De zalving van de priesters
Van nature is niemand bekwaam om een heilige dienst voor het aangezicht van de Heere te verrichten. De priesters zijn van hun vuile zonden en ongerechtigheid gewassen. Ze zijn van hun schande en naaktheid verlost en hebben een smetteloze bedekking ontvangen. Is dat genoeg?
‘Gij zult ook Aäron en zijn zonen zalven, en gij zult hen heiligen om Mij het priesterambt te bedienen’. Éxodus 30:30
Kunnen de priesters, als dit alles volbracht is, het heilige dienst- werk aanvangen? Nee, dan zijn ze nog onbekwaam. Het werk kunnen ze ook niet leren, maar Mozes krijgt de opdracht om Aäron en zijn zonen te zalven. Zo wordt de bekwaammaking door Gods Geest geschonken.
Heilige olie nodig
Voor de zalving is heilige olie nodig. Het bestaat uit zuivere, gestoten olie van olijven. Aan die olie worden verschillende specerijen toegevoegd. Die geven de olie een lieflijke en aangename geur. Wat bete- kent dat? Het ziet in het bijzonder op het werk van de Heilige Geest. Zoals mirre en wierook aan de olie worden toegevoegd en mét de olie worden uitgegoten, zo zijn de gaven onlosmakelijk aan de Heilige Geest verbonden. Zullen we dat vasthou- den? Zonder de Heilige Geest is er geen Goddelijke genadegave en verspreidt een mens alleen de kwalijke geur van zijn eigen ‘ik’.
In de zalving leert de priester dat hij totaal afhankelijk is. ‘Zonder Mij - zonder die zalfolie - kunt gij niets doen’. Dat is ook zo voor ambtsdragers en voor het volk van God. De bediening van de Geest is onmis- baar om Gods Woord te kunnen verstaan en de toepassing ervan te ontvangen.
In de verzen 33 en 38 waarschuwt de Heere tegen het misbruik van de zalfolie. Dat namaakwerk van Gods Geest zal uitgeroeid worden. Ananías en Saffira zijn daarvan een voorbeeld. Toen ze de zalfolie van Gods Geest nabootsten, zijn ze in hun bedrog jammerlijk omgekomen.
Ook mag de zalfolie niet voor zichzelf gebruikt worden, want dan is het geen reuk tot Gods eer. Dan roemen en eren we onszelf en ook dat zal bestraft worden.
Roeping en zending
Op Gods bevel worden de priesters ge- zalfd. Het is niet de wil van het volk of de wil van de priesters, dat Mozes hen zalft.
Nee, de Heere Zelf heeft hen tot de hei- lige dienst verordineerd. Dat brengt ons bij de G oddelijke uitverkiezing, roeping en zending. ‘Heilig ze Mij!’, zegt de Heere.
Ze zijn een gave van de Heilige Geest om als middelaars tussen een heilig God en een onheilig, schuldig volk in te staan. Om daartoe bekwaam te zijn, hebben ze altijd weer het verlichtende werk van de Heilige Geest nodig. Dat geldt voor elke ambts- drager in de dienst van God. Wat is het profijtelijk als de Heere zulke mannen met de zalfolie van Zijn bediening verordineert, uitstoot en Zelf hun onbekwaamheden wegneemt.
In Wie is dit alles vervuld? In Christus, Die van eeuwigheid gezalfd is. Hoe bekwaam is deze Priester om Middelaar te zijn. Hij is gekomen om de armen het Evangelie te verkondigen. Voor bedelaars, die zichzelf niet kunnen helpen, gaat de olie des Gees- tes vloeien. Wat wordt dan het werk en de Persoon van de Middelaar verheerlijkt.
Hoe armer een mens, des te rijker wordt Christus. Ook heden wil Hij door Zijn Geest armen met heilsgoederen vervullen. Zijn Naam is een olie die uitgestort wordt.
Vragen
1. Waarop wijst de zalving van de priesters?
2. Waaruit bestaat vandaag het mis- bruik van de zalfolie?
3. Leg eens uit waarin het liefste werk van Christus bestaat.
ds. C.A. van Dieren, Rijssen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 december 2020
De Saambinder | 20 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 december 2020
De Saambinder | 20 Pagina's