Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het gekrookte riet [32]

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het gekrookte riet [32]

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

‘Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken en het rokende lemmet zal Hij niet uitblussen’. Mattheüs 12:20a

VIERDE PREDIKATIE

2. U kunt het weten aan het oordeel van ervaren vromen, zij die de genade in die kleinen in haar begin en in haar groei kennen. U kunt het van de groten weten als u daar uw hart eens tegen uitgesproken en uitgeschreid hebt. Wat zeiden ze? Hebben ze u uitgeblust en u voor het hoofd geslagen? Of zeiden ze: ’Houd moed, het werk heeft bij u een aanvang genomen, u bent op de weg des Heeren, het is bij mij ook zo gegaan. Is dat zo? U bent vast een rokend lemmet, want de ervaren vromen hebben zoveel teerheid om u niet te bedriegen.

3. Zijn zij rokende lemmeten die zo spreken tot God en tot mensen over hun verloren staat. Hun oog en hart is er met tranen over bezet. Zij zien in zichzelf niet anders dan een zon- daar. ‘Ach God’, zeggen ze, ‘mijn karmozijnrode zonden, wat zal ik ermee doen? Ik ben Uw liefde niet waard!’ Hoor het en onthoud het, u zult het alzo bevinden.

‘Ja’, zal een ander zeggen, ‘of ik een rokend lemmet ben, ik weet het niet, ik durf nog niet af te gaan op het lichtje dat u mij geeft. Och God! De minste gelegenheid die er is, ja mijn gehele natuur is gaande. Wat al hartstocht, toorn en zwaarmoedigheid! Ik werp het meteen al weg. Zou ik er dan blijk van geven een zaad te zijn dat de Heere gezegend heeft? Ik laat het zo bitter slecht liggen, ik ben zo slordig in mijn leven’.

Ik antwoord u :

1. Als iedereen het zag en u erkende voor een zaad dat van de Heere gezegend is, dan zou u geen rokend lemmetje zijn, maar een brandende kaars, een toorts, en een licht dat schijnt in een krom en verdraaid geslacht.

2. En in alle gevallen: kunt u klagen over uw gebrekkige, onhei- lige en onwaardige wandel, zonder een vonkje van genade te hebben?

3. Wilt u uw verdorvenheid wel gewonnen geven?

4. Als u bij elke gelegenheid zo zondig bent, hoe bent u daar dan onder? Slaat uw hart er niet van over? Als u de polsslag van iemand zag en voelde, zou u daardoor zijn leven niet bewijzen? Zou uw hart dan zo slaan en geen leven hebben? Zou u zich niet aanklagen dat u zo zondig bent? Bent u er niet beschaamd over voor God en mensen?

Nog eens, u zult zeggen: ‘Dring niet zo aan. Ik zou uw woord wel ingang laten hebben, maar ik moet zeggen dat ik het niet durf, want mijn verdorvenheid heerst over mij’.

Ik zal u twee wezenlijke antwoorden geven: Kent u de heerschap- pij van de zonde wel? Kent u het zondigen uit zwakheid wel? Welke is het als de zonde heerst, en welke als ze kwelt? Weet u het of kent u het niet? Of wilt u het niet weten?

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 2022

De Saambinder | 20 Pagina's

Het gekrookte riet [32]

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 2022

De Saambinder | 20 Pagina's