De mirte
De mirte is een plant die gebruikt werd en wordt tijdens het loofhuttenfeest. Ze maakt onderdeel uit van een loelav, die bestaat uit een palmtak, twee wilgentakken en drie mirtetakken, die samengebonden zijn tot een bundel. De opdracht daartoe vinden we in Leviticus 23 vers 40. In de Bijbelse tijd diende ze als een dankoffer: ‘Opdat uw geslachten weten, dat Ik de kinderen Israëls in loofhutten heb doen wonen, als Ik hen uit Egypteland uitgevoerd heb’ (Lev. 23:43).
De mirt is altijd groen, heeft witte bloemen en geeft een lieflijke geur. Men sierde de woningen vaak met deze plant en men omwond het hoofd met mirtekransen, als er dagen van blijdschap waren. Of het nu zomer of winter is, het deert de mirteboom niet. Al bedekt de sneeuw de naalden, ze vallen niet af, en de hitte verkleurt ze niet.
Meisjes dragen weleens deze naam. Ook dat gebeurde al in de Bijbelse tijd. Voordat Esther haar Perzische naam kreeg, had ze een echte Hebreeuwse plantennaam: Hadassa. En die naam betekent mirt. In de Grieks-Romeinse wereld was de mirt als symbool van de liefde aan Venus gewijd en de Grieken schreven deze heesterstruik een reinigende kracht toe. Kortom, de mirt stond en staat goed bekend. Overigens kunnen ze niet overal groeien. Ze hebben vochtige grond nodig. Ze worden dan ook veelal in de diepte gevonden.
Om al die genoemde kenmerken is de mirt in Gods Woord op sommige plaatsen een aanduiding van het door de Heere gegeven nieuwe leven, van de wedergeboorte. Als de Geest Zich aan het Woord paart, worden distels en doornen uitgeroeid en dan gaat de Heere daarvoor in de plaats dennenen mirtenbomen geven. Dan geeft de Heere een totale vernieuwing. Jesaja geeft dit beeld van de wedergeboorte in hoofdstuk 55: ‘Voor een doorn zal een dennenboom opgaan, voor een distel zal een mirtenboom opgaan; en het zal den HEERE wezen tot een naam, tot een eeuwig teken, dat niet uitgeroeid zal worden’ (Jes. 55:13). De mirt is dus een aanduiding van het nieuwe leven, dat God schenkt midden in de dood.
De mirten groeien in de diepte. Ze hebben vocht nodig. Zacharia heeft ze in de diepte zien staan: ‘Ik zag des nachts, en zie, een Man rijdende op een rood paard, en Hij stond tussen de mirten, die in de diepte waren; en achter Hem waren rode, bruine en witte paarden’ (Zach. 1:8). In feite ziet Zacharia een beeld van Gods kinderen die in de diepte (laag bij de grond) leven van de wateren des Geestes. Zo delen ze in de liefde van God.
De mirtebloem is ook een bruidsbloem. Welnu, de mirten in de diepte vormen een beeld van de bruidsgemeente. Ze hebben het nieuwe leven leren kennen, waar ze dood waren in zonden en misdaden. De Heere vindt ze in de diepte, maar Hij brengt ze ook steeds weer in de diepte. Anders zijn ze niet handelbaar.
slot volgt
In Gods Woord komen veel woorden voor in hun letterlijke betekenis, maar soms hebben die een figuurlijke betekenis. In dat geval is er sprake van beeldspraak. Zo’n woord wordt wel een metafoor genoemd. In deze rubriek een aantal voorbeelden daarvan.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 augustus 2024
De Saambinder | 20 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 augustus 2024
De Saambinder | 20 Pagina's