Doornen en distelen

Distelen zijn planten met een stekelige stengel en met stekelige bladeren. En doornen zijn scherppuntige vergroeide takjes of blaadjes van een plant. Daar kun je veel last van hebben, ook al is het maar een heel klein doorntje in je vinger. Niet voor niets bestaat de uitdrukking: dat is hem een doorn in het oog. Dat wil zeggen: een bron van grote ergernis.

Onvruchtbaar

Als in Genesis 3 dus voorzegd wordt dat het aardrijk doornen en distelen zal voortbrengen, houdt dat in dat de gevolgen van de zonde gedurig waarneembaar zullen zijn. Niet alleen om ons heen, maar ook in onszelf. Daar hebben we het beeld. Ook wij kunnen van nature niet anders voortbrengen dan doornen en distelen. Het zijn tekenen van onvruchtbaarheid: ‘Uit u geen vrucht meer in der eeuwigheid’. Doornen en distelen zijn ook gevaarlijk voor andere planten. Ze kunnen het goede wat er is verstikken.

Dat maakt Gods Woord ons duidelijk in de gelijkenis van het zaad. Een deel van het zaad valt tussen de doornen. De akker is tevoren goed geploegd. De doornstruiken zijn uitgerukt en verbrand. Maar in de aarde zitten de wortels nog. En dan gebeurt het: het zaad valt tussen de doornen. En zeker, het ontkiemt en het groeit op, maar de doornen groeien ook op en die groeien nog veel harder. Uiteindelijk wordt dat ontkiemde zaad verstikt door de doornen.

Zorgen

Waar ziet dat op? Wel, er kunnen diepe indrukken zijn. Indrukken van de ernst van het leven en indrukken van de ernst van de dood. Daar kun je ’s nachts wakker van liggen. Maar er zijn ook doornen: de beslommeringen van het leven, de zorgvuldigheden, de zorgen betreffende het gezin, het werk, de studie. Ook kunnen een rol spelen de verleidingen van de wereld. De Heere Jezus noemt Zelf bij de uitleg van de gelijkenis de rijkdom. En die doornen blijken in het leven toch meestal sterker te zijn. Die verstikken de indrukken die er een ogenblik waren.

Als het in ons leven niet komt tot waarachtige bekering, zullen de doornen overwinnen. En zo zijn die doornen en distelen ook een beeld van de oude mens die probeert het Godswerk te vernietigen. Zo heeft de mens een strijd op aarde, niet alleen wat het tijdelijke betreft, maar ook en vooral in het geestelijke. Paulus kreeg een scherpe doorn in zijn vlees, opdat hij zich niet zou verheffen en opdat hij steeds maar de Heere nodig zou hebben. Wat heeft hij gevraagd of de Heere hem van die doorn wilde verlossen, maar de Heere achtte het beter voor hem dat hij die doorn steeds maar zou voelen. Ook na ontvangen genade moet geleerd worden hoe taai de zonden zijn en dat we zondaar blijven tot het einde toe.

wordt vervolgd

In Gods Woord komen veel woorden voor in hun letterlijke betekenis, maar soms hebben die een figuurlijke betekenis. In dat geval is er sprake van beeldspraak. Zo’n woord wordt wel een metafoor genoemd. In deze rubriek een aantal voorbeelden daarvan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen