Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbesprekingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbesprekingen

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

J.M. Berthoud, Peter Ramus: Precursor to Descartes against the confessional reformed faith (Monticello: Psalm 78 Ministries, 2020) 182 p., € 21,99 (zonder ISBN).

Wie zich bezighoudt met het puritanisme, komt met enige regelmaat de naam van Petrus Ramus tegen. Hij is een belangrijke denker geweest die het puritanisme een voluntaristische trek heeft gegeven. Wie was deze Petrus Ramus?

Het onderhavige boek wil daar een antwoord op geven. Zo leren wij dat Petrus Ramus ongeveer gelijktijdig met Calvijn leefde en zelfs dicht bij zijn geboorteplaats werd geboren. Hij kwam in 1572 in de Bartholomeus nacht in Parijs om met zoveel andere protestantse martelaars.

Vooral dit feit doet vermoeden dat Ramus een overtuigde belijder van het protestantse geloof was. Deze studie wil echter het tegenovergestelde laten zien. De uiteindelijke boodschap van de auteur is dat Ramus een bestrijder van het reformatorische geloof was en een voorloper van Descartes.

De auteur schetst een tegenstelling tussen Plato en Aristoteles. Plato was een idealist die niet empirisch, maar dialectisch te werk ging. Deze mathematische en kwantitatieve benadering van de werkelijkheid legde de fundamenten voor de inzichten van Galilei en Newton, Descartes en Bacon. Volgens de auteur gaat het hier echter om een reductie en een uniformering van de geschapen werkelijkheid. Omdat het denken in deze benadering centraal staat, gaat dit ten koste van het besef van God.

Ramus beweegt zich in de lijn van Plato. Hij vergelijkt het licht van de rede met het licht van de zon. In het gegeven dat de wil de rede leidt, zien we het voluntarisme opduiken. Hij keerde zich tegen Aristoteles. Aristoteles vond waarheid niet door deductie, maar door inductie uit empirisch onderzoek. Daarom staat hij veel dichter bij de diversiteit in Gods schepping. De epistemologie van Ramus impliceert echter dat de orde in de wereld wordt ontkend en dat nominalistische fragmentarisering overblijft. De mens is niet receptief, maar construeert zelf denkconcepten van de werkelijkheid. Als Ramus bijvoorbeeld de vier oorzaken als uitdrukking van de complexiteit van de werkelijkheid ontkent, leidt dat tot een verplatting en een simplificering van de werkelijkheid.

Vanuit de Reformatie werd weerstand geboden tegen Ramus. Calvijn plaatste in 1559 Aristoteles’ Organon op de lijst van verplichte literatuur aan de academie in Genève. Ook mensen als Ursinus, Beza, Bullinger en Vermigli boden weerstand aan Ramus. Volgens Ursinus was Aristoteles’ denksysteem door God gegeven. Ook Beza wilde geen letter van Aristoteles afdoen, terwijl Perkins en Amesius in Engeland de benadering van Ramus juist overnamen. Volgens Berthoud is daarmee een beslissende wending naar het subject gemaakt, de weg naar Schleiermacher ingezet en de scheppende kracht van het sprekende Woord verbleekt. Als theologie de leer om goed te leven is geworden, verdwijnt de antenne voor het extra nos van de rechtvaardiging en de geestelijke unie met Christus.

Dit boek van Berthoud roept bij mij heel veel vragen op. Luther beweerde dat men alleen maar een goed theoloog kon zijn als men zou breken met Aristoteles, terwijl hij hier aan de kant van Ramus wordt geschaard. Luthers kritiek richtte zich op het feit dat door Aristoteles alles in een immanent wereldbeeld wordt getrokken, terwijl Berthoud dit juist van Plato zegt. Calvijn wordt aan de kant van Aristoteles geplaatst, terwijl hij ook tal van platoonse aspecten heeft overgenomen. John Owen wordt ook aan de kant van Ramus’ bestrijders geplaatst, terwijl er via Thomas toch heel wat Aristoteles in zijn theologie zit, terwijl hij ook een voluntarist genoemd kan worden. Dit vraagt vol-gens mij om een veel genuanceerdere benadering dan Berthoud hier biedt. Ik denk aan de studie van Aza Goudriaan, Reformed Orthodoxy and Philosophy, 1625-1750, die liet zien dat de theologie niet wezenlijk wordt bepaald door het gebruikte filosofische gereedschap. Ook de opbouw van het boek vond ik niet sterk. In plaats dat er een doorgaande argumentatie plaatsheeft, cirkelt het boek rond dezelfde argumentanten.

Deze kritiek neemt echter niet weg dat Berthoud een heel fundamentele kwestie op tafel legt. Ook zijn suggestie dat het puritanisme door de ramistische benadering eigenlijk geen weerstand kon bieden tegen het rationalisme vraagt nadere overweging. De lijn naar de grote aandacht voor de ethiek en de moralistische trek in het puritanisme ligt ook voor de hand. Misschien is er ook wel een samenhang met het dualisme in het puritanisme en het simpele biblicisme van bewijsteksten waarbij alles op een gelijk ontologisch level wordt geplaatst zonder sensitiviteit voor de historische context of de notie dat de Schrift een intermediair is tussen God en mens. De epistemologische kwesties reiken heel wat verder dan alleen de historische interesse in het puritanisme. Kortom: het boek maakt wel wat los.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 2020

Theologia Reformata | 139 Pagina's

Boekbesprekingen

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 2020

Theologia Reformata | 139 Pagina's