De blindgeborene door Jezus gevonden

De blindgeborene is een buitenstaan- der geworden. Zo één is nu juist het voorwerp voor Christus’ opzoekende liefde. We lezen, dat Jezus hoort wat er gebeurd is: ‘En hem vindende.’ Dat is een vinden na nauwgezet zoeken. Ziet u dat de blindgeborene niet zelf zoekt? Nee, hij weet niet waar Jezus is. U ook niet? Hebt u alle hoop verloren? Kunt u nooit meer zalig worden? Houd eens moed, want Christus zoekt en vindt het verlorene. Hij stelt de blindgeborene een liefdevolle vraag: ‘Gelooft gij in den Zone Gods?’ Vriend, is Deze uw Middelaar en Zaligmaker? Hebt u een Borg? Die vraag stelt de Heere ook aan ons. Het is de allerwezenlijkste vraag die in ons leven beantwoord moet worden.

Wat antwoordt de blindgeborene op de vraag van Jezus? Zegt hij: ‘Natuurlijk geloof ik in Jezus. Hij heeft mijn ogen toch geopend’? Nee, hij komt met zijn armoede, zijn geestelijke blindheid en onwetend- heid openbaar. ‘Wie is Hij, Heere, opdat ik in Hem moge geloven?’ Ziet u? Dát geloof is vrucht van het zaligmakend onderwijs van Christus. Als u zo onder het Woord zit, kan de Heere wat aan u kwijt. Dan is het of u persoonlijk wordt opgezocht. Voor de blindgeborene is de tijd aangebroken dat Christus Zichzelf aan hem open- baart. Dan komt er ook licht over zijn leven en over de weg van God. Hoor maar: ‘En Jezus zeide tot hem: En gij hebt Hem gezien’, namelijk in alles wat er aan hem gebeurd is. Het was alles van Christus. Het was Zijn rege- ring. Daarover geeft de Heere licht.

‘En hij zeide: Ik geloof, Heere. En hij aanbad Hem.’ Christus openbaart Zich aan de zondaar en schenkt in de dadelijkheid ook het geloof. Wat is een oprechte ziel daarmee verblijd. Hoe gelukkig is het dat het geloof een genadegave is. Als Christus spreekt, is er niets gemakkelijker dan geloven en is er niets vanzelfsprekender dan Hem te omhelzen. Vol aan- bidding komt de blindgeborene dieper in het stof terecht dan ooit tevoren en verheerlijkt hij God. Nie- mand, geen duivel, geen hel en geen Sanhedrin kan hem uit de handen van Christus rukken. Hij bewaart Zijn volk tot de zaligheid. Hij bewaart ook de zaligheid voor Zijn volk, totdat Hij het ganse werk voor heel de blinde Kerk volbracht zal hebben.

Vragen:

1. Jezus zoekt de blindgeborene op. Welke rijke troost ligt hierin?

2. Welke les ligt er in het antwoord van de blindgeborene op de vraag van Jezus: ‘Gelooft gij in den Zone Gods?’

3. Hoe komt de blindgeborene nu tot de belijdenis: ‘Ik geloof, Heere’?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen