden en zonder ’s nachts moe te worden (1 Kon. 19:8). Vanzelf dat was een buitengewoon wonder. Maar het geeft wel aan wat het hemelse Manna voor de ziel van Gods volk inhoudt!

Ziet u dat het kruikje met manna heen wees naar Christus, het hemelse Manna? Wat een verzekering veroorzaakt dit in uw ziel als het levende geloof beoefend wordt. Zelfs de gekrookte rietjes zijn verzekerd, al waren zij eerder bevreesd dat zij verbroken zouden worden, en al dachten de rokende vlaswieken dat zij uitgeblust zouden worden. Zij leren ook dat in elke geloofsoefening verzekering ligt. Luister verder tot uw troost: God de Vader verzekert u dat Christus voor u zorgt: ‘Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken, en de rokende vlaswiek zal Hij niet uitblussen’ (Jes. 42:3). We weten wel dat er mensen zijn die hiervan niets willen weten en het tere werk van de goede Herder aantasten en veroordelen. Maar we houden ons niet langer op bij deze mensen, maar delen u mee wat onze geachte kanttekenaren schrijven: ‘Dat is, Hij zal geduld hebben met de zwakheden der arme zondaren, en Hij zal hun verslagen consciënties verkwikken en hen vertroosten door de belofte van de vergeving hunner zonden. Zie Ps. 34:19; Matth. 11:28)’.

We hopen dat u die dit leest en pijnlijk inleeft vreemdeling van Christus te zijn, door genade hongerig wordt en dat u geen rust kunt vinden, voordat u dit in Christus hebt gevonden!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen