Een sieraad in leer en leven

Slavernij was in de wereld van het Nieuwe Testament heel gewoon. Slaven dienen te gehoorzamen aan allen die over hen gesteld zijn. De kanttekening voegt hierbij: namelijk wat niet strijdt tegen de bevelen van de opperste Heere Jezus Christus. Hij is hun hoogste Eigenaar en Meester. Ze zijn door Hem gekocht met Zijn bloed.

Twee keer klinkt er een ‘niet’. Zo bestraft de apostel twee algemene gebreken. Ze mogen niet tegenspreken (vers 9c) en zich niet onttrekken (vers 10a). Veel slaven pleegden verbaal verzet of probeerden in het geheim hun meester te bestelen. Het zijn overtredingen tegen het vijfde en het achtste gebod van de heilige wet van God, die geldt voor alle tijden en plaatsen.

‘Niet tegensprekende’, dat wil zeggen: niet morren, niet met tegenzin het werk doen. ‘Niet onttrekkende, maar alle goede trouw bewijzende’ (vers 10a). Christenen, ook christenslaven, dienen juist een toonbeeld van trouw te zijn, in alle omstandigheden. ‘Opdat...’ Hiermee geeft Paulus het doel aan van zijn vermaningen. Door zo’n levenswandel zijn ze een versiering voor de leer van de God van de Bijbel. Een sieraad in leer en leven, in alles (vers 10c). Met woorden en daden. Zo laten zij zien wat Gods genade in Christus vermag in het leven van een kind van Adam.

Hoe is dat in uw leven? Hoe staat het met de praktijk van uw belijdenis? ‘Belooft gij overeenkomstig deze leer, godvruchtig, eerbaar en onberispelijk steeds uw leven te zullen inrichten en uw belijdenis te zullen versieren(!) met goede werken?’ Zo’n leven is bij de mens onmogelijk. Dat kan alleen wanneer ik als een rank door een oprecht geloof in de ware Wijnstok Jezus Christus ben ingeplant. Dat is zo onmisbaar nodig om vruchten te dragen. Worden onze buren door onze levenswandel voor Christus gewonnen? Is uw leven een versiering van de christennaam? (Calvijn).

Paulus gebruikt hier een opmerkelijke beschrijving: de leer van God onze Zaligmaker (zie vers 3). De kanttekening verklaart: namelijk de leer die zulks gebiedt en die zij aangenomen hebben en belijden. Hiermee wordt bedoeld de hele openbaring van Gods heil op de aarde. Zo wordt God de Vader hier onze Zaligmaker genoemd, omdat Hij ons door Christus de zaligheid geeft (Luk. 1:47). God is in Christus, de Redder en Verlosser van strafwaardige zondaren. De drie-enige God heeft de zaligheid uitgedacht, uitgewerkt en toegepast in het leven van Paulus en Titus. Hier gaat God mee door in het leven van Zijn uitverkoren gemeente. Bijzonder behoort de naam en het werk van de Zaligmaker bij de Zoon, de Heere Jezus Christus. Hij werd Zelf slaaf om slaven van de duivel, de zonde en de wereld zalig te maken. Buiten Hem is er nergens enige zaligheid te zoeken of te vinden (HC, 11).

Eén woordje is nog van levensbelang! Het beslist over eeuwig wel of eeuwig wee. Mag u eerlijk voor een alwetend God nazeggen: onze Zaligmaker?

(wordt vervolgd)

9 Vermaan den dienstknechten, dat zij hun eigen heren onderdanig zijn, dat zij in alles welbehagelijk zijn, niet tegensprekende;

10 Niet onttrekkende, maar alle goede trouw bewijzende; opdat zij de leer van God, onzen Zaligmaker, in alles mogen versieren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen