Ledeboer als lezer
In de zeer uitgebreide bibliotheek van ds. Lambertus Gerardus Cornelis Ledeboer bevond zich het in 1799 uitgegeven boek Het leven van Philippus Melanchton. Een bijvoegsel tot Luthers leven. Daarin beschreef G.H. Reiche het leven van Philippus Melanchthon (1497-1560), de reformatorische theoloog, de classicus en de rechterhand van Maarten Luther. Ledeboer herkende zich in het geschrift.
Het geschrift interesseerde ds. Ledeboer zonder meer. Hetzij met potlood, hetzij met pen, verbeterde hij er de spellings- en drukfouten in. Meer nog boeide hem de inhoud. Zo las de predikant van Benthuizen, de volgende raad van Luther aan Melanchthon, die eens erg tegen een reis opzag: ‘Reis, mijn lieve broeder Phillippus, in Gods naam.
Onze Heere heeft toch ook niet altoos gepredikt en geleraard, maar is ook dikwijls op reis geweest. Hij bezocht zelf Zijne vrienden en naastbestaanden. Maar wat ik van u verzoek, kom spoedig weder tot ons. Ik zal u dag en nacht in mijn gebed insluiten. En hiermede gaat gij!’
Melanchthon ging. Eeuwen na hem Ledeboer ook. Want Ledeboer trok ook – nadat hij om zijn principes was afgezet en lange tijd in de Leidse gevangenis had doorgebracht – het land door om in gemeenten en gezelschappen voor te gaan.
Aantekeningen
Er staan handgeschreven aantekeningen in het boek. Soms gaf de predikant van Benthuizen zo zijn instemming met het geschrevene te kennen. Bijvoorbeeld toen het ging over Luthers afkeer van de pauselijke macht over de kerk. Daardoor immers werden de gereformeerden onderdrukt en vervolgd. Ledeboer voelde hetzelfde met betrekking tot het synodale bestuur dat vanaf het begin van de negentiende eeuw dwang uitoefende om de gezangenbundel te gebruiken en zich te onderwerpen aan de reglementenbundel. Toen Luther dan ook bij Melanchthon benadrukte dat zelfs de kleinste toegeeflijkheid aan de paus zou resulteren in de ‘terugkomst van al het oude’, stemde Ledeboer daarmee in. En bij Luthers opmerking dat hij zich nooit kon ‘verenigen’ met de bestrijding van de reformatorische leer of de ‘wederinvoering van de vorige misbruiken’, noch bij ‘de vorige onderdrukking van het geweten’, schreef Ledeboer – zij het met een spellingsfout – ‘nog ik, LGCL’. (In plaats van ‘nog’ moest hier natuurlijk staan: ‘noch’.)
Ledeboers achting voor Luther was heel groot. Toch had hij soms meer op met het gelijkmatiger karakter van Melanchthon. Die schreef eens: ‘’t Is verdrietig wanneer sommige lieden zo doldriftig zijn. Hierdoor worden de zaken verslechterd in plaats van verbeterd. Ik misken hun goede oogmerken niet, maar men moest mij maar niet vragen, als men over mijn tegenwerpingen niet voldaan is. Kan ik het helpen dat ik zo driftig niet ben?’ Hij vervolgde: ‘Daarenboven neemt men de tijd en de omstandigheden in het geheel niet in aanmerking en noemt men mij een kleinmoedige man, wanneer ik zulks doe.’ M elanchthon besloot met de woorden: ‘God zal alles leiden en besturen. Hem zij de zaak aanbevolen!’ Ledeboers instemming is te meer opvallend omdat hij zelf heel goed wist dat hij driftig kon zijn. Hij heeft daar ook zijn leven lang tegen gestreden.
Spiegel
Zo valt dan in dit besproken boek over Melanchthon vooral één ding op en dat is dat Ledeboer op een goede manier kerkhistorische verhandelingen las.
Het ging hem namelijk niet in de eerste plaats om de feiten – hoe belangrijk ook – maar om de personen en hun bedoelingen. Die gebruikte hij als het ware als een spiegel om er zijn eigen streven in te zien. Niet als een spiegel om te vergoelijken en zichzelf schoon te praten, maar als een spiegel die niet vleide en hem de werkelijkheid toonde. Het stemde hem tot ootmoed.
Ledeboer dichtte graag en verscheidene bundels met zijn poëzie werden uitgegeven. Daaronder – na zijn overlijden – ook het boek Sions lof- en treurzangen, benevens eenige gelegenheidsgedichten, nagelaten / door L.G.C. Ledeboer (1866). Daarin komt een gedicht voor met de titel ‘Op het zien der portretten van Luther, Melanchton, Calvijn en Zwinglius’.
Ledeboer had in een kamer waarschijnlijk de gravures van deze hervormers gezien en hoewel hij niet van portretten hield – van hemzelf is ook geen afbeelding overgebleven – kon hij hier wel waardering voor opbrengen. Hij dichtte:
‘Een viertal mannen hing daar op ,
Die heeschen hier op Sions top ,
Genades witte vlag omhoog,
Ten spijte voor des vijands oog ,
Tot eeuw’ge vreugd der hemelschaar ,
God maakt al Zijn beloften waar.’
Uit het opschrift van dit gedicht blijkt dat Ledeboer voor de spelling van Melanchthons naam de schrijfwijze van de Lutherse predikant van Zutphen G.H. Reiche volgde. Deze had dus het boek geschreven dat Ledeboer met zoveel genoegen had gelezen. De strofe waarin zowel Luther als Melanchthon worden getypeerd, luidt als volgt:
‘Lutherus was den leeuw gelijk ,
Verscheurend ’t Antichristisch rijk ,
Melanchton, Luthers zielevrind,
Gelijk een kalf of os gezind,
Arbeidzaam in de zuiv’re leer,
En dorschend ’t koren keer op keer.’
Had Ledeboer de inhoud van Reiches boek over Melanchthon op zichzelf toegepast, het zien van de gravures van de hervormers bracht hem ook tot een vergelijking van de tijd waarin hij leefde met die van de Reformatie. Die viel voor zijn eigen dagen niet gunstig uit. Hij dichtte in de laatste verzen:
‘Onvruchtbaar is het overal;
Wel hier en daar een lofgeschal,
Een blinde hoop in ’s vijands hand,
En straks een spijs voor zijnen tand,
Die schreeuwen wel met heesche keel,
Doch geven om Gods eer niet veel!’
Het deed Ledeboer ook als het ware een blik op de toekomst slaan. Hij was ervan overtuigd dat God met Zijn toorn en macht ook de kerk van Nederland zou bezoeken:
‘Wat zegt gij wachter! van den nacht?
Wat tijding wordt er aangebragt?
Dat God uit Zijnen troon zal gaan,
En Zijne vijanden verslaan,
En Sion brengen zal in ’t vuur
Van pest en zwaard en honger-kuur.’
Kun je deze woorden als min of meer profetisch beschouwen? Het heeft er veel van weg.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 2024
Oude Paden | 64 Pagina's
