Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van een school naar een schuur

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van een school naar een schuur

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Drie garageboxen op een rij. Niets verraadt dat dit vroeger het kerkje van de Gereformeerde Gemeente in Pijnacker was. In de schuur achter Kerkweg 39 werden bijna 19 jaar kerkdiensten gehouden.

De classis Rotterdam sprak er op 5 juli 1943 over: ‘Van Pijnacker is bij de Roepende Kerk bij vernieuwing een verzoek ingekomen, om aldaar te prediken. Bij herhaling is dit verzoek gedaan. Zoetermeer zou dienaangaande een onderzoek instellen en rapporteren. De classis draagt de kerkenraad van Zoetermeer op met de te benoemen consulent tot vervulling dezer begeerte stappen te doen’. Begin 1944 werd A.J. Sonneveld ouderling. Door de oorlogsomstandigheden werd het echter steeds bezwaarlijker om naar Zoetermeer te gaan. Vanaf 14 mei 1944 hield Sonneveld leesdiensten in een kleuterschool in Pijnacker die werd beheerd door de Nederlandse Volksdienst. Daarmee ging zijn wens in vervulling: in zijn eigen dorp was nu de gereformeerde waarheid te beluisteren. De officier die het lokaal gratis beschikbaar stelde, zei dat zijn moeder ook van die kerkelijke richting was.

Schuurkerk

Na de bevrijding was de school niet meer beschikbaar. Sonneveld mocht echter de schuur achter het huis van zijn ouders gebruiken. In enkele dagen tijd werd die leeg- en schoongemaakt. Op de wat ongelijke vloer van gestampt kleicement werden stoelen en een katheder neergezet en op 20 mei 1945 werden er de eerste diensten gehouden.

Curieuze mededeling in de classisnotulen van 10 december 1945: ‘Zoetermeer doet mededeling over een geval met iemand in Pijnacker. Rotterdam-C. zal het geval onderzoeken’.

Begin 1946 werd P. Zwemstra diaken. Er waren 20 belijdende leden (8 mannen en 12 vrouwen) en 34 doopleden. Zij wilden proberen ‘door enige verbouwing de kerk wat groter te maken en dat nog te doen voordat de Gemeente wordt geïnstitueerd’. Dat lukte. Aan de achterkant werd een stukje bijgebouwd. In 1946 werden banken uit een andere kerk gekocht en ingekort. Toen waren er 60 zitplaatsen, met aan één kant een gangpad. Het interieur werd betimmerd en de vloer geëgaliseerd. In het portaaltje was een ouderwetse ‘poepdoos’. Een consistoriekamer was er niet; de kerkenraad gebruikte de achterkamer van Sonnevelds ouders.

Zelfstandig

De classisscriba maakte een korte notitie: ‘Dirksland vraagt en verkrijgt toestemming voor Oude Tonge om aldaar een zelfstandige gemeente te institueren. Ook Zoetermeer verkrijgt toestemming om te Pijnacker tot instituering over te gaan’.

De eerste consulent was dr. C. Steenblok uit Gouda. Hij sprak bij de instituering op 17 juni 1947 over Deuteronomium 32:9: ‘Want des Heeren deel is Zijn volk. Jakob is het snoer Zijner erve’. Daarna bevestigde hij ouderling Sonneveld en diaken Zwemstra opnieuw in het ambt. Alle kerkenraadsleden van Zoetermeer waren aanwezig. Namens hen sprak ouderling J.M. van der Tas. In Pijnacker dienden als ouderling: A.J. Sonneveld (1944-1960), P. Zwemstra (1949-1953) en C. Stout (1956-1963).

Diaken waren P. Zwemstra (1946-1949), M.L. van der Elst (1949-1951), C. Stout (1951-1956), A. van Oostende (1954-1962), C. Struijk (1960-1963) en W.M. Bregman (1962-1963). De gemeente bleef klein; meestal waren er nog geen tien mannen op de ledenvergadering. Eenmaal werd een beroep uitgebracht: begin 1949, op kandidaat J.W. Kersten.

Eén catechisatiegroep

Sonneveld gaf catechisatie. ‘Alle leeftijden in één groep, maar hij gaf zo les dat de jongste het begreep en de oudste er ook iets aan had’, zei een catechisant later.

De eigenaar van het kerkje, J. Sonneveld, overleed in 1948. Zijn weduwe was al 75 jaar toen ze op tweede kerstdag 1950 belijdenis aflegde voor de kerkenraad. Er waren toen 29 belijdende leden en 53 doopleden.

Diaken Van der Elst emigreerde in 1951 naar Canada. Koster C. Stout werd toen diaken, waarna hulpkoster C. Struijk het kosterschap op zich nam. Later werd Struijk zelf ook diaken.

wordt vervolgd

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juli 2023

De Saambinder | 16 Pagina's

Van een school naar een schuur

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juli 2023

De Saambinder | 16 Pagina's