Ouderavond Bijz. School Oude Tonge
Verslag Ouderavond van de Bijz. School, gehouden Donderdag- 36 Januari In het gymnastieklokaal.
Te ruim half zeven opende de Voorzit=' ter Ds. Th. Vollebregt deze vergadering door te laten zingen Psalm 105 ; 3 en 5, gaat voor in het gebeid en 'leest vervol gens 1 Samuel 3 vers 1—10 voor.
In zijn openingswoord bepaalde zij'n eer^» waarde zijn toehoorders bij het voorgelezen schriftgedeelte. Allereerst ging spr. in op het verlangen van Hanna een kind te bezit* ten, hetgeen zij als zij het ontvangen had biracht in het huis Gods. Inzonderheid bij dit laatste gedeelte worden de ouders er op gewezen hoe zij kinderen van den Heere verkregen hebbende deze evenals een Hanna niet voor zich zelf maar op moeten voeden voor den Heere. Het is daarom de taak der opvoeders hun kinderen op die plaats» sen te brengen waar Gods Woord geleerd wordt, en zeer zeker is dat dan in verband tot het onderwijs d« School met den Bijbel.
Daaj-om naar geen andere school dan de school met den Bijbel. Zijn daar dan geen gebreken te vinden, zeer zeker. Spr. wijst daartoe op de handelwijze van Eh tot zijn 'zonein. Ook de school met den Bijbel is nitt volmaakt, maar niettegenstaande dat, rust op ieder ouder de dure plicht hun kin* deren daar henen te brengten. Niettegens« staande Eli's gebreken in de opvoeding van zijn zoons, is hij toch het middel geweest. Samuel er op te wijzen dat het ds Heere was die sprak, en dat niet alleen maar ook hem opgewekt tot het gebed ,,Spreek Heere want uw knecht hoort". M'et de wensch dat oiok dezen avond een der kmderen (het met een Samuel uit mogen spreken, als een vrucht voor de Eeuwigheid. „Spreekt Heere want uw knecht hoort" eindigde spr. met n(og een kort woord te wijden aan het on« derzoeken van Gods Woord m het gezin, waaraan toch zoo weinig aandacht besteed wiordf en zoovele gebreken aankleven. Laat ons zegt spr. de middelen aangrij^jen die ons gegeven zijn, dat Woord te gebruiken, in het gezin en in het onderwijs. Ben welf komstwoord wordt nog toegeroepen tot de vergadering, Bestuur, onderwijzend persoi« neel en Overheid. Inzonderheid Burgeme'ester Vooys die ook weer dezen avond blijk van zijn belangstelling geeft voor het Bijz ons> derwijs door aanwezig te zijn.
Als tweede punc van het programma volgt een openbare les door het Hoofd dor School dhr. van Asperen met de kinderen der hoogste klasse. Daar het wel niet geF= makkelijk is op een avond als deze al dat« gene taaar \oren te dragen wat op school geleerd wordt, had dhr. van Asperen met zijn keus tot het houden van steloefeningen wel geen slechte keuze gemaakt. De vragen door hem gesteld werden dan ook op keu«» rige wijze door de kinderen beantwoord. Ook hef opschrijven van vreemde woorden oogsten veel succes. Als tot slot de kinderen nog eenige zangnummers ten gehoore gegei« ven hebben i s dit punt van het programma afgewerkt.
Het Hoofd der School houdt vervolgens een rede getiteld: „Opvoeding in het huisj* gezin".
ISpr. vangt aan met de opmerking te maken hoe hij nietftegenstlaande de vele bezwaren er aan verbonden, toe gekomen is tot het behandelen van dit onderwerp. Het is tot het geven van een algemteiie liij'n in de taak der opvoeding in een Chr. gezin, omdat dit van zulk een buitengewoon belang is. Als wij' aldus spr. over de taak der opvoeding spreken doen wij' dat in ven* band tot het gezinsleven, waarbij' wij de school eenigzins op den achtergrond laten. In de taak der opvoeding, zien wij dat bij een betere opvoeding van het kind tot de maatschappij, ook een betere maatschap« pij ontstaat.
Echter maar al te veel kan men constat teeren dat vele oude[rs w|el hun kinderen op tijd spijs en idrank weten te geven, maar gaat het over geestelijk voedsel, wordt men het tegendeel gewaar. Spr. vergelijkt dit met een tlesch die door de willekeur der golp ven voortgedreven wordt, welke tenslotte door een laatste rollen tegen dfe rotsen te pletter geslagen w'ordt. Maar zegt spr. zij'n wij dan goede opvoeders, in geeaendeele, doch dit geeft maar geen ruimte de kin» deren aan hun lot over te laten. Wij moe« ten doen wat de hand viadt om te doen. En Wij' zien dan dat een wel opgevoed kind een lust is voor de ouders en voor de maatschappij. Wij stellen daartoe twee vragen n.I. wat
Wij stellen daartoe twee vragen n.I. wat er afgebouwd moet wordten en hoe er op« gebouwd moet worden. Ee)n der e'eirste eischen is het kind gehoorzaamheid te leei* ren, dit is een taak die op de ouders rustl De ouders moeten daartoe reeds bij' den aanvang met beslistheid optreden, onbei« slistheid in optreden is sterk af te keuren. Spr. komt daartoe terug op het openings« woord. De beslistheid in Hanna — de on« besbstheid in Eli. Immers de ouders zullein eenmaal rekenschap moeten afleggen wat zij met hen die zij van den Heere ontvangen hebben, hebben gedaan. Gods Woord stelt daartoe haar eischen. Daarom ouders die hun roeping weten, treden op met gestreng« heid, doch niet met hardigheid, deze zul« Tien Gods Woord in de taak der opvoei« ding zeer zeker aanwenden. Nu spreekt het vanzelf, dat, als wij tegenover de kindei en eischen hebben, deze er ook zijn voor de ouders tot de kinderen. Ouders moeten voor beeldig zijn en onderwerping betoonen aan hen die boven hen gesteld zijn. Geen ver« keerde gesprekken in het bijzijn van kin« deren. Ieder moet daartoe zijn plicht weten en zijn roeping verstaan.
Spr. vraagt wie de meeste mvloed in he(t gezm heeft n.1. de moeder. Gods Woord leert dat de man het hoofd va'n het ge« zin IS. Daarom, er moet harmonie zijn, een elkander verstaan, samenwerking is een der eerste oischen in de zaak der opvoeding Ook m het vasts'tellen der beginselen — I eenheid. Verschillende punten worden ach« tereenvolgens door spr. m d'at verband bet» licht, o.m. de verhouding tot de School, Kerkelijk leven, Beleefheidsvormen, waarbij inzonderheid de nadruk gelegd wordt te letp ten op de tijdelijke en maer nog de gees« telijke toekomst van het kind.
Vooral het laatste dringt spr. ten zeerste op aan n.1. zooals een Hanna, opleiding ter eere Gods.
De Voorz na dank gebracht te hebben liet zingen Psalm 86 vers 6 HVaarop de pauze volgde met tractatie en waarbij het weirk der kinderen bezichtigd werd. Na de pauze houdt een van het onder^
Na de pauze houdt een van het onder^ wijzend personeel dhr. L. Dubbeldam een rede over „Moeilijkheden in het schoolleven in verband tot het gezinsleven". Behandeld wiordt eerst het blijven zitten, en iwat daaraan gedaap kan worden, om d'it te voorkomen. Als richtlijn geeft spr. daartoe aan het controleeren der rapporten door de ouders, maar dan ook samenwerken met onderw'ijzend personeel, dit is zegt spr. van zeer groot belang. Verschillende zaken kun« nen dan besproken worden, en bezien wori« den wat er naar den aard der omstandigheid den gedaan kan en moet worden. Maar al te veel w'ordt het personeel door de ouders tegengewerkt en als dan 30 April in het land is, is men teleurgesteld. Op het blijvtn zitten, wordt door de kinderen op verschil« lende wijze gereageerd, de een is gevoieilig de andere onverschillig, laten w'ij in dezef steeds voor oogen houdqn de stelregel denpaedagogie: „Bemojedig steeds, ontmoedig nooit".
Het feit van te Mijven zitten zegt spr lijkt erger dan het is. He* is toch bete(r dat een kind éénmaal blijft zitten, dan da het een leerjaar ingaat waarin het toch niei m mee kan gaan. Men moet eerst lejeren staan dan loopen. ,
Vervolgens wordt door spr. het hoófdre« kenen behandeld hoe dit op school behanf deld wordt. Verwaaxloozing van een slecht leerling en voor een goede) hee/ft daarbij geeto plaats. Een tegenwerping, dat men toch te groote eischen in deze kan stellen moet me neen beantwoord worden, want men kan ee) te medelijdend dan te streng hierin zijn. Waarnemingen van Prof. Watering heb ben uitgewezen dat een succ^essievelïjke blij! ven ziri|e(n geen bevreldigiemde resultatem geeft. Dit is natuurlijk geein pleidooj, ,om ma:.r te 1'aten zitteln, neen, maar als w'aari? schuwing. Daarom moeten de ouders Jn sa« menwerking tot het personeel!, gezamel'ijk trachtien die achterstand wanneer zij zich voordoen, iln te hallen, en nog meer to« te zien dat het zoover nooit komt. Spr. wekt daartoe de ouders op samen met het pefrso« neel de belangen van het kmd iei dienen.
Geen kloof tusschen gezin en school, geen tegenwerking van personeel. Er moet ven» band zijn tusschen cbe beiden. Laten wij' dan steeds dit in gedachten houden, dat ,een hard woord de toorn doet oprijzen, maar een zachtwoord de grimmigheid keert. Na het houden van dhr. Dubbeldam's onder« werp brengt de Voorz. hem dank voor het gesprokene.
T(hans aan het einde \^an dezen avond gekomen zijnde brengt de Voorz. hartelijk dank aan hen die tot het welslagen van de*» zen avond hebben medegewerkt. Spr. wijst de jonge meinschen die in het midden zijn erop, om toch vooral het Bijz. onderwijb hoog te houden en wel inzonderheid de oud leerlingen opdat in hun persoonlijk leven gezien kan worden wellc onderwijs genoten is en er geen gepaste critiek op hen gehou^» den kan worden. Tot slot werd nog gezonf gen Psalm 95 Vers 4 w'aarna de Voorzittjcr met dankzegging eindigde.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 februari 1939
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 februari 1939
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's