Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hellenbroek, gezant van de Koning

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hellenbroek, gezant van de Koning

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hellenbroek is bekend van zijn catechisatieboekje “Voorbeeld der Goddelijke waarheden”. Het is een heldere verwoording van de gereformeerde leer. Maar hij heeft veel meer geschreven. Een belangrijk werk van hem is: “De evangelische Jesaja”.

Als begaafde jongeman verlaat Abraham Hellenbroek zijn geboortestad Amsterdam. Hij gaat studeren in Leiden. Hij oriënteert zich breed en studeert aanvankelijk filosofie. Zo komt hij in aanraking met de nieuwe filosofie van Descartes. Na verloop van tijd begint hij de studie theologie.

In Zwammerdam wordt Hellenbroek bevestigd als predikant. Hij doet intrede met Jesaja 40:6a: ‘Een stem zegt: Roept! En hij zegt: Wat zal ik roepen?’

In 1690, het laatste jaar van zijn bediening in Zwammerdam, ontvangt Hellenbroek een bijzondere geestelijke ervaring. Hij wordt in de binnenkamers van zijn hemelse Koning ingeleid. Tot nu toe had hij veel op zijn verstand gedreven. Zijn preken worden na deze ervaring anders. Hij neemt ook afstand van de ‘nieuwe hermeneutiek’ die door Coccejus in omloop was gebracht.

In deze tijd trouwt Hellenbroek met Geertruida van der Hoeven. Samen krijgen ze een zoon en vijf dochters. Zij overleven hun ouders niet. Geertruida overleeft haar man wel, maar al tijdens het leven van haar man verliest ze voor een groot deel haar verstandelijke vermogens.

Na Zwammerdam verhuist het echtpaar naar Zwijndrecht, daarna voor korte tijd naar Zaltbommel. Tot aan zijn emeritaat dient Hellenbroek de gemeente van Rotterdam. Op 16 december 1731 mag hij ingaan in de eeuwige rust.

De evangelische Jesaja

Als predikant in de grote stad Rotterdam is Hellenbroek druk bezet. Zijn preken vragen aandacht, maar ook het vele ambtelijke werk en de catechese. Toch vindt hij tijd om te schrijven. Uit deze tijd dateert de vierdelige verklaring van Jesaja onder de titel “De evangelische Jesaja”. Bekend zijn ook de “De Kruistriomf van Vorst Messias” en zijn verklaring van het Hooglied.

“De evangelische Jesaja” is een verklaring van de profetie van Jesaja in voetiaanse stijl: in hun samenhang, inhoud, doel, vervulling en gebruik. Hellenbroek legt de tekst nauwkeurig uit, laat de samenhang zien, trekt Bijbelse lijnen en maakt toepassingen. Zo overdenkt hij Jesaja 40 en overweegt hij wat het doel is van de profeet. Is dat helemaal niet, ten dele of uitsluitend evangelisch? Hij geeft de meningen weer, overweegt ze kritisch en geeft dan zijn eigen genuanceerde antwoord. Nu eens richt de profeet zich op de verlossing uit Babel, dan weer op zaken die daar meer los van staan en meer de tijd van de Messias raken, dan weer op dingen die volledig de Kerk in de tijd van het Evangelie betreffen. Hellenbroek geeft een minutieuze uitleg van de tekst. Hedendaagse uitleggers kunnen nog steeds hun winst doen met deze doorwrochte studie.

Rijke toepassingen

Het blijft niet bij uitleg van de tekst. Hellenbroek maakt ook rijke toepassingen. Van de troostboodschap in Jesaja 40:1 zegt hij: ‘Het is niet iets gerings, maar het is de allerzaligste boodschap, de allerverkwikkelijkste tijding die een zondaar horen kan, het is de kern van alle geluk hier in de tijd en in de eeuwigheid. O, kostelijke ontmoeting! Wat streelt het ziel en zinnen om de algenoegzame Troostbron te horen roepen: ‘Troost, troost Mijn volk’; om een troost die de allerrijkste, die de allervastste, die de allerbestendigste, die de allerzielvervullendste is, een eeuwige en (wat alles in zich bevat) Goddelijke troost te zien aanbieden en voordragen aan troostelozen!’

Even verder lezen we de verwondering en de klacht: ‘O, wonderlijke genade! En daar leven wij nu ook onder, die zorg, dat hart heeft de HEERE ook voor ons nog. Maar wat ware het te wensen dat de gezanten van de HEERE daarvoor nu ook voldoende ruimte zouden hebben! Och, wat zou iedereen nu klaar moeten staan om zo getroost te kunnen worden, wat zou zo’n kostbaar voorrecht met veel ijver gebruikt en gezocht moeten worden! Maar wat staat het er in dit opzicht bij velen anders voor, wat zijn velen er niet op ingesteld om getroost te kunnen worden!’

Het werk van Hellenbroek blinkt uit in grondige uitleg van de tekst - vrucht van eerbied voor het geïnspireerde Woord van God. Het is treffend in zijn toepassingen – vol overtuiging van de noodzaak van het toepassende werk van de Heilige Geest. Volop actueel in onze tijd!

CGO biedt in Goes een leergang aan over de werken van Hellenbroek. Voor meer informatie cgo.nu/ toerusting

volgende week deel 3: Bernardus van Clairvaux

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 juni 2024

De Saambinder | 24 Pagina's

Hellenbroek, gezant van de Koning

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 juni 2024

De Saambinder | 24 Pagina's